Zuinig

Een Marokkaan heeft een auto van twintig jaar oud.
Die wil hij inruilen in de garage.
‘OK, zegt de garagehouder, ik wil de auto wel even bekijken!’
Ze lopen samen naar buiten naar de auto.
‘Hoe oud is die auto?”
“Twintig jare.”
Ze gaan in de auto zitten, de garagehouder achter het stuur.
‘t plastiekhoesje van twintig jaar terug ligt nog steeds op de zetels.
De garagehouder kijkt naar de kilometerteller en stelt verbaasd
vast dat er in die twintig jaar maar 500 kilometer op de teller is gekomen.
‘Meneer, je hebt zeker gesjoemeld met de kilometerteller?’
‘Nee, meneer, is allemaal origineel zo.’
Waarop de garagehouder: ‘Waar heb je die auto dan voor gebruikt?’
Zegt die Marokkaan, “Had hem gekocht om mee te gaan werke”

Similar Posts

  • Hoe laat?

    Een zakenman die op weg is huis wordt onderweg door slaap overvallen en om geen brokken te maken besluit hij zijn bolide langs de kant van de weg te zetten om even een tukje te doen. Hij vindt een rustig landweggetje en valt al na vijf minuten in een diepe slaap. Plotsklaps wordt hij opgeschrikt door getik tegen de autoruit. Hij draait het raampje open en een oud vrouwtje vraagt aan hem hoe laat het is. “Vijf voor twee,” bromt de zakenman. De vrouw bedankt hem en loopt verder. De zakenman draait zich om en gaat verder waar hij gebleven was. Lang kan hij er niet van genieten want tien minuten later wordt hij weer gewekt door getik tegen het raam. Geërgerd draait hij het autoraam open en ditmaal is het een jogger die de tijd wil weten. “Vijf over twee,” buldert de zakenman. De jogger bedankt hem en jogt verder. De zakenman beseft dat hij op zo’n manier nooit aan zijn slaap komt en pakt een stuk papier en schrijft daar met koeienletters op: IK WEET NIET HOE LAAT HET IS! en plakt dit achter zijn ruit. Tevreden over zijn eigen vindingrijkheid valt hij voor de derde maal in diepe slaap. Nauwelijks aangekomen in dromenland word zijn rust weer verstoord door getik tegen de ruit. Met een welgemeende “Godgloeiende…,” draait de zakenman zijn autoraam open en kijkt in het gezicht van een jonge scholier. Deze werpt een blik op zijn horloge en zegt: “Het is tien voor half drie meneer.”

  • Dokter

    Een dokter moet dringend weg…Hij vraagt aan zijn stagiaire om hem te vervangen, voor een paar uurtjes… Na een paar uur, komt meneer dokter terug, en vraagt hoe het geweest is.. Stagiaire : “…Ach vrij goed, dokter…Mijne eerste patiënt kwam binnen…met verschrikkelijke koppijn…” Dokter : “..En.. wat heb je gedaan ? ” Stagiaire : “…Ik heb Aspirine voorgeschreven….. ” Dokter : “..Aha.. goed zo.. En verder ?…” Stagiaire : “…Mijn tweede patiënt kwam binnen en had verschrikkelijke last van maagzuur…” Dokter : “..En..? ” Stagiaire : “… ‘k Heb Rennies voorgeschreven…” Dokter : “…Goed zo…” Stagiaire : “…Maar de derde patiënt.. Da was een hele mooie vrouw. Die kwam hier binnengelopen, en ging direct op de onderzoek tafel liggen en begon te roepen…’ Dokter, dokter…help mij, help mij… Het is al vijf maanden geleden  dat ik een vent gezien heb! Dokter : “…En wat heb je gedaan ?…”

    Stagiaire : ”  ‘k heb haar oogdruppels voorgeschreven…”

  • Vragen

    Een man wordt aangesteld om het gras bij de kerk te maaien. De tuinman die er al enkele jaren werkt komt naar hem toe en zegt: straks komt de pastoor langs en hij stelt jou enkele vragen. Zoals? Vraagt de man. Bijvoorbeeld: Waar werd jezus geboren? Ik zou het niet weten zegt de man. Dat was in Bethlehem. Bethlehem, ik zal het onthouden zegt de man. Nog een vraag die hij kan stellen is wie scheidde de zee? Dat weet ik ook niet zegt de man. Dat was Mozes zegt de tuinman. Oh ja zegt de man? Maar dit kan ik moeilijk onthouden allemaal. Dat is geen probleem zegt de tuinman, je schrijft het gewoon op je grasmaaier. Even later komt de pastoor er aan en zegt: Goeiedag beste man, voordat je begint wil ik je eerst een paar vragen stellen. “Oké” zegt de man. Waar werd jezus geboren? De man kijkt op zijn grasmaaier en zegt: in Bethlehem, pastoor. Dat is goed en nu de 2de vraag: wie scheidde de zee? De man kijkt weer op zijn grasmaaier en zegt: Mozes, pastoor. Dat is ook goed zei de pastoor en nu de laatste vraag: wie waren de eerste 2 mensen op aarde?

    De man kijkt op zijn grasmaaier en zegt; BLACK & DECKER!

  • Telefoon

    • Om half vier ‘s nachts ging de telefoon bij Frits. Moeizaam kwam hij uit bed en vond op de tast de telefoon. “Spreek ik met meneer Van Rensburg?” vroeg een boze stem aan de andere kant van de lijn. “Ja, inderdaad,” mompelde Frits. “Met Smit van de overkant. Ik bel even om te zeggen dat het geblaf van uw hond me gek maakt. Laat hem alstublieft onmiddelijk ophouden.” De volgende nacht om drie uur ging de telefoon bij Smit. “Hallo?” mompelde hij slaperig. “Meneer Smit, met Van Rensburg van de overkant.” “Om drie uur ‘s nachts? Bent u gek geworden?” “Meneer Smit, ik bel even om te zeggen dat ik geen hond heb.
  • Doen of we getrouwd zijn

    Een man gaat met de nachttrein naar de wintersport.
    In de slaapcoupe komt hij tot de ontdekking dat hij de ruimte moet delen met een vrouw.
    Ze stellen zich aan elkaar voor. De vrouw gaat boven slapen, de man onder.
    Ze gaan in bed liggen, maar na een kwartier roept de vrouw:
    ‘Buurman, slaapt u al?’
    ‘Nee’, zegt de man. ‘Ik heb het nogal koud’, zegt de vrouw, ‘wilt u
    misschien het raampje dicht doen?’;
    ‘Natuurlijk’, zegt de man. Hij stapt uit bed, doet het raampje dicht en gaat weer liggen.
    Na een kwartier roept de vrouw: ‘Buurman, slaapt u al?’;
    ‘Nee’, zegt de man.
    ‘Het wordt nogal benauwd’, zegt de vrouw, ‘wilt u misschien het raampje weer open doen?’;
    ‘Oke’, zegt de man. Hij stapt uit bed, doet het raampje open en
    gaat weer liggen.
    Na een kwartier roept de vrouw: ‘Buurman, slaapt u al?’;
    ‘Nee’, zegt de man.
    ‘Het begint nu toch weer koud te worden’, zegt de vrouw, maar ik heb gezien dat daar in het kastje nog een deken ligt. Wilt u die misschien voor mij pakken?’;
    ‘We zouden natuurlijk ook kunnen doen of we getrouwd zijn’, zegt de man.’;
    ‘O, zou u dat willen?’, vraagt de vrouw.
    ‘Tuurlijk !’, zegt de man.
    ‘Ah, dat lijkt me ook wel fijn’, zegt de vrouw.
    ‘Mooi’ zegt de man, ‘Kom uit uwe nest, pak zelf dat deken, kruip weer in uwe nest ,houd uwe snater en laat me slapen !!!!!’

  • 2 belgen op een brug

    2 belgen staan op een brug boven een rivier in de verte te kijken. In de verte zien ze iets verschijnen op de rivier. Zegt die ene Belg: “Hé kijk, een boot”. Zegt die andere Belg: “Dat is geen boot, dat is een hovercraft.” Zegt die ene Belg weer: “Nee dat is een boot!!” Zegt die andere Belg weer: “Nee dat is een hovercraft!! Zegt die ene belg weer: Nee dat is een boot! (spellen) B-O-O-T !! Zegt die andere Belg weer: “Nee dat is een Hovercraft! (spellen) H-O-….? Ow nee je hebt gelijk, het is toch een boot!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *