Hemel Klokken

Een man is gestorven en gaat naar de hemel. Zodra hij voor de Poort staat, ziet hij ineens allemaal gigantische klokken achter Petrus staan. Hij vraagt: “Wat doen al die klokken hier in hemelsnaam??” Petrus antwoordt: “Dat zijn de zgn. ‘Leugen-klokken’. Iedereen op aarde heeft er eentje. Elke keer dat je liegt, verschuiven de wijzers.” “Aha”, zegt de man, “en die klok dan? Die staat op 0.00 uur!” Petrus kijkt welke hij bedoelt. “Dat is die van Moeder Teresa. De wijzers zijn nooit verschoven, want ze heeft nog nooit gelogen!” De man staat er versteld van. “En van wie is die klok?” Petrus zegt: “Dat is de klok van Abraham Lincoln. De wijzers zijn twee keer verschoven, want hij heeft in zijn leven slechts twee keer gelogen.” De man krabt eens aan zijn kin en denkt goed na. “Waar hangt de klok van Mark Rutte??” Petrus: “Die hangt in mijn kantoor. Die gebruik ik als ventilator.”

Similar Posts

  • Handen wassen na het plassen

    Jantje gaat op school naar de toiletten, waar hij vervolgens zijn meester tegen komt.
    Dan vraagt de meester, hebben je ouders je niet geleerd om na het plassen je handen te wassen?
    Nee zegt Jantje, mijn ouders hebben het slimmer aangepakt, ze hebben me gelijk geleerd om niet over je handen te plassen.

  • Kanibalen

    De meester vertelt dat er menseneters hebben bestaan. Vraagt hij: “In welke streken kwamen die voor?” “In Volendam.” beweert Marieke.

    “Hoe kom je daar nu bij?” vraagt de meester hoogst verbaasd.

    “Dat staat in het aardrijkskundeboek.” antwoordt Marieke.

    “Daar staat dat de bewoners daar leven van de toeristen!”

  • Glunderen

    Een blondje komt juichend haar stamcafé binnen. Ze bestelt een bacardi-cola en begint na elke slok te glunderen, terwijl ze tegen zichzelf hardop zegt: “Wauw…binnen 30 dagen…tis niet te geloven!!!” De barman kijkt haar vreemd aan en vraagt: “Wat bedoel je met 30 dagen?” “Nou,” zegt het blondje, “ik heb een legpuzzel binnen 30 dagen in elkaar gezet, terwijl op de doos staat ’3 tot 5 jaar’!”

  • Een Non

    Een non neemt een taxi naar Brussel en merkt dat de knappe chauffeur haar voortdurend in ‘t oog heeft.
    Ze vraagt hem waarom hij haar constant zo intens bekijkt.
    Hij antwoordt: “Ik wil u iets bekennen, maar ik wil u niet in verlegenheid brengen”.
    Ze stelt hem gerust: “Mijn zoon, ge kunt me niet kwetsen, als je non was en zo oud als ik heb je zo goed als alles al gezien en gehoord.

    Ik weet zeker dat je me niets kan zeggen of vragen dat voor mij beledigend of kwetsend kan zijn”.
    Hij: “Wel, ik droom altijd opnieuw dat een kloosterlinge me heel passioneel kust”.
    De non: “Wel, dan kijken we wat daaraan kan gedaan worden. Eerst en vooral moet je vrijgezel zijn en daarnaast ook katholiek”.
    De taxichauffeur, al helemaal opgegeild, antwoordt: “Jaja, ik ben vrijgezel én katholiek!”
    “Oké”, zegt de non, “sla maar de eerstvolgende landweg in”.
    Daar voldoet ze aan zijn fantasie met een overtuiging die de meest geroutineerde straatmadelief zou doen blozen.
    Als ze de weg voortzetten begint de chauffeur te huilen.
    “Mijn kind”, zegt de non, “waarom huil je nu toch?”.
    “Vergeef me dat ik gezondigd heb. Ik moet bekennen dat ik gelogen heb: ik ben getrouwd en ben een jood”.
    De non antwoordt: “Trek het je niet aan. Ik heet Dirk, ben homo en ik ben op weg naar ‘t carnaval in Aalst “.

  • VISSEN

    Om 7 uur ‘s ochtends zit ik lekker te vissen langs het Amsterdam Rijnkanaal. De damp staat nog op het water. Ik zit net, komt er een man achter mij staan kijken. Het wordt acht uur, negen uur, tien uur, twaalf uur. Ik neem ’n boterhammetje en koffie en nog steeds staat die kerel achter mij naar m’n dobber te staren. Om 2 uur ‘s middags staat hij er nòg. Als ik om 7 uur ‘s avonds mijn spullen inpak, staat die vent nòg achter me. Ik zeg: “Meneer, u heeft nu 12 uur lang achter mij staan kijken. Waarom koopt u geen hengel? Kunt u zelf gaan vissen.” Zegt die man: “Sorry hoor, maar daar heb ik echt geen geduld voor . . . ”

  • Pas getrouwd

    Nadat een pas getrouwd bruidspaar de bruidssuite van het hotel
    heeft betreden, doet de bruidegom zijn broek uit en geeft het aan zijn
    kersverse bruidje met de woorden ‘Trek deze broek van mij eens aan’.
    Met een ietwat verbaasd gezicht doet ze wat hij zegt en merkt even later op:
    ‘Zie je nou wel, die broek past mij toch niet!!!’
    De bruidegom ziet dat tafereel geamuseerd aan en zegt dan heel doordringend: ‘Heel goed, onthoud dus dat
    IK de broek draag en niet jij.’
    Even later geeft het bruidje haar slipje aan haar bruidegom en zegt:
    ‘Dan wil ik nu graag, dat jij ook even mijn slipje past’.
    Hij gaat argeloos op haar verzoek in.
    Het komt echter niet verder dan zijn rechter bovenbeen en moet dan wel
    opmerken: ‘Ik kom helemaal niet in je slipje.”Juist.’, zegt het bruidje , ‘en als jouw houding niet verandert, dan blijft dat ook zo!’

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *