Vakantie
Er waren eens 2 onderbroeken in de wasmand. Zegt de ene onderbroek: “ik ga binnenkort op vakantie.” Zegt de andere onderbroek: “Ik hoef al niet meer op vakantie, want ik ben al bruin genoeg!”
Er waren eens 2 onderbroeken in de wasmand. Zegt de ene onderbroek: “ik ga binnenkort op vakantie.” Zegt de andere onderbroek: “Ik hoef al niet meer op vakantie, want ik ben al bruin genoeg!”
Een brandweerman staat buiten bij de brandweerkazerne te sleutelen aan de motor van een pomp. Opeens hoort hij achter zich een lief stemmetje dat zegt:
“Dag meneer de brandweer.”
Hij draait zich om en ziet een klein meisje van een jaar of zes, dat in een bolderwagen zit. De bolderwagen is omgebouwd tot een brandweerwagen, compleet met ladder en brandslangen. De wagen wordt getrokken door een hond en een kat. Complimentjes makend over wat hij ziet loopt hij rondom de bolderbrandweerwagen. De hond is met een riem aan zijn halsband voor de kar gespannen. De kat, het blijkt een kater, zit vast aan de kar via een touwtje om zijn testikels. Een beetje verbaasd zegt de brandweerman tegen het lieve wicht:
“Ik wil me er niet mee bemoeien, maar volgens mij trekt die kater de kar beter als je hem ook aan een halsband vastmaakt.”
“Dat weet ik”, zegt het meisje, “maar dan heb ik geen sirene!”
Zit een man aan de bar met een pilsje, komt opeens een grote gespierde gast binnen en drinkt t pilsje van de de man op.
Begint de man te huilen… Zegt die brede gast kom op, tis maar n pilsje…
Zegt de man, ik kwam vanochtend op mn werk, werd ik ontslagen.. Ik naar huis, mn vrouw weg, meubels alles weg… Ik naar de bank, al mn geld weg…
Ik dacht, ik pleeg zelfmoord…
Ik naar de treinovergang, wachten, heeft de trein vertraging…. Ik naar huis, dacht hang mezelf op, knapt het touw…
Dan maar naar de kroeg, bestel ik me een pilsje, gooi t vol met vergif en drink jij t op…!!!
Een handelsvertegenwoordiger, doodmoe, komt aan in een kleine gemeente waar er maar één hotelletje is. Tot overmaat van ramp, alle kamers zijn bezet. Hij smeekt de baas: “Leg me te slapen, eender waar, maar ik moet absoluut kunnen uitrusten.” “Wel”, zegt de hotelier, “ik heb hier een twee persoonskamer waar er maar één bed beslapen is. Als je met die man op een akkoord komt om de kamer en de prijs ervan te delen is dat voor mij goed. Maar, ik verwittig je, hij snurkt geweldig. Het is zelfs zo erg dat alle gasten ‘s morgens hun beklag erover maken.” “Maakt niks uit”, antwoordt de vertegenwoordiger, “ik ben veel te moe.” …De twee mannen komen tot een akkoord en nemen het avondmaal aan dezelfde tafel. ‘s Morgens komt de handelsvertegenwoordiger als eerste de trap af om naar het ontbijtzaal te gaan. Vrolijk fluitend en welgemutst de hotelbaas groetend. “Nou”, zegt deze, “zo welgezind? Heb je goed geslapen? Heeft hij niet gesnurkt?” “Zeker niet”, zegt de vertegenwoordiger, “geen enkel moment.” “Hoe is dat in Godsnaam mogelijk”, zegt de hotelbaas.
“Heel eenvoudig”, zegt de vertegenwoordiger.
“Ik kwam een beetje later dan hem de kamer binnen. Hij lag al op zijn bed. Ik heb hem een kus gegeven op zijn achterwerk en gezegd: Goedenacht, schoonheid. En die kerel heeft de hele nacht recht gezeten in zijn bed om me in de gaten te houden.”
Een man zit langs het kanaal te vissen als er plots iemand anders komt bijstaan en zonder iets te zeggen naar de dobber staart , een half uur … een uur …. de visser krijgt het hier serieus vanop zijn zenuwen en zegt, nadat 6 uur gepasseerd zijn : ‘verdomme , waarom koopt jij zelf geen vislijn , dan kan je ook vissen! Waarop de andere antwoord : oh , nee , dat kan ik niet daar heb ik geen geduld voor.
Een zoontje vraagt aan zijn vader: “Pappie, beginnen alle sprookjes met ’Er was eens…‘?”
Antwoordt vader: “Nee jongen, er zijn er ook die beginnen met ’Als u op mij stemt…‘”