Telefoon

  • Om half vier ‘s nachts ging de telefoon bij Frits. Moeizaam kwam hij uit bed en vond op de tast de telefoon. “Spreek ik met meneer Van Rensburg?” vroeg een boze stem aan de andere kant van de lijn. “Ja, inderdaad,” mompelde Frits. “Met Smit van de overkant. Ik bel even om te zeggen dat het geblaf van uw hond me gek maakt. Laat hem alstublieft onmiddelijk ophouden.” De volgende nacht om drie uur ging de telefoon bij Smit. “Hallo?” mompelde hij slaperig. “Meneer Smit, met Van Rensburg van de overkant.” “Om drie uur ‘s nachts? Bent u gek geworden?” “Meneer Smit, ik bel even om te zeggen dat ik geen hond heb.

Similar Posts

  • Diefstal

    Een vrouw werd gearresteerd voor winkeldiefstal. Toen ze voor de rechter stond, vroeg deze haar: “Wat heeft u gestolen?” De vrouw antwoordde: “Een blik perziken”. Toen de rechter haar vroeg waarom ze dat had gestolen, zei ze dat de honger had. Toen vroeg de rechter hoeveel perziken er in het blik zaten en de vrouw antwoordde: 6. Dan geef ik u 6 dagen gevangenisstraf, zei de rechter. Plotseling stond de man van de vrouw op en verzocht te mogen spreken. De rechter stemde toe en de man zei:

    “Ze heeft ook een blik doperwten gestolen”.

  • Shit

    Jack ging met z’n vriend Bob skiën. Ze namen Jack’s busje en reden noordwaarts.Nadat ze enkele uren gereden hadden kwamen ze in een verschrikkelijke sneeuwstorm terecht, dus stopten ze bij een nabij gelegen boerderij en vroegen de jonge aantrekkelijke dame die de deur opende of ze konden overnachten.

    ‘Ik ben me ervan bewust dat het buiten slecht weer is, maar ik ben onlangs weduwe geworden,’ zei ze. Ik ben bang dat de buren zullen praten als ik jullie in mijn huis laat overnachten.’

    ‘Wees gerust’, zei Jack. ‘ We zijn blij genoeg om in de schuur te mogen slapen. En als het weer verbetert zullen we bij dageraad  vertrekken. De dame stemde in en de twee mannen gingen naar de schuur waar ze de nacht doorbrachten. De volgende ochtend was het weer opgeklaard en ze gingen verder op weg.

    Ze genoten van een fantastisch skiweekend. Maar 9 maanden later kreeg Jack onverwacht een brief van een advocaat. Het duurde enkele minuten voor hij het begreep, dat het van de advocaat van de aantrekkelijke dame was, die hij tijdens het skiweekend ontmoet had . Hij ging bij zijn vriend Bob langs en vroeg: ‘Bob, herinner je je aan die knappe weduwe van die boerderij waar we 9 maanden geleden tijdens ons skiweekend verbleven?’ ‘Ja’, antwoordde Bob. ‘Euh, ben je die nacht toevallig opgestaan en naar het huis gegaan om haar te bezoeken?’ ‘Wel, euh, ja’, zei Bob een beetje verlegen dat hij betrapt was. ‘Ik moet toegeven dat ik dat gedaan heb.’ ‘En heb je mijn naam in plaats van je eigen naam gebruikt?’ Bob’s gezicht werd vuurrood en hij zei: ‘Tja, kijk, het spijt me, vriend. Ik ben bang van wel. Waarom vraag je dat?

    ‘Ze is net gestorven en heeft me alles nagelaten.’

  • Advocaat

    Op weg naar hun bruiloft verongelukt het jonge katholieke koppel bij een auto ongeluk. Het volgende moment staan ze voor de hemelpoort waar ze wachten op Petrus. Ze vragen Petrus of ze in de Hemel kunnen trouwen. Petrus zegt: “Ik weet het niet, dit is de eerste keer dat iemand dat vraagt. Ik ga het uitzoeken.” Het koppel wacht, en wacht en wacht. Twee maanden gaan voorbij en het koppel wacht nog steeds. “Hoe is het om voor eeuwig getrouwd te zijn, en wat als het niet werkt?” vroegen ze zich af, “zitten we dan voor eeuwig aan elkaar vast?” Na 4 maand keert Petrus eindelijk terug. “Ja”, zegt hij, “jullie kunnen trouwen in de hemel.” “Dat is geweldig!” zegt het koppel, “…..maar we vroegen ons af, wat als het ons huwelijk niet werkt? Kunnen we dan ook een scheiding aanvragen in de Hemel?” Petrus wordt woedend en gooit zijn papieren op de grond. “Wat is er?” vraagt het koppel angstig.

    “Kom”….., schreeuwt Petrus, “het kostte mij vier maanden om één priester te vinden in de hemel ! Heb je enig idee hoe lang het zal duren voor ik hier één advocaat vind ?”

  • Heel Mooi

    Drie vrouwen vinden samen de dood na een verkeersongeval. Ze komen aan in de hemel en Sint-Pieter komt naar hun toe.
    Hij zegt:”Er is maar 1 regel en die moet je altijd volgen en dat is : trap niet op de eendjes.”
    De vrouwen gaan binnen en ja hoor allemaal eendjes, je kon er bijna niet naast trappen.
    Een half uurtje later trapt de eerste vrouw al op een eendje. En jawel, eendje dood.
    Sint-Pieter komt er al aan met een lelijke man. Hij ketent ze aaneen en zegt: “jij moet tot in de eeuwigheid vastgeketend blijven aan deze lelijke man.”
    De andere vrouwen zijn voorzichtig, maar een drietal maanden later, heeft de tweede ook prijs, en ja hoor, St-Pieter komt er al aan met een lelijke man en ook zij wordt vastgeketend tot in de eeuwigheid.
    De derde vrouw nu heeeeeeel voorzichtig, loopt na 6 maanden nog altijd rond en ze heeft nog niet op een eendje getrapt. Plots staat St-Pieter daar met een knappe jonge gast, een echte chippendale. En hij ketent hen vast en vertrekt. “Allee zegt die vrouw, wat heb ik gedaan om dat te verdienen?” “Wat gij gedaan hebt weet ik niet” , zegt de jonge gast, ” maar ik had op een eendje getrapt.”

  • OP DE ZESDE DAG SPRAK GOD

    Op de zesde dag sprak God tot de aartsengel Gabriel: “Vandaag ga ik een land creëren, genaamd Nederland. Het zal een land zijn van buitengewone natuurlijke schoonheid, met grote bossen, vol met herten, zwijnen en eekhoorns. Grote rivieren, gevuld met alle mogelijke soorten levende wezens. Het zal een binnenzee krijgen met enorme hoeveelheden vis en ook aan een buitenzee komen te liggen, die men van prachtige goudgele stranden kan overzien.” God ging verder: “Ik zal het land rijk maken door de landbouw en de inwoners zullen grote welvaart kennen. Sommige van hun vrouwen zullen van verblindende schoonheid zijn. Ze zullen bekend worden als Hollanders. En ze zullen het vriendelijkste volk op aarde zijn. En als slagroom op de taart maak ik van het zuiden van Nederland een lieflijk heuvellandschap waar vriendelijke mensen zullen wonen, die bekend zullen staan als Limburgers.” “Maar Heer,” zegt Gabriel, “denkt U niet dat u een beetje te genereus bent voor deze Hollanders?” “Niet echt,”, antwoordt God, “moet je eens opletten wie ze als oosterburen krijgen!”

  • Slakken

    Een man des huizes had net een maaltje slakken op en zeurde: “Ik lust er nog wel een paar vrouw, want zoals jij ze maakt, maakt niemand ze.” “Nou jong, dan zal jij ze zelf moeten gaan halen.” “Geen punt!” Nadat hem de weg was uitgelegd, waar hij ze moest gaan halen, ging hij fluitend de deur uit. Daar aangekomen: “Ik had graag nog wat slakken.” “Ja”, zei die slakkenboer, “ik heb er zoveel verkocht dat ik geen verpakkingen meer heb.” “Dat geeft niet”, zegt de man, terwijl hij zijn trui openhield. En zo ging ook naar huis. Maar onderweg kwam hij enkele vrienden tegen die vroegen om met z’n allen wat te gaan drinken. “Néé jongens!” Na wat zeuren … nou goed ééntje dan. Het werden er enkele meer en de tijd vloog om. “Jongens ik moet naar huis,” zei hij met een dikke tong. Zo schommelde hij even later naar huis. Thuis aangekomen kreeg hij de huissleutel niet meteen in het sleutelgat. Terwijl hij gebukt stond te richten, vielen de nog levende slakken vanuit zijn trui op de grond. Net toen hij de slakken weer terug wilde doen in zijn trui, vloog plots de deur open en daar stond zijn woedende vrouw. Eer dat zij de kans kreeg om hem de les te lezen, zei hij al lallend: “…allee jongens, nóg tien centimeter …. dan zijn we thuis!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *