Slim blondje

Een blondje en een advocaat zitten in het vliegtuig. Het blondje is moe en wil wat slapen, maar de advocaat stelt haar voor een spelletje te spelen. ” Luister” zegt hij : Je mag de ander een vraag stellen. Wie het antwoord niet weet, moet de ander 5 euro geven.”Het blondje weigert en draait zich om, om te gaan slapen. De advocaat probeert opnieuw:”We spelen het als volgt: als jij het antwoord niet weet, geef je mij 5 euro, als ik het antwoord niet weet, krijg jij 500 euro”. “Ok dan!” zegt het blondje en ze speelt mee. De advocaat begint met een vraag: “Hoeveel bedraagt de afstand tussen de maan en de aarde?” Het blondje neemt spontaan haar portemonnee en geeft 5 euro aan de advocaat. Die glundert en zegt : “Nu is het jouw beurt om mij iets te vragen. “Het blondje denkt even na en vraagt dan: “Wat gaat met drie poten de berg op en komt er met vier poten weer vanaf?” De advocaat denkt heel diep na, hij weet het niet. Hij neemt zijn laptop en begint in een encyclopedie te neuzen, maar vindt het niet. Het blondje is intussen in slaap gevallen. Hij logt via zijn gsm in op het internet en googelt zich een ongeluk, maar hij vindt ‘t antwoord niet.. Hij maakt ‘t blondje wakker, neemt hij zijn portemonnee en geeft het blondje 500 euro. Het blondje stopt het geld weg en draait zich weer om om verder te slapen, dan vraagt de advocaat:” Wat was het antwoord op de vraag? “Het blondje neemt zwijgend haar portemonnee en geeft de advocaat 5 euro.

Similar Posts

  • Oudste Beroep

    Een timmerman, metselaar en een elektricien zitten tegen elkaar op te snijden over wie het oudste beroep heeft. De timmerman: “Weet je nog: Jezus. Die lag in een stalletje, en dat stalletje is gebouwd door, jawel, een timmerman.” Zegt de metselaar: “Nou en, de piramiden stonden er toen al eeuwen en die zijn toch gemetseld.” Zegt die elektricien: “Jullie moeten niet zo ruziën want wij hebben toch het oudste beroep.” “Op de eerste dag zei god: ‘er was licht!’ en toen hadden wij de leidingen al liggen.”

  • 2 belgen op een brug

    2 belgen staan op een brug boven een rivier in de verte te kijken. In de verte zien ze iets verschijnen op de rivier. Zegt die ene Belg: “Hé kijk, een boot”. Zegt die andere Belg: “Dat is geen boot, dat is een hovercraft.” Zegt die ene Belg weer: “Nee dat is een boot!!” Zegt die andere Belg weer: “Nee dat is een hovercraft!! Zegt die ene belg weer: Nee dat is een boot! (spellen) B-O-O-T !! Zegt die andere Belg weer: “Nee dat is een Hovercraft! (spellen) H-O-….? Ow nee je hebt gelijk, het is toch een boot!”

  • Gratis

    Een Belg zegt tegen zijn Hollandse vriend: “Ik ken een trucje om gratis te gaan eten.” “Fantastisch zeg”, zegt de Hollander, “hoe doe je dat?” “Ik ga naar een restaurant, zet mij neer en ik bestel een voorgerecht, een hoofdschotel en een dessertje, dan neem ik mijn tijd met een koffie en een cognac. Vervolgens wacht ik tot sluitingstijd. Als bijna alle stoelen op de tafels staan komt natuurlijk de ober vragen of ik wil afrekenen. Dan zeg ik hem: ‘Maar ik heb al afgerekend bij uw collega die reeds vertrokken is.’ En klaar is Kees.” “Geweldig, gaan we dat dan morgen eens uitproberen?” zegt de Hollandse vriend. Zoals afgesproken gaan ze de andere dag naar het restaurant en alles verloopt zoals verwacht. Tegen het sluitingsuur komt de ober en vraagt of ze willen afrekenen. De Belg antwoordt: “Excuseer, maar wij hebben al betaald aan uw collega die reeds vertrokken is.” Waar de Hollander aan toevoegt: “En we wachten nog altijd op ons wisselgeld!”

  • Inspecteur

    Ne belastinginspecteur kwam an de duure bie ne boer. Hij wol ’t spulke taxeern, “Ie doat mar wat nit loatn kunt”, zeg den boer. Toen den keal kloar was met ziene inspectie wolle nog efkes ’t gröslaand taxeren. “Ik zöl doar neet an begin’n a’k oe was” zeg den boer. Doar mös den taxateur toch efkes um lachen. “Kiek”, zeg den inspecteur en hij haaln ’n pasje oet zien tuk. “Met disse vergunnige mag ik bie iedereene alns controleern, dus met dit pasje mut elk eene mien gezag opvolgen”! “Ie doat mar waj neet loatn kunt” zeg den boer aandermoal en ’n taxateur gung gestrits oaver ‘n weiredroad hen woer jammer genog toevallig gén stroom opstun. Met ziene krek gepoetste skoone stunne al gauw miln in drek. Hij dee ’n paar trad veerder de weire in en toen kwam Herman d’r anloopn. Dat was ’n boer ziene bolle. Ziene fokstier za’k mar zegn. Herman begun rondjes te loopn um ’n taxateur hen. ‘n Taxateur prebeern vöt te komn op ziene duure skoone. “Wat mu’k toch doon” skreewn ’t inspecteurtje, “Ik kan naans hén, ik zitte vaste in ’n drek”! “Och”, zeg ’n boer, dewiel hij ’n sjekkie an ’t dreajn was, “dan loat ie ‘m toch  gewoon efkes oen pasje zeen…..”?

  • IS MIJN UUR GEKOMEN?

    Geplaatst in Mannen en vrouwen moppen Een vrouw van 46 krijgt een hartaanval en ligt in het ziekenhuis. Terwijl ze op de operatietafel ligt, dichtbij de dood, krijgt ze een visioen. Ze ziet God en vraagt: ‘Is mijn uur gekomen?’ God antwoordt: ‘Nee, je hebt nog 43 jaar, 2 maanden en 8 dagen tegoed’. Bij het ontwaken uit de verdoving, besluit ze een facelift en een liposuctie te laten doen, haar lippen te laten opspuiten met collageen, haar borsten te laten corrigeren… Kortom: ! ‘The Works’. Nu ze weet dat ze nog lang te leven heeft, loont het ruim de moeite. Na haar laatste operatie komt ze totaal gerenoveerd uit het ziekenhuis en wordt gegrepen door een ambulance bij het oversteken van de straat. Dood. In de hemel aangekomen vraagt ze aan God: ‘Ik dacht dat ik nog meer dan 40 jaar tegoed had ! ‘Waarom heb je me laten omver rijden door die ambulance ?’ Zegt God: ‘Meid, ik had je niet herkend !!!’

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *