Deur op slot

Een Belg tankt in Enschede bij een selfservice station. Hij gaat naar binnen om te betalen, gaat naar buiten en komt direct daarna in paniek weer binnen. “Weet U”, zegt hij,” nu heb ik mijn wagen gesloten en de sleutels erin laten zitten”. “Geen paniek”, zegt de bediende, “dat gebeurt wel vaker” “U krijgt van mij een schroevendraaier, een doekje en een ijzerdraadje mee. Met de schroevendraaier duwt u het raamrubber opzij, u doet het doekje ertussen, om niets te beschadigen en met het ijzerdraadje, hengelt u het pinnetje van de deur open”. De Belg is helemaal opgelucht en loopt weer naar buiten. 5 Minuten later komt een man uit Enschede binnen. “Dit kan niet ” zegt hij verbaast tegen de bediende. “Ja, wat dan ?” vraagt deze. “Staat er buiten een Belg, met een ijzerdraadje z’n deur open te maken” ” En?” vraagt de bediende, “dat maken wij hier regelmatig mee!”. “Ja”, zegt de man uit Enschede, “maar toch niet dat de vrouw in de auto zit en roept: Beeeetje naar linnnnks, beeeeetje naar rechts!!!”

Similar Posts

  • Vreemd Gaan

    Drie mannen sterven en ze komen aan de poort. St. Pieter wacht hen op. Hij zegt:
    “Jullie zijn vergeven anders zouden jullie hier niet zijn. Voor ik jullie binnenlaat in de hemel moet ik een vraag stellen. De hemel is zo groot dat je een auto nodig hebt, het merk dat je krijgt hangt af van je antwoord.”
    De eerste man stapt naar voor en Pieter vraagt:
    “Hoe lang was je getrouwd?”
    De man zegt: 24 jaar.
    “Heb je ooit je vrouw bedrogen?”
    “Yeah, 7 maal, maar u zei toch dat ik vergeven was?”
    Pieter zegt:
    “Zo goed is dat niet, he! Je krijgt een Fiat Punto!”
    De tweede man zegt:
    “Ik was 41 jaar getrouwd en heb haar 1 keer bedrogen. Dat was het eerste jaar van ons huwelijk, daarna hebben we het heel goed gehad!”
    “Blij dat te horen, je krijgt een Mercedes,” zegt Pieter.
    De derde man stapt nu naar voren en zegt:
    “St. Pieter, ik weet wat je gaat zeggen maar ik ben 63 jaar getrouwd geweest, heb haar als een koningin behandeld en haar dus nooit bedrogen.”
    Zegt Pieter:
    “Dat hoor ik graag, je krijgt een Jaguar.”
    Een paar dagen later staat de man aan de kant met zijn Jaguar, hij huilt. De twee andere mannen komen langs en vragen wat er scheelt. Zegt de man:
    “Ik heb zonet mijn vrouw gezien, op een skateboard!”

  • KANGEROE OVER DE VLOER

    Een kangoeroe wandelt een café binnen, gaat aan de bar zitten en bestelt een biertje. “Dat is dan vijfentwintig euro,” zegt de barman. De kangoeroe vindt dat wel een beetje duur, maar legt toch vijfentwintig euro op de toog, krijgt een versgetapt biertje voorgezet en begint er op zijn gemak van te drinken. Na een tijdje krijgt hij in de gaten dat het hele café naar hem aan het staren is. “Tjonge,” zegt hij tegen de barman, “de hele zaak is hier naar mij aan het kijken. Wel een beetje onbeleefd, vindt u ook niet?” “Je moet dat begrijpen,” zegt de barman, “wij krijgen hier niet vaak kangoeroes over de vloer.” “Nee, dat snap ik,” zegt de kangoeroe, “als je vijfentwintig euro voor een biertje vraagt…”

  • Hoe laat?

    Een zakenman die op weg is huis wordt onderweg door slaap overvallen en om geen brokken te maken besluit hij zijn bolide langs de kant van de weg te zetten om even een tukje te doen. Hij vindt een rustig landweggetje en valt al na vijf minuten in een diepe slaap. Plotsklaps wordt hij opgeschrikt door getik tegen de autoruit. Hij draait het raampje open en een oud vrouwtje vraagt aan hem hoe laat het is. “Vijf voor twee,” bromt de zakenman. De vrouw bedankt hem en loopt verder. De zakenman draait zich om en gaat verder waar hij gebleven was. Lang kan hij er niet van genieten want tien minuten later wordt hij weer gewekt door getik tegen het raam. Geërgerd draait hij het autoraam open en ditmaal is het een jogger die de tijd wil weten. “Vijf over twee,” buldert de zakenman. De jogger bedankt hem en jogt verder. De zakenman beseft dat hij op zo’n manier nooit aan zijn slaap komt en pakt een stuk papier en schrijft daar met koeienletters op: IK WEET NIET HOE LAAT HET IS! en plakt dit achter zijn ruit. Tevreden over zijn eigen vindingrijkheid valt hij voor de derde maal in diepe slaap. Nauwelijks aangekomen in dromenland word zijn rust weer verstoord door getik tegen de ruit. Met een welgemeende “Godgloeiende…,” draait de zakenman zijn autoraam open en kijkt in het gezicht van een jonge scholier. Deze werpt een blik op zijn horloge en zegt: “Het is tien voor half drie meneer.”

  • Nieuwe Papa

    Nieuwe Pappa

     

    “Ik heb een nieuwe papa” vertelt Sofietje van vier aan haar klasgenootjes! Als het eenmaal zover is loopt Sofietje met haar klasgenootjes naar haar nieuwe papa toe. Kijk dit is hij vertelt ze trots en ze wijst haar papa aan. Waarop Jos antwoord: “O! DIE IS GAAF! DIE HEB IK OOK GEHAD!!”

  • Het is ook nooit goed

    Kom je te laat op je werk, dan geef je een slecht voorbeeld. Kom je te vroeg, dan ben je een rondneuzer, of blij thuis weg te zijn.
    Blijf je overwerken, dan ben je een uitslover. Ga je op tijd weg, dan heb je geen hart voor de zaak.
    Pleeg je overleg, dan durf je zelf niet te beslissen. Doe je het niet, dan ben je eigenwijs.
    Neem je iemand apart, dan schep je onderonsjes. Doe je het niet, dan ben je onpersoonlijk.
    Ben je aardig, dan wil je de getapte man uithangen. Houd je afstand, dan heb je verbeelding.
    Kom je met nieuwe ideeën, dan ben je een nieuwlichter. Maar als je ze niet hebt, dan gaat er niets van je uit.
    Laat je anderen iets voor je doen, ben je een afschuiver. Pak je het zelf aan, dan ben je eigengereid.
    Hou je je stipt aan de voorschriften, dan ben je lastig. Als je het niet doet, ben je een slappeling.
    Heb je succes, dan heb je geluk gehad. Loopt het mis, dan weet iedereen het je te vertellen.
    Als je er niet meer bent, Dan was je een geweldige kerel!

  • Een broodje ei met ui….

    Er woont een Belg in Den Haag, maar hij raakt zijn Belgische accent maar niet kwijt.

    Hij besluit bij een echte Hagenees Haags te leren….
    Na 4 weken kan hij eindelijk de zin: geef mij een broodje ei met ui, in het plat Haags uitspreken.
    Hij loopt, trots als een pauw, een winkel in en zegt: “Hé geef mij een broodje ei met ui”.
    Waarop de verkoper tegen hem zegt: “Je bent zeker een Belg?”
    “Hoezo”, vraagt de Belg, “dat was toch Haags?”
    “Jazeker, maar je staat in een fietsenwinkel.”

     

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *