Deur op slot

Een Belg tankt in Enschede bij een selfservice station. Hij gaat naar binnen om te betalen, gaat naar buiten en komt direct daarna in paniek weer binnen. “Weet U”, zegt hij,” nu heb ik mijn wagen gesloten en de sleutels erin laten zitten”. “Geen paniek”, zegt de bediende, “dat gebeurt wel vaker” “U krijgt van mij een schroevendraaier, een doekje en een ijzerdraadje mee. Met de schroevendraaier duwt u het raamrubber opzij, u doet het doekje ertussen, om niets te beschadigen en met het ijzerdraadje, hengelt u het pinnetje van de deur open”. De Belg is helemaal opgelucht en loopt weer naar buiten. 5 Minuten later komt een man uit Enschede binnen. “Dit kan niet ” zegt hij verbaast tegen de bediende. “Ja, wat dan ?” vraagt deze. “Staat er buiten een Belg, met een ijzerdraadje z’n deur open te maken” ” En?” vraagt de bediende, “dat maken wij hier regelmatig mee!”. “Ja”, zegt de man uit Enschede, “maar toch niet dat de vrouw in de auto zit en roept: Beeeetje naar linnnnks, beeeeetje naar rechts!!!”

Similar Posts

  • Tabaksplant

    Op de markt koopt een vrouw een tabaksplant. De marktkoopman overhandigd haar de plant en zegt: ‘En als er klachten zijn, komt u maar terug.’ Na drie weken komt de vrouw weer bij de marktkoopman en zegt: ‘U heeft me kort geleden die tabaksplant verkocht.’ ‘Kan wel’, zegt de man, ‘wat is er mee?’ ‘Kunt u me ook zeggen wanneer de sigaren eraan komen?’

  • Diefstal

    Een vrouw werd gearresteerd voor winkeldiefstal. Toen ze voor de rechter stond, vroeg deze haar: “Wat heeft u gestolen?” De vrouw antwoordde: “Een blik perziken”. Toen de rechter haar vroeg waarom ze dat had gestolen, zei ze dat de honger had. Toen vroeg de rechter hoeveel perziken er in het blik zaten en de vrouw antwoordde: 6. Dan geef ik u 6 dagen gevangenisstraf, zei de rechter. Plotseling stond de man van de vrouw op en verzocht te mogen spreken. De rechter stemde toe en de man zei:

    “Ze heeft ook een blik doperwten gestolen”.

  • Sinterklaas

    Een vader begint tegen zijn zoon over Sinterklaas. Waarop zijn zoon antwoordt:
    “Ach, schei toch uit met je Sinterklaas. Ik heb alles gevonden in de kelder, het  kostuum, de baard en die staf. Ik geloof allang niet meer in Sinterklaas. En,” zegt hij, “nou we toch kerels onder elkaar zijn, met die ooievaar kan je ook wel inpakken.”
    Antwoordt zijn vader: “O ja, weet je dan hoe het wel  gaat?”
    “Ja,” zegt hij, “kinderen worden geboren en ik zal net zo lang zoeken  tot ik die boor ook gevonden heb.”

  • Bij Petrus

    Een pastoor kwam te overlijden en stond voor de hemelpoort te wachten om binnengelaten te worden . Voor hem stond een man in jeans , met een leren vest en een zonnebril op  . Petrus vroeg aan deze man : “wie bent U”?

    “Ah. Ik ben John uit Amsterdam en ik ben heel mijn leven taxichauffeur geweest”!

    Petrus kijkt in zijn dik boek en zegt : “Oké, hier staat uw naam, neem deze zijden mantel en deze gouden staf en treedt binnen in het hemelse rijk”!

    Daarna vroeg Petrus de naam van onze pastoor.

    Ik ben pastoor Johannes van de grote kerk, en ik heb 45 jaar uw woord gepredikt !

    Petrus kijkt weer in zijn boek en zegt: “Ah ja, hier staat het, neem dit katoenen hemd en deze houten staf en treedt binnen”!

    “Hela”, zegt onze pastoor, “hoe kan dat, ik krijg katoenen hemd en een houten staf, en die taxichauffeur goud en zijde? Iets klopt er niet he”!

    “Jawel” zegt Petrus, “wij bekijken het resultaat, tijdens uw werk en gebeden sliep iedereen, en bij zijn werk, met de taxi rijden, was iedereen aan het bidden”!!!

  • De bootreis

    Er zit een meisje in een café nogal sip te kijken en te zuchten. Een jongen gaat naar haar toe, en vraagt wat er aan de hand is. ‘Nou,’ zegt het meisje, ‘ik zou zo graag mijn zus eens bezoeken in Zuid-Afrika, maar de bootreis is veel te duur.’ ‘O, maar dat komt goed uit,’ zegt de jongen, ‘want ik ben matroos. Ik wil je best in mijn plunjezak het schip op smokkelen.’ ‘Dat zou geweldig zijn,’ zegt het meisje, ‘maar wat moet ik daar voor doen?’ ‘Nou,’ zegt de jongen, ‘ik kom je elke avond eten brengen. En dan zou ik het fijn vinden als ik een half uurtje bij je mag komen liggen.’ ‘Dat is wel goed,’ zegt het meisje. Dus wordt het meisje het schip op gesmokkeld. Elke avond komt de matroos haar eten brengen, en blijft dan een half uurtje bij haar. Na drie weken vindt het meisje de reis wel lang gaan duren. Ze besluit maar eens naar boven te gaan. Boven gekomen ziet ze de kapitein lopen, en aan hem vraagt ze: ‘Kapitein, duurt het nog lang voordat we in Zuid-Afrika zijn?’ ‘Nogal,’ zegt de kapitein, ‘want dit is de veerboot naar Texel.’

  • Lepel

    Een dorpspastoor kreeg bezoek van een jongere collega. Tijdens het eten merkt de jonge pastoor op dat de oude pastoor veel zat te kijken naar zijn huishoudster. De jonge pastoor zei dit en de oude pastoor verzekerde dat er niks tussen hem en zijn huishouder was. Een week later vertelde de huishoudster dat er een lepel ontbrak. De oude pastoor belt naar de jonge collega en zegt: “Ik zeg niet dat je die lepel hebt, maar heb je hem, ja of nee?” Het antwoord van de jonge pastoor was: “Als je in je eigen bed sliep, meneer pastoor,  had je hem allang gevonden!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *