Casino bezoeker

Johan, een frequent bezoeker van het casino, kon geen parkeerplaats voor zijn auto vinden. Hij raakt in paniek, want hij was al te laat voor zijn afspraak met vrienden die hij in het casino zou ontmoeten. Er stond heel wat op het spel. Hij keek naar boven en smeekte: “Heer, heb medelijden met mij. Als U een parkeerplaats voor mij vindt, dan zal ik de rest van van leven elke zondag naar de kerk gaan en stop ik met gokken!” Wonderlijk genoeg was er plotseling een lege parkeerplek. Johan keek weer naar boven en zei: “Laat maar zitten hoor, ik heb er al één gevonden.”

Similar Posts

  • Hoe noemen we??

    Er komt een professor bij een universiteit kijken of de studenten wel slim genoeg zijn. Hij vraagt of de slimste student even bij hem wil komen voor een paar vraagjes. Nou dus die jongen komt naar de professor toe. En de professor begint met de eerste vraag:
    “Hoe noemen we het ding om naar de sterren te kijken?”
    Waarop de student antwoordt:
    “Een telescoop.”
    “Goed,” zegt professor, “en om naar bacterien te kijken?”
    “Een microscoop.”
    “Goed. En nu een lastige: Hoe noemen we het ding om door muren te kijken?”
    Waarop de student vraagt:
    “Kan dat dan?”
    “Ja,” zegt de professor.
    “Waarmee dan?” vraagt de student.
    “Met een raam, mijn beste jongen, met een raam!”

  • Gestorven

    Een bejaard echtpaar brengt hun vakantie door in Jeruzalem als plotseling de vrouw komt te sterven. De begrafenisondernemer zegt tegen de man : “Voor €5000 kunnen we het lijk naar uw woonplaats vervoeren…. of we kunnen voor € 150 uw echtgenote hier begraven in Jeruzalem, in heilige grond!”. De man denkt na en zegt: “Transporteer haar maar naar huis”. “Weet u dat zeker” vraagt de begrafenisondernemer. “U geeft € 5000 uit terwijl € 4850 kunt besparen en uw echtgenote hier in heilige grond kan worden begraven. “Luister” zegt de man “….heel lang geleden werd hier iemand begraven die drie dagen later weer is opgestaan. Ik ga dat risico niet nemen`.

  • Echt boerenverstand

    Een landbouwer laat 17 paarden na aan zijn drie zonen. In zijn testament verdeelt hij de erfenis als volgt:
    Mijn oudste zoon de helft van alle paarden.
    Mijn tweede zoon een derde van alle paarden.
    Mijn jongste zoon een negende van alle paarden.
    Daar het onmogelijk is om 17 paarden te delen door 2, door 3 of door 9, beginnen de problemen tussen de drie zonen.
    Op een gegeven ogenblik beslissen ze ten einde raad om hun buur, ook een landbouwer Dirk, wiens intelligentie ze al lang bewonderen, om raad te vragen, in de hoop dat die een oplossing kan vinden.
    De boer neemt het testament en leest het aandachtig, na enkele ogenblikken gaat hij thuis zijn eigen paard halen en voegt het toe aan de zeventien andere. Nu staan er 18 paarden in de wei.
    Vanaf nu wordt het mogelijk voor de erfgenamen om tot de verdeling over te gaan, zoals voorzien in het testament van hun vader.
    De oudste neemt de helft van de 18 paarden = 9 paarden
    De tweede neemt een derde van de 18 paarden = 6 paarden
    De jongste neemt een negende van de 18 paarden = 2 paarden
    Samen hebben ze nu, 9+6+2=17 paarden
    Er blijft 1 paard over, dat van Dirk, die het terug mee naar huis neemt.
    Voila, ‘t is nu aan u!

  • Allemaal bezig

    • Belt een verzekeringsman op naar zijn cliënt. Neemt een klein meisje de telefoon op, waarop de man vraagt of hij haar vader mag spreken. Antwoordt het meisje fluisterend: “Dat gaat niet, die is bezig.” Dus de verzekeringsman vraagt haar naar haar moeder. Antwoord het meisje weer fluisterend: “Die is ook bezig.” “Nou, misschien is dan je oudere broer of zus thuis?” Zegt het meisje weer fluisterend door de telefoon: “Die zijn ook allebei bezig.” Nou die verzekeringsman denkt ook bij zichzelf; wat voor een huishouden heb ik nu weer aan de lijn. Dus hij vraagt het meisje maar wat ze eigenlijk aan het doen zijn. Waarop het meisje weer fluisterend antwoord: “Ze zijn mij aan het zoeken.”
  • Fiets op slot

    Een man fietst voortdurend langs Paleis Soestdijk. Op een gegeven moment rijdt hij de oprijlaan op en zet zijn fiets tegen het paleis neer. Meteen wordt hij op zijn nek gesprongen door twee marechaussees. “U moet die fiets daar weghalen,” zegt de een. “Waarom?”, vraagt de man. “Prins Bernhard komt zo langs,” zegt de marechaussee. “Nou en,” zegt de man, “hij staat toch op
    slot?”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *