IJsheiligen
De pastoor is in de sacristie gestruikeld over een paar schaatsen.
“Zeg op, van wie zijn ze”? vraagt hij aan de misdienaars.
“Waarschijnlijk van één van de ijsheiligen”, antwoordt Jantje.
De pastoor is in de sacristie gestruikeld over een paar schaatsen.
“Zeg op, van wie zijn ze”? vraagt hij aan de misdienaars.
“Waarschijnlijk van één van de ijsheiligen”, antwoordt Jantje.
Erik komt vol trots op school en vertelt aan zijn vrienden dat zijn hond kan liegen. ‘Wat een onzin’, roepen zijn vrienden in koor. ‘Maar het is echt waar!’ zegt Erik. ‘Als ik hem vraag: “Wat doet de poes?” dan antwoordt hij: “Woef, woef!” Zie je wel dat hij kan liegen.’
Gerard en Bennie zitten van een streekbiertje te genieten op het terras van hun stamcafé. Zegt Gerard “Ken jij het verschil tussen Onze-Lieve-Vrouw en een moderne vrouw?” Bennie denkt diep na, neemt een slok van zijn glas, mompelt iets tussen zijn tanden en moet tenslotte bekennen dat hij het niet weet. “Nou”, zegt Gerard, “het is heel simpel. Onze-Lieve-Vrouw vluchtte op een ezel en liet alles achter. Een moderne vrouw daarentegen vlucht met alles en laat de ezel achter!”
De 80-jarige Maria gaat naar haar bankfiliaal om geld op te nemen. Ze geeft haar bankkaart aan de bankbediende en zegt: “Ik wil graag… €10 opnemen, alstublieft.” De kassier antwoord: “Gebruik voor geldopnames onder de € 100 de geldautomaat”. “Mag ik weten waarom? Ik ken die machines niet”. zegt Maria. De kassier reageert door haar bankkaart terug te geven: “Dit zijn de instructies, mevrouw. Alsjeblieft, probeer de automaat, er wachten nog mensen achter je!! Ga alsjeblieft verder als je niets anders te vragen hebt”! Maria zwijgt een paar seconden, denkt na en geeft dan de kaart terug aan de kassier en zegt: “Alsjeblieft, ik wil graag al het geld van mijn rekening opnemen!”. De kassier is verrast als hij het saldo van de oude dame controleert en antwoord haar: “U heeft € 50.000 op uw rekening staan en de bank heeft dit bedrag op dit moment niet. Kun je morgen terugkomen?”. Koud vraagt de”. oude dame: “Hoeveel kan ik ter plaatse opnemen”? De kassier antwoordde : “Elk bedrag tot 3000 euro”. “Nou, geef me nu alsjeblieft 3000 euro”, zei de oude dame. De kassier loopt boos terug de kast in, haalt pakken van €20 en €10 tevoorschijn en besteedt de volgende 10 minuten aan het tellen van de € 3.000. Hij geeft deze aan de oude dame en vraagt haar: “Kan ik vandaag nog iets voor je doen?” Stilletjes stopt de oude dame 10 euro in haar portemonnee en zegt: “Ja, ik wil dat je die € 2.990 op mijn rekening gaat storten ?”
Jezus zei tegen zijn Vader (God), ik zou graag eens terug naar de aarde willen terugkeren. Maar zoon sprak God dat is daar niet meer zoals 2000 jaar geleden. En toch zou ik het willen. “Ok”, zei z’n pa “pak een wereldkaart en een dartpijl en gooi en waar de Pijl zit daar ga je naartoe”. Jezus gooit kijkt en het is Ootmarsum, en weg was hij. Hij loopt op de Denekamperstraat en denkt “ik ga toch eens een wonder doen”. Er komen daar twee mensen in een Tuk Tuk aangereden, Jezus doet ze stoppen en zegt: ”sta op en wandel en herhaalt sta op en wandel!”.
De twee kijken naar mekaar en een antwoord “Ben je gek man, we hebben deze gehuurd en betaald voor 2 uur hé!”.
Een timmerman, metselaar en een elektricien zitten tegen elkaar op te snijden over wie het oudste beroep heeft. De timmerman: “Weet je nog: Jezus. Die lag in een stalletje, en dat stalletje is gebouwd door, jawel, een timmerman.” Zegt de metselaar: “Nou en, de piramiden stonden er toen al eeuwen en die zijn toch gemetseld.” Zegt die elektricien: “Jullie moeten niet zo ruziën want wij hebben toch het oudste beroep.” “Op de eerste dag zei god: ‘er was licht!’ en toen hadden wij de leidingen al liggen.”
In een katholiek schooltje waar mijnheer pastoor nog les geeft gaat het over godsdienst. Vraagt mijnheer pastoor: “En kindjes wordt er bij jullie een gebedje opgezegd voor jullie gaan eten?”
Fransje? – Ja, mijnheer pastoor.
Louise? – Ja, mijnheer pastoor.
Jantje? – Nee nee, mijnheer pastoor, ons moeder kan nog goed koken!!!!!
Leraar: “als ik je 2 katten geef, nog eens 2 katten en nog eens 2 katten, hoeveel heb je er dan”? Johnny: “zeven, mijnheer”. Leraar: “”nee, luister goed… als ik je 2 katten geef, nog eens 2 katten en nog eens 2 katten, hoeveel heb je er dan”? Johnny: “zeven, mijnheer. Leraar: “wacht, ik neem iets anders, als ik je 2 appels geef, nog eens 2 appels en nog eens 2 appels, hoeveel heb je er dan”? Johnny: “zes”. Leraar: “Goed, nu, als ik je 2 katten geef, nog eens 2 katten en nog eens 2 katten, hoeveel heb je er dan”? Johnny: “zeven Mijnheer”! een kwade leraar: “waar haal je verdorie die zeven vandaan”???
Een kwade Johnny antwoord: “omdat ik al een kat heb”!!!
Achmed ging naar school en vroeg aan de meester: ‘Hoe kan ik Nederlander worden?’ en de meester antwoordt: ‘Als je een 9 hebt voor Nederlands en een 9 hebt voor wiskunde, dan ben jij voor mij een Nederlander.’ Achmed gaat naar huis en begint te leren en te leren. Op ‘t einde van ‘t jaar heeft Achmed een 9 voor Nederlands en een 9 voor wiskunde. Hij gaat naar huis en zegt dolblij tegen zijn moeder, ‘mama, mama, ik 9 voor Nederlands en 9 voor wiskunde, ikke nu Nederlander zijn.’ De moeder wordt vreselijk kwaad: ‘Jij nooit Nederlander, Jij Turk’ en die slaat keihard op kleine Achmed. Eventjes later komt zijn vader thuis en Achmed dolblij naar zijn vader ‘papa, papa, ikke 9 voor Nederlands en 9 voor wiskunde, ikke nu Nederlander’ die vader wordt heel kwaad en roept: ‘jij nooit Nederlander, jij Turk’ en die slaat kleine Achmed in elkaar. De volgende dag gaat Achmed weer naar school en de meester vraagt: ‘Maar Achmed, hoe komt jij aan die twee blauwe ogen? Wat is er gebeurt?’ En Achmed zegt:
‘Ikke 10 minuten Nederlander en direct heb ik ruzie met twee Turken!!’
Als gevolg van een hartstilstand ondergaat een man een open hartoperatie. Na de ingreep ontwaakt de man uit zijn verdoving en ziet zich verzorgd door nonnetjes in een katholiek ziekenhuis. Terug bij zijn zinnen vraagt een verpleegster Non hoe hij zijn rekening gaat betalen. Ze vraagt hem of hij een ziekteverzekering heeft. Hij antwoordt met nog kleine zwakke stem : “geen ziekteverzekering”. “Hebt gij geld op de bank”? Hij antwoordt : “Geen geld op de bank”. Zij vervolgt: “Hebt je familie die je kan helpen”? Hij: “ik heb maar één zus, oude jonge dochter, Non in een klooster”. De zuster wordt kwaad en zegt: “Nonnen zijn geen oude jonge dochters en zijn gehuwd met God”!!
En de man antwoordt: “Stuur de rekening dan naar mijn zwager ! “