Spuug

Jonas loopt langs het huis van de burgemeester en spuugt tegen het raam. De burgemeester komt boos naar buiten en vraagt: “Wat zou jouw moeder ervan vinden als ik bij jullie tegen het raam spuug?” Jonas : “Dat zou ze heel knap vinden, wij wonen op de zevende verdieping!”

Similar Posts

  • Frans

    Pietje vraagt aan Sandra: ken jij Frans??

    Sandra: ja dat is mijn oom.

    Pietje: nee ik bedoel spreek jij Frans??

    Sandra: ja hij komt zondag bij ons.

    Pietje: versta jij Frans ??

    Sandra: ja als hij Nederlands spreekt wel.

  • Gelukkig

    Een dokter komt tijdens zijn ochtendwandeling een oudere gerimpelde vrouw tegen,
    ze zit voor haar huis een sigaar te roken, dus hij loopt naar haar toe en vraagt,
    “Ik kan het niet helpen, maar het viel me op hoe gelukkig u er uit ziet! Wat is uw geheim”
    “Ik rook elke dag 10 sigaren,” zei ze. “Voor ik naar bed ga, rook ik een grote lekkere joint.
    Afgezien daarvan, drink ik een hele fles Jack Daniels iedere week, en ik eet alleen maar junk food.
    In de weekends, gebruik ik veel pillen, heb ik veel onveilige wisselende seksuele contacten, en ik doe nooit aan welke vorm van sport dan ook.”
    “Dat is pas onvoorstelbaar! Hoe oud bent u?”
    “Vierendertig”

  • Proefwerk

    De meester roept Wendy en Desie bij zich, en zegt boos: – Jullie krijgen allebei ‘n 1 voor dat proefwerk van gisteren, want ik weet zeker dat jullie afgekeken hebben. Jullie hebben namelijk precies dezelfde fouten gemaakt!.
    Desie: – Maar het kan toch wel dat we allebei het verkeerde antwoord hebben gegeven? Dan hoef je toch nog niet afgekeken te hebben?
    Meester: – Ja, dat kan. Maar op de eerste vraag wat de hoofdstad van Australië is, antwoord Wendy: ‘Ik weet het niet’ en jij hebt opgeschreven: ‘Ik ook niet!’

  • OP DE ZESDE DAG SPRAK GOD

    Op de zesde dag sprak God tot de aartsengel Gabriel: “Vandaag ga ik een land creëren, genaamd Nederland. Het zal een land zijn van buitengewone natuurlijke schoonheid, met grote bossen, vol met herten, zwijnen en eekhoorns. Grote rivieren, gevuld met alle mogelijke soorten levende wezens. Het zal een binnenzee krijgen met enorme hoeveelheden vis en ook aan een buitenzee komen te liggen, die men van prachtige goudgele stranden kan overzien.” God ging verder: “Ik zal het land rijk maken door de landbouw en de inwoners zullen grote welvaart kennen. Sommige van hun vrouwen zullen van verblindende schoonheid zijn. Ze zullen bekend worden als Hollanders. En ze zullen het vriendelijkste volk op aarde zijn. En als slagroom op de taart maak ik van het zuiden van Nederland een lieflijk heuvellandschap waar vriendelijke mensen zullen wonen, die bekend zullen staan als Limburgers.” “Maar Heer,” zegt Gabriel, “denkt U niet dat u een beetje te genereus bent voor deze Hollanders?” “Niet echt,”, antwoordt God, “moet je eens opletten wie ze als oosterburen krijgen!”

  • Een automonteur komt van de dokter vandaan en denkt: “Dat kan ik ook.”  De monteur begint zijn eigen dokterspraktijk. Hij maakt reclame met: “Als ik je probleem kan oplossen kost het je 500 euro. Als ik geen oplossing voor je heb krijg je van mij 1000 euro.” Een advocaat ziet de advertentie en denkt dat hij daar gemakkelijk geld mee kan verdienen. Hij gaat naar de praktijk toe van de monteur. “Ik ben mijn smaak kwijt”, zegt de advocaat. “Gaat u maar zitten”, zei de monteur, “daar heb ik wel een drankje voor.” Hij loopt naar de kast, doet de 3e la van linksboven open en pakt een potje waar benzine in zit. Hij giet het goedje in de mond van de advocaat. Terwijl hij het uitspuugt zegt de advocaat: “Gadver, dat is benzine. Wat doe je?!”  “Ah”, zegt de monteur, “u heeft uw smaak terug. Dat is dan 500 euro.”  De advocaat betaald en loopt boos weg. De volgende dag, nog steeds verontwaardigd over zijn vorige bezoek bedenkt de advocaat een nieuw probleem en gaat opnieuw naar de dokterspraktijk van de monteur. De advocaat zegt: “Ik denk dat ik mijn geheugen kwijt ben. Ik kan me niets meer herinneren.”  “Gaat u maar zitten”, zei de monteur, “daar heb ik wel een drankje voor.” Hij loopt weer naar de kast, doet de 3e la van linksboven open en pakt een drankje. “Nee, niet die, dat is benzine!” zeg de advocaat.  “Ah”, zegt de monteur, “u heeft uw geheugen terug. Dat is dan 500 euro.” De advocaat betaald en loopt nog bozer weg. De derde dag gaat de advocaat een laatste poging doen om die 1000 euro te verdienen. Hij bedenkt een weer een probleem en gaat naar de praktijk toe. “Dokter”, zeg de advocaat, “ik kan bijna niets meer zien. Mijn zich gaat enorm achteruit.” De monteur denkt eens goed na en na een tijdje zegt hij:  “Nee sorry, daar heb ik geen oplossing voor.” De monteur reikt naar zijn portemonnee. Hij overhandigt het geld en zegt: “Hier heeft u uw 1000 euro.” Terwijl hij in werkelijkheid een briefje van 200 euro overhandigd.  “Heee!” zegt de advocaat, “dit is maar 200 euro.”

    De monteur zegt: “U heeft uw zicht terug, wat geweldig. Dat wordt dan 500 euro.”

  • Opscheppen over de kinderen

    Twee moeders zitten in het park op een bankje. Zegt de ene moeder: “Mijn kind van twee kan zijn naam al schrijven.” Zegt de ander: “Mijn kind van twee kan zijn naam zelfs al achterstevoren schrijven.” “O, wat knap! Hoe heet uw kind dan?”. “Mijn kind heet Bob”.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *