Similar Posts

  • Sinterklaas

    In een winkelcentrum in Amsterdam vraagt Sinterklaas aan een meisje hoe ze heet, het meisje kijkt Sinterklaas heel boos aan, Sinterklaas vraagt het nog maar eens, Hoe heet jij? Het meisje zegt heel boos: “Dat heb ik je vanmorgen op school al verteld ben je het alweer vergeten!?”

  • Eerlijke advocaat

     

    Een advocaat komt solliciteren op een groot advocatenkantoor.
    De manager P.Z. vertelt hem dat zij een eerlijk bedrijf zijn en dus op zoek zijn naar eerlijke mensen.
    De manager vraagt hem: “Bent u een eerlijke advocaat?”
    “Eerlijk?”, vraagt de advocaat. Laat mij u eens iets vertellen over eerlijkheid.
    Ik ben ZO eerlijk dat ik de 45.000 gulden die mijn vader me geleend heeft om mijn studie te kunnen bekostigen, direct na mijn eerste zaak heb terugbetaald!”
    Geïmponeerd vraagt de manager: “Wat was dat voor een zaak?”
    “Een kort geding waarin mijn vader het geld terug eiste.”

     

  • Vervelen

    Jantje zit zich te vervelen. de meester komt naar Jantje en zegt: “Jantje waarom maak je geen tekening van een koe?” “ok,” zegt Jantje. Een uur later komt de meester kijken. Jantje zit met een leeg papier voor zich. Zegt de meester: “waarom heb je nog niks gemaakt? waar is het gras?” Zegt jantje: “dat gras heeft de koe opgegeten.” Zegt meester: “waar is de koe dan?” Zegt Jantje: “serieus meester, denk je dat de koe blijft staan als het gras op is?”

  • De bootreis

    Er zit een meisje in een café nogal sip te kijken en te zuchten. Een jongen gaat naar haar toe, en vraagt wat er aan de hand is. ‘Nou,’ zegt het meisje, ‘ik zou zo graag mijn zus eens bezoeken in Zuid-Afrika, maar de bootreis is veel te duur.’ ‘O, maar dat komt goed uit,’ zegt de jongen, ‘want ik ben matroos. Ik wil je best in mijn plunjezak het schip op smokkelen.’ ‘Dat zou geweldig zijn,’ zegt het meisje, ‘maar wat moet ik daar voor doen?’ ‘Nou,’ zegt de jongen, ‘ik kom je elke avond eten brengen. En dan zou ik het fijn vinden als ik een half uurtje bij je mag komen liggen.’ ‘Dat is wel goed,’ zegt het meisje. Dus wordt het meisje het schip op gesmokkeld. Elke avond komt de matroos haar eten brengen, en blijft dan een half uurtje bij haar. Na drie weken vindt het meisje de reis wel lang gaan duren. Ze besluit maar eens naar boven te gaan. Boven gekomen ziet ze de kapitein lopen, en aan hem vraagt ze: ‘Kapitein, duurt het nog lang voordat we in Zuid-Afrika zijn?’ ‘Nogal,’ zegt de kapitein, ‘want dit is de veerboot naar Texel.’

  • Gedronken?

    Politieagent: ‘wat heeft u gedronken?’

    bestuurder: ‘schrijf maar op een krat bier; champagne kun je toch niet schrijven … ‘

    Politieagent: ‘uw naam?’

    bestuurder: ‘Zscherboinsky-Crzcypierzak’

    Politieagent: ‘hoe schrijf je dat?’

    bestuurder: ‘met een liggend streepje’

     

  • Jefke

    Jefke zit op de stoep met een stok in een hondepoep te roeren.
    De postbode komt voorbij en vraagt aan Jefke wat hij aan’t doen is. ‘Een postbode aan het tekenen , zegt Jefke.
    Kwaad loopt de postbode door en doet zijn verhaal aan de ‘ Broeders van Liefde’, die een straat verder in hun combi zitten te mediteren.
    ‘Wacht’, zegt één van de politieagenten, ‘eens zien of hij dat bij ons ook durft !
    ‘Zij wandelen naar Jefke en vragen : ‘Awel brave jongen, gij zijt toch geen politieagent aan het tekenen hoop ik?
    ‘Jefke: ‘Nee nee, maak U maar geen zorgen, daar heb ik niet genoeg stront voor….’ .

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *