Bij de grens

Er komt een man op een fiets aangereden met een zak op de bagagedrager.

Douanebeambte: “Heeft u iets aan te geven?”
Man: “Nee”.
Douane: “Wat heeft u dan in die zak?”
Man: “Zand”.
Tijdens de controle blijkt dat het inderdaad om zand gaat.
Een week lang komt de man elke dag met zijn fiets bij de grens met een zak op de bagagedrager.

Op de 8e dag wordt de douanebeambte toch wantrouwend.
Douane: “Wat vervoert u in die zak?”
Man: “Zand”.
Douane: “Mmmmm, even kijken”.
Deze keer wordt het zand gezeefd. Uitslag: alleen maar zand.
Elke dag passeert de man met zijn fiets en een zak de grens.

Na twee weken wordt het de douanier toch te bont en hij stuurt het zand naar een laboratorium voor nader onderzoek.

Resultaat: het is alleen maar zand!
Na twee verdere maanden van zandtransport houdt de douaneman het niet meer uit en hij zweert:

“Ik geef u zwart op wit dat ik u niet zal aangeven, maar ik voel aan mijn klompen dat u iets smokkelt. Wat is het?”
De man antwoordt: “Fietsen”.

Similar Posts

  • Horloge

    Er zitten 2 man in een trein en de jongeman vraagt aan de andere man. Kun je mij vertellen hoe laat het is? De man geeft geen antwoord. Weer een poosje later vroeg hij het weer. De man gaf weer geen antwoord. De jongeman zegt tegen de man. Meneer nu heb ik je 2 keer gevraagd hoe laat het is waarom zeg je niks. Dat zal ik je vertellen zei de man. Je vraagt mij hoe laat het is. Dan moet ik mijn mooie horloge pakken. Dan zeg jij dat is een mooie horloge. Dan zeg ik ja dat is ook een mooie horloge. Dan vraag jij aan mij hoe ik zo’n horloge kan betalen. Dan moet ik zeggen dat ik goeie zaken doe. Dan vraag je mij of ik dochters heb. Dan moet ik zeggen ja ik heb mooie dochters. En jij wilt langs komen en komt daarna nog eens lang. En naderhand wil je met een van mijn dochters trouwen. Dus zeg nou zelf. Wat moet ik met een schoonzoon die geen horloge kan betalen

  • Jongen of meisje

    Er liggen twee baby’s naast elkaar in het ziekenhuis. Vraagt de ene baby aan de andere: ‘Ben jij een jongen of een meisje?’ ‘Een jongen!’ antwoordt de andere baby. ‘Hoe weet je dat?’ De jongen kijkt onder de dekens en steekt zijn voeten onder de dekens uit. ‘Kijk, blauwe sokjes!’

  • Humor uit het Klooster

    Moeder Overste van het klooster is wakker geworden in een opperbeste stemming, en beslist de ronde van de kloostercellen te doen.     
    – Goeie morgen, Zuster Marie-Josephe, ik vind je deze morgen zeer knap, en wat je draagt staat je beeldig!       
    – Ook goeie morgen, Moeder Overste, maar ik heb de indruk dat je de verkeerde kant uit bed bent gestapt!           
    Het antwoord beviel haar niet erg, maar toch besliste ze haar cellenrondgang voort te zetten.        
    – Goeie morgen Zuster Maria, ik vind je zeer goed deze morgen en wat je draagt staat je uitstekend!       
    – Dank je Moeder Overste, ik vind je ook netjes, maar ik heb toch de indruk dat je de verkeerde kant uit bed bent gestapt!        
    De overste bijt zich op de lippen en vervolgt haar rondgang, maar van alle nonnen krijgt ze hetzelfde antwoord.       
    Als ze  bij de vijftiende non arriveert, staan haar zenuwen op springen en met de tanden op elkaar zegt ze:        
    Dag Zuster Noëlla, wees eens vriendelijk en …  vind jij ook dat ik deze morgen de verkeerde kant uit bed ben gestapt?        
    – Ja, Moeder Overste …  
    – En waarop baseer je je???      
    – Je draagt de sandalen van Pater Emile!! 

  • Das om!

    Een toerist doolt rond in de woestijn. Hij vergaat van de dorst en kan amper nog lopen. Plots verschijnt er een man op een kameel. Er hangen zo’n 30 dassen over zijn rechterarm.
    – Water roept de toerist.
    – Ik heb geen water, antwoordt de man op de kameel, maar ik kan u wel een prachtige das verkopen voor 15 euro.
    – Ik wil geen das, ik wil water, zegt de man.
    – Voor 25 euro krijgt u twee dassen.
    – Ik wil geen dassen! Zeg me gewoon waar ik water kan krijgen.
    – Oké. Ga de richting uit van waaruit ik kom. Even verder zult u een kleine palmboom en een gebouw zien staan. Daar kunt u water vinden. De man op de kameel galoppeert verder en de toerist volgt de aangewezen weg. Plots staat hij voor een restaurant.
    – Water, zegt hij tegen de man aan de ingang.
    – Ja, veel water hier, antwoordt hij.
    – Goddank, geef me snel een hele fles!
    – Het spijt me, meneer, wij bedienen alleen mensen die een das dragen.
  • Vieze voeten

    Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”

  • Piet & Sjaak

    Op een mooie dag ontmoeten Sjaak en Piet elkaar na lange tijd weer. “En, hoe gaat het ermee”, vraagt Piet. Sjaak:”Gaat wel” Piet:”Hoezo? lukt het je nog steeds niet om Mientje te versieren? Dan zal ik je eens uitleggen hoe je dat aan moet pakken. Zie je die twee vogeltjes daar boven in de dakgoot? Zo moet jij dat ook aanpakken Sjaak, een beetje spelen,beetje fladderen en haar het hof maken!”
    Sjaak: “Ik ga het proberen, bedankt Piet!”
    Enkele weken later komen ze elkaar weer tegen. Piet:”Sjaak, hoe is het ermee?”
    Sjaak: ” Gaat wel..”
    Piet: “hoezo, je hebt toch wel gedaan wat ik je gezegd heb?”
    Sjaak:” Jawel…”
    Piet:”Nou dan!”
    Sjaak:”…maar Mientje is van het dak gevallen!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *