Hond

Om half twee ‘s nachts ging eergisteren de telefoon bij ons . Moeizaam kwam ik uit bed en vond op de tast de telefoon. “Spreek ik met meneer Osselaer?” vroeg een boze stem aan de andere kant van de lijn.

“Ja, inderdaad,” mompelde ik .

“Met Van Snick van de overkant. Ik bel even om te zeggen dat het geblaf van uw hond me gek maakt. Laat hem alstublieft onmiddellijk ophouden.”

De volgende nacht om twee uur belde ik naar Van Snick. “Hallo?” mompelde hij slaperig.

“Meneer Van Snick, met Osselaer van de overkant” riep ik door de telefoon!

“Om twee uur ‘s nachts? Bent u gek geworden?”

“Meneer Van Snick, ik bel even om te zeggen dat ik geen hond heb”.

 

Similar Posts

  • Pilotengrap

    De passagiers van een vliegtuig zitten allemaal op hun plaats en wachten op de piloten om te vertrekken. Twee mannen komen uit de personeelscabine achterin en stappen traag naar de cockpit. Ze dragen een pilotenuniform en een donkere bril. De ene heeft een hond aan een leiband en de andere tikt met een witte stok voor zich uit op de vloer. Ze bereiken de cockpit zonder problemen en sluiten de deur achter zich. Verschillende passagiers lachen wat zenuwachtig naar elkaar, fronsen hun wenkbrauwen of doen alsof ze het een leuke grap vinden. Enkele seconden laten starten de motoren en begint het vliegtuig over de startbaan te rijden. Het toestel gaat steeds sneller en sneller maar het stijgt niet op. Door de venstertjes zien de passagiers dat het vliegtuig recht op een uitgestrekt meer afstevent aan het einde van de startbaan. Het vliegtuig raast nu op zeer hoge snelheid vooruit en verschillende passagiers beginnen te beseffen dat ze nooit zullen opstijgen en dus in het meer terecht zullen komen. Er wordt uit vele kelen luid gegild en net op dat moment trekt het vliegtuig keurig op en komt het zonder problemen van de grond. De passagiers komen stilaan tot bedaren en praten nog wat na over die angstaanjagende “grap”. Enkele minuten later is het incident vergeten. In de cockpit betast de piloot het dashboard, vindt de automatische piloot en zet hem in werking. “Weet je wat me soms bang maakt?”, vraagt hij. “Nee”, zegt de co-piloot. “Een dezer dagen beginnen ze te laat te gillen en dan gaan we er allemaal aan!!”

  • Konijnen en Egels

    Een egel zegt tegen de andere egel: vind jij het ook zo gek dat wij meer worden over gereden dan de konijnen. Die ander zegt: “Ja, kom we gaan vragen hoe ze dat doen. Dus ze vragen het. De konijntjes zeggen: “Al zie je nou 2 lichtjes aankomen dan ga je daar precies tussen in zitten en dan word je niet geraakt.” Dus die egels zien ineens 2 lichtjes aankomen en gaan daar tussen in zitten.” Maar ze worden toch overgereden. Dus die konijntjes achter de boom zeggen: “Zie je ook niet vaak meer die driewielers.”

  • Overtuigen

    Er komt een man een supermarkt binnen, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken hondenvoer en loopt vervolgens naar de kassa. Vraagt de kassière: “Meneer heeft u een hond?” Hierop antwoordt de man: “Ja, natuurlijk heb ik een hond, anders had ik die twee blikken toch ook niet nodig?”
    Zegt de kassière: “Het spijt me meneer, maar vanaf deze week mag ik niemand meer dierenvoeding meegeven tenzij ik zelf kan zien dat de persoon een huisdier heeft… U zult de hond dus moeten meenemen…” De man vloekt een paar keer vanwege deze absurde nieuwe regeling, smijt de twee blikken op de grond en loopt kwaad weg. De volgende dag is hij weer terug, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken kattenvoer en gaat naar de kassa. Vraagt die kassière: “Meneer, heeft u een kat?” Waarop de man, zichtbaar geïrriteerd, antwoordt: “Ja natuurlijk heb ik een kat, ik kom deze blikken toch niet voor mezelf halen?” De kassière: “Meneer, dit vind ik nou niet slim van u. U was hier gisteren ook, dus had u kunnen weten dat ik u geen dierenvoed….” De kassière is nog niet uitgesproken of de man is de winkel al luid vloekend en tierend uitgelopen… De blikken bij de kassière achterlatend. De dag daarop komt de man met een bruine papieren zak in z’n hand de winkel binnen, loopt direct door naar de kassa en zegt tegen de kassière: “Mevrouw, steekt u hier uw hand eens in.”
    De kassière doet dit en roept vervolgens: “He, het is zacht en warm…”
    “Ja”, zegt de man, “Ik had graag drie rollen WC papier!”

     

  • Les

    Een priester rijdt in zijn auto langs een nonnetje dat op de stoep loopt. Hij geeft haar een lift.
    Terwijl zij in stapt valt haar habijt open en laat zij een prachtig lang been zien.
    De priester kan zich niet beheersen en legt zijn hand op haar dij.
    De non kijkt hem aan en zegt vriendelijk: “Denk aan psalm 129, vader.”
    De priester trekt verschrikt zijn hand weg en verontschuldigt zich.
    Maar na een tijdje wordt de verleiding toch te groot en hij legt weer zijn hand op haar dij.
    “Denk aan psalm 129,” zegt het nonnetje opnieuw.
    “Sorry, zuster, het vlees is zwak”, zegt de priester.
    Bij het klooster aangekomen, stapt de non uit en glimlacht veelbetekenend naar de priester. Die rent naar zijn cel en slaat de bijbel open op psalm 129, en leest: “Gaat voort en zoek, omhoog en verder omhoog, want daar is de glorie.”

    Moraal:
    Houd altijd goed je kennis op peil, anders mis je fantastische kansen.

  • Vragen

    Een boer en een professor zitten tegenover elkaar in de trein. Zegt de professor: ‘Zullen we vragen aan elkaar stellen?’
    Boer: ‘Nee, dat win jij toch.’ ‘Oké dan’, zegt de professor. ‘als jij een antwoord niet weet, krijg ik 2 euro 50 van jou en als ik het antwoord niet weet, krijg jij 5 euro van mij.’
    ‘Da’s goed’, antwoordt de boer, ‘maar dan begin ik. Het is groen, blauw, grijs, zwart en wit en het vliegt door de lucht.’
    Na lang nadenken zegt de professor: ‘Ik weet het niet, hier heb je je 5 Euro.’
    ‘Dank je wel’, zegt de boer, ‘ik weet het ook niet, hier heb je 2 euro 50!’

  • Glazen oog

    Een man komt in een kroeg een paar biertjes drinken. Dan pakt hij opeens zijn oog uit z’n kas en gooit deze via de vloer, het plafond tegen het raam en z’n oog komt weer terug in z’n hand. De man naast hem kijkt ervan op maar zegt er niks van. Vijf minuten later pakt die man weer zijn oog en gooit hem al ketsend door de kroeg weer tegen het raam en weer terug in z’n hand. Weer wordt er niks gezegd. Na de derde keer vraagt de man naast hem aan de bar: Waarom gooi je zo met je oog tegen het raam? Zegt de man: Ik kijk of m’n fiets nog buiten staat.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *