Kibbelen

Twee blondjes lopen op straat. Plots wijst de ene naar iets en roept:

_ Kijk daar, de zon!

_ Maar nee, dat is de maan, zegt de andere.

Ze lopen kibbelend verder.

Even later zegt de eerste:

_ Weet je wat, we zullen eens ergens aanbellen en vragen wie er nu gelijk heeft.

Ze bellen aan bij het eerste huis dat ze tegenkomen en het toeval wil dat er een blondje opendoet.

De twee dames wijzen naar de lucht en vragen:

_ Mevrouw, dat ding daar in de lucht, is dat nu de zon of de maan?

_ Ik zou het niet weten. Ik woon hier nog maar pas.

Similar Posts

  • Hond

    Om half twee ‘s nachts ging eergisteren de telefoon bij ons . Moeizaam kwam ik uit bed en vond op de tast de telefoon. “Spreek ik met meneer Osselaer?” vroeg een boze stem aan de andere kant van de lijn.

    “Ja, inderdaad,” mompelde ik .

    “Met Van Snick van de overkant. Ik bel even om te zeggen dat het geblaf van uw hond me gek maakt. Laat hem alstublieft onmiddellijk ophouden.”

    De volgende nacht om twee uur belde ik naar Van Snick. “Hallo?” mompelde hij slaperig.

    “Meneer Van Snick, met Osselaer van de overkant” riep ik door de telefoon!

    “Om twee uur ‘s nachts? Bent u gek geworden?”

    “Meneer Van Snick, ik bel even om te zeggen dat ik geen hond heb”.

     

  • Hoesten

    Jans werkte tijdelijk in een apotheek, doch slaagde er nooit in het geschikte drankje mee te geven.

    Z’n baas waarschuwde Jans dat hij hem zou moeten ontslaan als hij weer verkeerde medicijn zou verkopen.

    Toen een klant een middel tegen een hardnekkige hoest wilde, gaf Jans de man echter een laxeermiddel.

    Hij gaf hem zelfs de raad: “Neem maar direct een grote slok!”

    Buitengekomen begint het drankje al te werken en de man houdt zich vast aan een lantaarnpaal.

    De apotheker zegt kwaad tegen Jans “Ge weet toch wel dat een laxeermiddel de man z’n hoest niet zal stoppen!”

    “Toch wel” repliceert Jans “Kijk maar, hij is gewoon erg bang om nog te hoesten!”

  • Pastoor bedankt!

    Een man ligt in het ziekenhuis en vraagt naar de pastoor.
    Als de pastoor komt gaat hij naast het bed staan van de patiënt. Al snel gaat het ineens slechter met de man. Wanhopig probeert de man iets te zeggen maar niemand kan hem verstaan.
    Pastoor: “Laat iemand pen en papier halen! Snel!”
    ALs de man eenmaal papier heeft schrijft hij met zijn laatste adem iets op en geeft het aan de pastoor. Terwijl de pastoor het briefje leest blaast de man zijn laatste adem uit. De pastoor trekt wat witjes weg, legt het papier op het bed en loopt geschrokken de kamer uit.
    Nieuwsgierig pakt een zuster het papier en leest: Meneer de pastoor, kunt u even op zij gaan. U staat met uw voet op mijn beademingsslang…

  • Professor en een student

    Een professor neemt het middagmaal in de kantine van de universiteit. Een student zet zich tegenover hem aan dezelfde tafel. De professor ergert zich hieraan en zegt: Een varken en een vogel lunchen niet samen.
    Zegt de student: Oke, ik vlieg wel naar een andere tafel. De professor is razend om dit antwoord en besluit om de student bij zijn volgend examen extra te controleren.
    Op het volgende examen kan de student echter perfect op alle vragen antwoorden en de professor besluit, door ervaring gelouterd, om een meerkeuze vraag te stellen. Hij vraagt: Op straat tref je twee zakken aan, in de ene zit een stapel bankbiljetten en in de andere zit verstand, welke kies je?
    De zak met het geld, zegt de student.
    Waarop de professor zegt: In uw plaats zou ik die met verstand genomen hebben.Waarop de student zegt:
    De mensen nemen meestal datgene dat ze niet hebben.

  • Last van mijn kruisje als het regent

    Er komt een lilliputter vrouwtje bij de dokter. Ze klaagt: “O dokter, ik heb toch zo’n last van mijn kruisje als het regent.” “Tja,” zegt de dokter, “vandaag is het mooi weer, dus nu heeft u zeker geen last?” “Nee, vandaag niet,” zegt het vrouwtje. “Nou,” zegt de dokter, “komt u dan terug als het regent.” Een paar dagen later komt het vrouwtje terug als het regent. “En?” vraagt de dokter: “Hebt u vandaag wel last?” “Ja, vandaag wel,” zegt het vrouwtje. “Gaat u dan maar even achter het scherm staan,” zegt de dokter. Als het vrouwtje en de dokter achter het scherm zijn verdwenen, hoort de assistente de dokter vragen: “Mag ik even een schaar alstublieft?” De assistente gaat de schaar brengen. Even later komen de dokter en het vrouwtje weer achter het scherm vandaan. “Loopt u nu eens even rond,” zegt de dokter tegen het vrouwtje, “heeft u nu nog last?” “Nee,” zegt het vrouwtje, “dank u dokter, het is helemaal over.” Hierop vertrekt het vrouwtje. Ondertussen is de assistente bloed nieuwsgierig geworden en vraagt: “Dokter, wat heeft u nu eigenlijk gedaan?” “Gewoon,” zegt de dokter, “tien centimeter van d’r kap laarsjes afgeknipt.”

  • Golven

    De heilige Johannes is samen met twee anderen aan het golven. Hij heeft de afgelopen 2000 jaar flink geoefend en is dus een echte professional geworden. Hij slaat de bal, een pracht van een slag, in drie slagen heeft hij de bal in de hole gespeeld. “Heel goed, heel goed” zegt Jezus, een van de twee andere golfers. “Nu ik.” Hij slaat de bal .. pats, met een flinke plons komt hij in de vijver terecht. Maar de bal blijft drijven en Jezus loopt zo over het water naar de bal en slaat hem in de hole. “Zo! Twee slagen maar!” zegt de derde persoon. “Nu ik.” Hij haalt uit en slaat de bal super hard. De bal vliegt de lucht in tegen een vliegtuig aan, ketst via een boom over de weg bij een huis naar binnen, door de regenpijp weer naar buiten, tegen een auto en plop bij een kikker in zijn bek. De kikker wordt opgegeten door een ooievaar die op zijn beurt het balletje weer uit spuugt, in de hole. Dan zegt Johannes tegen Jezus: “Kijk, daar heb ik nu zo een hekel aan, als je vader meespeelt!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *