Aan de Hemelpoort

Een briefje van 50 euro en een muntstuk van 20 eurocent overlijden en komen aan de hemelpoort aan. Het muntstuk van 20 eurocent wordt als een echte held onthaald. Het wordt behandeld in de hemel als een echte koning. Het mag aan de tafel naast God zitten, mag in de kamer naast God slapen, … terwijl het briefje van 50 euro behandeld wordt als een nietsnut. Het briefje van 50 euro zegt: “Waarom word ik slechter behandeld dan een muntstuk van 20 cent? Ik ben toch meer waard dan 20 cent…”. Waarop God antwoordt: “Je hebt gelijk, maar ik heb je nooit in de kerk gezien”.

Similar Posts

  • Hoogslaper

    Oma is op bezoek bij haar kleinzoon die op zijn beurt een zoontje van 2 heeft . De kleine gaat slapen in een hoogslaper. Zegt oma : is dat niet gevaarlijk om dat kind in zo’n hoog bed te leggen. Nee hoor zegt de kleinzoon. Dat hebben we opzettelijk gedaan zodat we het zeker horen als hij er uit valt

  • Feestje

    Jansen kan niet slapen, omdat ze bij de buren een feestje hebben. Urenlang staat hij tevergeefs op de muur te bonken.
    De volgende middag komt hij de buurman tegen.
    Zeg, heb je me vannacht niet op de muur horen bonken?
    Ja, maar dat geeft niet hoor. We hadden toch een feestje.

  • Belasting

    Nadat hun vliegtuig is neergestort op een vlucht naar het zuiden, kan een koppel zich redden op een onbewoond eiland. Niets wijst erop dat ze nog zullen gevonden worden. De man vraagt zijn vrouw (blijkbaar is zij degene die de financiën beheert): ‘Lieverd, heb je onze inkomstenbelastingen betaald voordat je vertrok?’ Zij antwoordt: “Nee”. Hij vraagt haar ook: “Heb je onze onroerend goed betaald voor vertrek?” Zij antwoordt: “Nee”. Hij vraagt haar ook nog: “En heb je onze wegenbelasting betaald voordat je wegging?” Zij antwoordt andermaal: “Nee”. Dan springt de man recht, omhelst haar en kust haar uitzinnig. Ze vraagt hem waarom hij zo blij is.

    Hij antwoordt: “Dan zullen ze ons zeker vinden!”

  • De vijfhonderd-euro vraag

    Een advocaat gaat op zakenreis naar het buitenland.

    In het vliegtuig komt hij naast een blondine te zitten en denkt: Daar ga ik een spelletje mee doen.
    Ze stemt er mee in en hij zegt: Ik stel jou een vraag en als je het antwoord niet weet moet je me vijf euro geven. Daarna stel jij mij een vraag en als ik het antwoord niet weet krijg je van mij VIJF HONDERD euro.
    Zo gezegd zo gedaan en hij vroeg haar: Wat is de afstand tussen de aarde en de zon?
    Waarop de blondine uit haar tas een briefje van vijf haalt en aan hem geeft.
    Nu mag je mij een vraag stellen, grinnikte de advocaat.
    Ze denkt even na en vraagt: Wat gaat met vier benen de berg op en komt met drie benen naar beneden?
    Een beetje verrast door de bizarre vraag begint de advocaat na te denken. Na een minuut of tien zette hij zijn laptop aan en begon als een razende te zoeken op het net naar een soms vier, soms drie-benig wezen danwel fenomeen.
    Een beetje geïrriteerd wendde hij zich tot de inmiddels slapende blondine (na ruim twee en een halfuur surfen)en overhandigde haar een cheque ter waarde van vijfhonderd euro. Ze nam het in ontvangst, draaide zich om en sliep rustig weer verder.
    De advocaat kon het niet meer aan, maakte haar wakker en vroeg: Sorry hoor maar ik wil eigenlijk toch wel weten wat met vier benen de berg op gaat en met drie benen beneden komt?
    Waarop de blondine een briefje van vijf uit haar tas haalt en aan de advocaat geeft.

  • Kleine Bennie

    Kleine Bennie zit in de slaapkamerkast van zijn ouders met zijn pluchen beer te spelen. Zijn moeder komt met een vreemde man de slaapkamer binnen, ook om te spelen. Onverwachts komt Bennie’s vader thuis, de vreemde man wordt halsoverkop in de kast verstopt.
    Bennie fluistert: “Ik heb een pluchen beer en als je hem niet voor tien gulden van me koopt, ga ik huilen.” De man betaalt en een paar minuten later zegt Bennie: “Geef mijn beer terug, of ik ga huilen.”
    De beer verwisselt opnieuw van eigenaar. Even later begint Bennie van voren af aan: “Ik heb een pluche beer en als je hem niet voor tien gulden van me koopt, ga ik huilen.”
    Het spel herhaalt zich. Geruime tijd later is de kust vrij, de vreemde man verlaat de kast, 120 gulden armer en zonder beer. De volgende dag vertelt Bennie zijn moeder wat zich in de kast afgespeeld heeft. Zijn moeder stuurt Bennie onmiddellijk ter biecht. In de biechtstoel steekt Bennie van wal: “Ik heb een pluchen beer… “
    Van achter het gordijn: “Grote God! Begin je nu alweer!!!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *