Casino bezoeker

Johan, een frequent bezoeker van het casino, kon geen parkeerplaats voor zijn auto vinden. Hij raakt in paniek, want hij was al te laat voor zijn afspraak met vrienden die hij in het casino zou ontmoeten. Er stond heel wat op het spel. Hij keek naar boven en smeekte: “Heer, heb medelijden met mij. Als U een parkeerplaats voor mij vindt, dan zal ik de rest van van leven elke zondag naar de kerk gaan en stop ik met gokken!” Wonderlijk genoeg was er plotseling een lege parkeerplek. Johan keek weer naar boven en zei: “Laat maar zitten hoor, ik heb er al één gevonden.”

Similar Posts

  • BRAM

    Rond sluitingstijd staat een agent bij een café te wachten, om te zien of hij nog wat mensen kan betrappen, die met een slok of twee teveel op achter het stuur willen kruipen. Op een gegeven moment strompelt er een vent zo blauw als een balletje, strontlazarus de kroeg uit, struikelt over de drempel, schopt de kat nekbrekend de stoep af, zwalkt rond over de parkeerplaats, probeert zijn sleutel op 5 verschillende auto’s uit in alle gaatjes, voor hij zijn eigen auto gevonden heeft en is nog zeker 10 minuten bezig om zijn sleutel in de deurslot te proppen. Alle overige bezopen bezoekers zijn intussen al lang en breed zwalkend vertrokken. Eindelijk lukt het hem om in de auto te komen. Als hij uiteindelijk al startend, hortend en stotend met de auto wil wegrijden, laat de agent de bestuurder zo kwaad als het kan stoppen en laat hem een blaastest ondergaan. Zelfs na meerdere pogingen en andere batterijen geeft het apparaat nog steeds 0,0 promille aan. De agent vraagt stom verbaasd aan de man hoe dat in hemelsnaam mogelijk is, Waarop de man antwoordt: “Vanavond was ik Bram”. Agent: “Bram??????” Man: “Bewust Rijdend Afleidings Manoeuvre

  • Getuige voor de rechtbank

    In een rechtbank in een kleine provinciestad had de openbare klager een oude dame als getuige opgeroepen. Hij vraagt haar: “Mevrouw Heinrich, kent u mij?”

    Ze antwoordt: “Uiteraard! Ik ken u al van kleins af aan. En eerlijk gezegd, was u toen al een totale ramp. U hebt gelogen, mensen gemanipuleerd en uw vrouw bedrogen. U denkt dat u heel wat bent, maar eigenlijk bent u een complete nul. Ja, ik ken u.”

    De aanklager is sprakeloos. Uit verlegenheid wijst hij met de vinger door de zaal en vraagt: “Mevrouw Heinrich, kent u de advocaat van de verdediging?”

    Ze zegt: “Maar natuurlijk. Ik ken Meester Friedmeier al van toen hij nog een peuter was. Hij is vals, vooringenomen en heeft een alcoholprobleem. Hij kan geen normale relatie met mensen opbouwen en zijn kantoor ruikt muf. Niet te vergeten dat hij zijn vrouw driemaal bedrogen heeft. Een daarvan was overigens uw vrouw. Oh ja, ook hem ken ik.”

    De advocaat van de verdediging zakt in de grond van schaamte. De rechter roept beide heren bij zich en fluistert: “Als iemand van jullie idioten op het idee komt om te vragen of ze mij kent, kom  je hier 10 jaar niet meer binnen!

  • Vakantie

    Er waren eens 2 onderbroeken in de wasmand. Zegt de ene onderbroek: “ik ga binnenkort op vakantie.” Zegt de andere onderbroek: “Ik hoef al niet meer op vakantie, want ik ben al bruin genoeg!”

  • Vleermuizen

    Twee vleermuizen hangen in een park. aan een boom Zegt de ene tegen de andere: “Ik heb honger, ik ga wat bloed zuigen.” Even later komt hij terug met allemaal bloed om zijn mond. Zegt de andere vleermuis: “Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?” “Zie jij die lantaarpaal daar?”

    “Ja.”

    “Wel, ik zag hem dus niet!”

  • Ik heb het allemaal gehad….

    Deze morgen zat ik op een bank in het park naast een vreemde zwerver.
    “Vorige week had ik nog alles.” zei hij.
    Een kok maakte mijn eten klaar,
    mijn kamer werd gepoetst,
    mijn kleren werden gewassen
    en ik had een dak boven het hoofd.
    Ik had toegang tot het internet,
    beschikte over een fitnessruimte
    en kon regelmatig een stapje in de wereld zetten.
    Als ik eens een dagje lekker wilde niksen deed ik dat gewoon.”
    “Maar wat is er dan eigenlijk gebeurd?”, vroeg ik,
    “Drugs? Gokken? Een vrouw?”
    “Neen”, antwoordde hij,
    “Ik werd ontslagen uit een Nederlandse gevangenis.”

  • Vraag aan de chauffeur

    De passagier zit al een tijdje achterin de taxi wil de chauffeur wat vragen, dus tikt hij de man even op z’n schouder om zijn aandacht te trekken. De taxichauffeur geeft een geweldige schreeuw en verliest de macht over het stuur. Het voertuig mist op een haartje na de tram, ramt bijna de voorpui van een monumentaal bordeel, alvorens op het trottoir tussen tientallen driftig fotograferende Japanners tot stilstand te komen. Het is even stil in de taxi. Dan zegt de chauffeur: “Meneer, wilt u dat nóóit meer doen. Ik ben me dood geschrokken.” De passagier zegt dat hij niet had geweten dat de chauffeur zo zou schrikken van een klein tikje op z’n schouder. Waarop de bestuurder zegt: “Het is uw schuld niet hoor. Maar vandaag is mijn eerste dag als taxichauffeur. Hiervoor heb ik 25 jaar lijkwagens gereden.”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *