Dom Blondje
Komt een dom blondje bij de apotheek: “Ik probeer jullie al tijden te bellen op 0800-1730 maar krijg niemand aan de lijn”. “Ja mevrouw, dat kan kloppen”, zegt de apotheker “dat zijn onze openingstijden”!
Komt een dom blondje bij de apotheek: “Ik probeer jullie al tijden te bellen op 0800-1730 maar krijg niemand aan de lijn”. “Ja mevrouw, dat kan kloppen”, zegt de apotheker “dat zijn onze openingstijden”!
Jantje belt bij zijn bovenburen aan en vraagt of hij de volgende avond de stereo-installatie mag lenen. “Natuurlijk, ” zegt de buurman !, “heb je een feestje?”. “Nee hoor!”, antwoordt Jantje, “Ik zou alleen eens een beetje willen slapen !!”.
Een priester, die een wandeling maakt in de vrije natuur, sukkelt in het drijfzand. Wanneer hij ongeveer is weggezakt tot over zijn enkels, passeert er een brandweerwagen. – ‘Heeft u hulp nodig ?’, vragen de brandweerlieden. – ‘Nee, dank U, niet nodig, de Heer zal me bijstaan !’, antwoordt de priester. Wanneer hij tot zijn middel is weggezakt, passeert de brandweerwagen opnieuw en de brandweerlieden vragen : – ‘Heeft u hulp nodig ?’, – ‘Nee, nee, dank U, niet nodig, de Heer zal me bijstaan !’, antwoordt de priester weer. Wanneer enkel nog het hoofd van de priester boven het zand uitsteekt, passeert de brandweer een derde maal. – ‘Heeft U nog steeds geen hulp nodig ?’, vragen ze. – ‘Nee, nee, nee, niet nodig, de Heer zal me redden !’, antwoordt de priester. Uiteindelijk verdwijnt de priester helemaal onder het zand… Aangekomen in het paradijs zegt hij tot God : – ‘Ik ben echt wel naïef. Ik dacht werkelijk dat U me ter hulp zou zijn gekomen !’ En de Heer antwoordt : – ‘Ik heb je 3x de brandweer gestuurd. Ik zie niet in wat Ik nog meer kon doen…!
Een ingenieur is al erg lang werkloos en besluit om een medische praktijk te openen. Hij hangt een bordje aan de deur met het volgende opschrift: “Voor 500 euro garandeer ik je ziekte te genezen. Als het mij niet lukt, krijg je 1.000 euro. Een gestudeerde dokter denkt zo gemakkelijk 1.000 euro te verdienen en bezoekt de zopas geopende praktijk. De dokter: “Ik heb mijn smaakzin verloren. ”Ingenieur: “Verpleegster, breng me het medicijn met het opschrift 22 en geef onze patiënt daar drie druppeltjes van. ”De verpleegster doet wat haar werd opgedragen. De arts: “Jakkes, dat is benzine!” De ingenieur: “Gefeliciteerd! Je hebt je smaakzin terug! Dat is dan 500 euro.” De arts is geërgerd, betaalt de 500 euro en verlaat de praktijk. Enkele dagen later komt hij terug. De arts: “Ik heb mijn geheugen verloren. Ik kan me niets meer herinneren.” De ingenieur: “Verpleegster, breng me het medicijn met het opschrift 22 en geef onze patiënt drie druppeltjes.” De arts: “22? Dat is toch benzine?” De ingenieur: “Gefeliciteerd! Je hebt je geheugen terug. Dat is dan 500 euro.” De arts betaalt ziedend van woede en verlaat de praktijk. Enkele dagen later komt hij terug, vastbesloten om zijn verloren geld terug te krijgen. De arts: “Ik heb mijn zicht verloren. Ik zie alleen nog maar wazige vormen.” De ingenieur: “Neen, daar heb ik geen geschikt medicijn voor. Je krijgt dus 1.000 euro.” Hij geeft hem twee briefjes van 5 euro. De arts: “Wacht eens even, dat is maar 10 euro.” De ingenieur: “Proficiat! Je kan terug zien. Dat is dan 500 euro.”
Op school vraagt de juf aan Jantje : Wat is de verleden tijd van deze zin “Ik eet een kommetje komkommersla.”? Waarop Jantje antwoord : “Dat is gemakkelijk Ik at een kwammetje kwamkwammersloeg!!
Een man des huizes had net een maaltje slakken op en zeurde: “Ik lust er nog wel een paar vrouw, want zoals jij ze maakt, maakt niemand ze.” “Nou jong, dan zal jij ze zelf moeten gaan halen.” “Geen punt!” Nadat hem de weg was uitgelegd, waar hij ze moest gaan halen, ging hij fluitend de deur uit. Daar aangekomen: “Ik had graag nog wat slakken.” “Ja”, zei die slakkenboer, “ik heb er zoveel verkocht dat ik geen verpakkingen meer heb.” “Dat geeft niet”, zegt de man, terwijl hij zijn trui openhield. En zo ging ook naar huis. Maar onderweg kwam hij enkele vrienden tegen die vroegen om met z’n allen wat te gaan drinken. “Néé jongens!” Na wat zeuren … nou goed ééntje dan. Het werden er enkele meer en de tijd vloog om. “Jongens ik moet naar huis,” zei hij met een dikke tong. Zo schommelde hij even later naar huis. Thuis aangekomen kreeg hij de huissleutel niet meteen in het sleutelgat. Terwijl hij gebukt stond te richten, vielen de nog levende slakken vanuit zijn trui op de grond. Net toen hij de slakken weer terug wilde doen in zijn trui, vloog plots de deur open en daar stond zijn woedende vrouw. Eer dat zij de kans kreeg om hem de les te lezen, zei hij al lallend: “…allee jongens, nóg tien centimeter …. dan zijn we thuis!”