Opscheppen
Op de speelplaats wordt opgeschept.
‘Wij zijn met drie kinderen thuis en ieder heeft zijn eigen bed…’
‘Wij zijn met vier kinderen, en elk heeft zijn eigen kamer…’
‘En wij zijn met vijven, en ieder heeft zijn eigen papa…’
Op de speelplaats wordt opgeschept.
‘Wij zijn met drie kinderen thuis en ieder heeft zijn eigen bed…’
‘Wij zijn met vier kinderen, en elk heeft zijn eigen kamer…’
‘En wij zijn met vijven, en ieder heeft zijn eigen papa…’
Twee mannen in verschillende vrachtwagens rijden achter elkaar naar de grens.
Ze zijn vlak bij de grens. Opeens komen ze erachter dat hun rijbewijs nog thuis ligt, maar ze rijden toch maar door.
De eerste komt bij de grens en zegt dat hij zijn rijbewijs is vergeten.
De grenswachter vraagt: “Wat vervoert u?” De man zegt: “Aardbeien”.
De grenswachter zegt: “Als u er tien tegelijk in u mond kan stoppen mag u door, maar alleen dan.”.
Opeens begint de man keihard te lachen. De grenswachter vraagt wat er is.
Zegt de man: “Nou, ik bedenk me net dat de man achter mij bloemkolen vervoert”.
De inspecteur heeft de leerlingen de hele namiddag tot wanhoop gedreven met zijn moeilijke vragen..
Een Belg gaat naar de dierenarts met zijn hond.
Dierenarts: “Maar, jou hond heeft maar 1 poot?”
Belg: “Ja, ik heb die zo gekregen.”
Dierenarts: “Maar, jou hond heeft maar 1 oog?”
Belg: “Ja, ik heb die zo gekregen.”
Dierenarts: “Maar, jou hond heeft maar 1 oor?”
Belg: “Ja, ik heb die zo gekregen.”
Dierenarts: “Sorry meneer, maar we zullen jou hond moeten afmaken.”
Belg: “tja, oké dan maar.”
Een week later:
De Belg telefoneert naar de dierenarts: “Is mijn Hond al af?!?”