Casino bezoeker

Johan, een frequent bezoeker van het casino, kon geen parkeerplaats voor zijn auto vinden. Hij raakt in paniek, want hij was al te laat voor zijn afspraak met vrienden die hij in het casino zou ontmoeten. Er stond heel wat op het spel. Hij keek naar boven en smeekte: “Heer, heb medelijden met mij. Als U een parkeerplaats voor mij vindt, dan zal ik de rest van van leven elke zondag naar de kerk gaan en stop ik met gokken!” Wonderlijk genoeg was er plotseling een lege parkeerplek. Johan keek weer naar boven en zei: “Laat maar zitten hoor, ik heb er al één gevonden.”

Similar Posts

  • Frans

    Pietje vraagt aan Sandra: ken jij Frans??

    Sandra: ja dat is mijn oom.

    Pietje: nee ik bedoel spreek jij Frans??

    Sandra: ja hij komt zondag bij ons.

    Pietje: versta jij Frans ??

    Sandra: ja als hij Nederlands spreekt wel.

  • Brief aan God

    Een arm vrouwtje schreef een brief aan God, adres “Hemel”, waarin ze 2000 euro vraagt om om haar huurschuld af te betalen. De sorteerders van de Post weten geen raad met het adres en maken de brief open.. Ze zijn zo ontroerd door het lot van het arme vrouwtje, dat ze met de pet rondgaan. Zo halen ze 1800 euro op. Dit bedrag doen ze in een envelop met een briefje van “God” erbij en sturen het terug aan het oude dametje. Een week later ontvangt de Post weer een brief gericht aan God, adres : “Hemel”. Ze maken de brief weer open en lezen: “Lieve God, bedankt voor het geld. Als u nog iets kunt missen, stuur het dan niet meer via de Post, want die rotzakken hebben er 200 Euro uit gepikt…”

  • Belastingdienst

    Een man komt binnen op de belastingdienst en vraagt of hij Ali even kan spreken. De medewerker van de dienst zegt:

    – Ali? Welke Ali?

    – Ali Baba! Antwoordt de man.

    – Er werkt hier geen Ali Baba! Antwoordt de bediende nors.

    – Wel, dan zou ik graag eens met een van de andere veertig rovers spreken, zegt de man.

     

  • In de kroeg

    De kastelein vraag aan de man aan de bar wat hij wenst te drinken. ”Geeft u mij een pilsje”, zegt de man ”en geef die man met die pet op aan het tafeltje er ook een van mij.”

    Zo gezegd, zo gedaan. Als de man aan de bar zijn pilsje leeg drinkt zegt hij tegen de kastelein: “geeft u mij nog een pilsje en die man met de pet op geeft u ook nog een van mij”. Dat tafereel speelt zich zo nog vijf keer af, waarop de vriend van de man met de pet zegt: “geef mij jouw pet eens even, dan krijg ik ook eens iets van die kerel te drinken”. ”Oké” zegt de pettenman en geeft zijn vriend zijn pet.

    Vervolgens zegt de man aan de bar tegen de kastelein: “mag ik nog een pilsje van u en geef de man tegenover die met de pet op ook eens een van mij, want die ander heeft er al genoeg van mij gehad !”

  • OP DE ZESDE DAG SPRAK GOD

    Op de zesde dag sprak God tot de aartsengel Gabriel: “Vandaag ga ik een land creëren, genaamd Nederland. Het zal een land zijn van buitengewone natuurlijke schoonheid, met grote bossen, vol met herten, zwijnen en eekhoorns. Grote rivieren, gevuld met alle mogelijke soorten levende wezens. Het zal een binnenzee krijgen met enorme hoeveelheden vis en ook aan een buitenzee komen te liggen, die men van prachtige goudgele stranden kan overzien.” God ging verder: “Ik zal het land rijk maken door de landbouw en de inwoners zullen grote welvaart kennen. Sommige van hun vrouwen zullen van verblindende schoonheid zijn. Ze zullen bekend worden als Hollanders. En ze zullen het vriendelijkste volk op aarde zijn. En als slagroom op de taart maak ik van het zuiden van Nederland een lieflijk heuvellandschap waar vriendelijke mensen zullen wonen, die bekend zullen staan als Limburgers.” “Maar Heer,” zegt Gabriel, “denkt U niet dat u een beetje te genereus bent voor deze Hollanders?” “Niet echt,”, antwoordt God, “moet je eens opletten wie ze als oosterburen krijgen!”

  • Aangehouden

    Een stoere man rijdt in zijn net nieuw gekochte ferrari over de snelweg met
    zo’n 250 km per uur. Opeens komt er van achter een politieauto aangereden.
    De politieman geeft hem het stopsein en de ferrari stopt met rijden.
    Eenmaal gestopt vraagt de politieman de man om uit te stappen.
    De man stapt uit, en de politieman zegt: “Ik moet u bekeuren voor het te hard rijden, en maar liefst 250 km per uur waar u maar 120 km per uur mag rijden. Mag ik uw rijvewijs even zien?” Waarop de man antwoordt: “Heb ik niet bij me.” Toen zei de politieman:
    “Mag ik dan even uw kentekenbewijs hebben of uw paspoort?”
    Waarop de man zei: “Nee dat pak ik niet want als ik het pak ziet u meteen dat ik een pistool in mijn laatje heb.” Toen zei de politieman: “Dan moet ik helaas uw auto in beslag nemen!”
    Waarop de man zei: “Nee dat kan niet, want dan ziet u dat ik een lijk achter in mijn auto heb.”

    De politieman acht nu de situatie zo erg dat hij zijn baas belt en vraagt direct te komen. Hij zegt tegen zijn baas: “ja, ik heb hier een man die zijn rijbewijs is vergeten en weigert zijn paspoort of kentekenbewijs te laten zien, hij heeft bovendien een pistool en een lijk bij zich?”

    De baas rijdt meteen naar het punt van gebeuren.
    Hij vraagt de man als hij is aangekomen:
    “Meneer mag ik uw rijbewijs even?”
    “Ja natuurlijk”, antwoordt de man, en geeft hem zijn rijbewijs.
    “Mag ik ook even uw auto controleren?”
    “Ja natuurlijk”, antwoordt de man, en laat hem zijn auto zien.
    Waarop de politiebaas aan zijn medewerker vraagt:
    “Verzin jij dit nu allemaal?”
    “Nee, natuurlijk niet, die man weigerde net alles!”, zei de politieman.

    “Zie je nou”, zegt de aangehoude man, “die zelfde politie agent die mij vals beschuldigd van een moordwapen en een moord, die zelfde man bekeurt mij ook nog eens voor te hard rijden!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *