Jan & Kjeld

Jan & Kjeld is een Deens banjoduo dat populair was rond 1960. Het zong voornamelijk Duitstalige covers van bekende liedjes, maar is vooral bekend van de hit Banjo Boy.

Kjeld Wennick werd op 3 februari 1944 geboren in Gränna in Zweden en zijn broer Jan op 27 juli 1946 in Kopenhagen. Kjeld leerde al op jonge leeftijd banjo spelen en trad vanaf 1954 samen op met zijn vader Svend. Jan ging vaak met hen mee en leerde ook banjo spelen. In 1956 verving Jan zijn vader en werd het duo Jan & Kjeld gevormd. Bij optredens stond Jan altijd rechts, omdat hij linkshandig was (anders zouden de halzen van de banjo’s tegen elkaar stoten). Er was voor hem daarom een linkshandige banjo gemaakt. Jan & Kjeld namen deel aan talentenjachten en traden op voor radio en televisie, waardoor ze in korte tijd bekendheid verwierven in Denemarken en West-Duitsland. In die tijd namen Jan & Kjeld hun versie van het nummer Tom Dooley op, dat toen net populair was in de versie van het Kingston Trio. In 1959 kreeg het duo een platencontract bij Ariola. Pas met de Duitstalige opvolger Banjo Boy braken de tieners definitief door. Dat nummer haalde in Nederland de top 5 en werd in Duitsland een nummer 1-hit. Zelfs in Engeland en Amerika werden het bescheiden hitjes, wat bijzonder is voor Duitstalige nummers.                                                          (Bron Wikipedia)

Similar Posts

  • Orion – Combo

    Op herhaling deze week het “Orion Combo” uit Vriezenveen. De leden van de band waren: Zanger Gerard Rohof; Organist Berrie Vosselman en Gitarist Bertus Krabbe en natuurlijk Betsie Kienhuis-Egberts die het slagwerk voor haar rekening nam.

  • Peter Kraus

    Peter Kraus, geboren als Peter Siegfried Krausnecker (München, 18 maart 1939), is een Oostenrijkse toneelspeler en zanger. Hij was bijzonder populair in de jaren vijftig als acteur-zanger in vrolijke musicals samen met zijn tegenspeelster Conny Froboess.

    Kraus werd al snel een tieneridool en een van de populairste Duitstalige rock-‘n-rollzangers. In de eerste vier jaar na zijn debuut bracht hij 36 schlagers uit en verkocht al meer dan 12 miljoen grammofoonplaten. Op hoge leeftijd treedt hij nog regelmatig met veel succes op.

    In 1969 trouwde Kraus met fotomodel Ingrid. Zij had al een dochter, Gaby, die door Kraus werd geadopteerd. Enkele jaren later werd hun zoon Mike geboren.

    Een greep uit de hits van Peter Kraus zijn: 1957 – Hula Baby, 1957 – Liebelei, 1958 – Mit siebzehn, 1959 – Sugar Baby, 1960 – Alle Mädchen wollen küssen

  • Lovely Dust

    Trio Lovely-Dust verzorgde lange tijd bij de Kul in Denekamp en bij “de Kei” in Oldenzaal dansavonden. Met z’n drieën maakten ze goede muziek en hadden veel succes. De band heeft bestaan van 1965 tot 1998 en bestond uit Karel Postma Drum en Zang, Sjef Muller Toetsen en Zang, Bennie Wijerink Gitaar en zang.

  • Caterina Valente

    Caterina Germaine Maria Valente (Parijs, 14 januari 1931 – Lugano, 9 september 2024) was een Frans-Italiaanse zangeres. Ze was in de jaren vijftig tot omstreeks 1965 in Nederland en België enorm populair. Valente was samen met haar broer Silvio Francesco ook succesvol in het theater, de film en later op tv.

    Valente werd geboren te Parijs als dochter van de accordeonist Giuseppe Valente, en de muzikale clown Maria Valente. In 1952 huwde ze met jongleur Erik von Aro, die haar manager werd.

    Ze begon als zangeres en danseres bij het circus Grock en maakte in 1953 haar eerste platenopnamen als zangeres van het orkest Kurt Edelhagen op het platenmerk Polydor. Haar eerste grote hit had ze in 1954 met Ganz Paris träumt von der Liebe, de Duitse vertaling van I love Paris van Cole Porter. Malaguena dateert uit datzelfde jaar.

    Ze werd tussen 1954 en 1962 de bekendste schlagerzangeres. Midden jaren 1950 trok Valente geregeld met Bobbejaan Schoepen op tournee door Duitsland. In 1960 bracht ze ook een door Schoepen gecomponeerd succesnummer uit in Italië: In de schaduw van de mijn, ofwel Amici miei. In 1955 stond ze in Nederland in de hitparade met achtereenvolgens MalaguenaThe breeze and ISiboneyBaiao Bongo en Fiesta Cubana. 1956 zette ze in met de Franse en Spaanse versie van Granada waarna ze in de film Bonjour, Kathrin de gelijknamige song zong, en Steig’ in das Traumboot der Liebe. Uit hetzelfde jaar dateert Wo meine Sonne scheint, de Duitse vertaling van Island in the sun van Harry Belafonte en Bouquet de rêvesTiptipitipso uit 1957 was begin 1958 haar eerste grote hit in de Nederland en België, gevolgd door Spiel’ noch einmal für mich Habanero, in het Frans Jéremie, met Une nuit à Rio Grande als b-zijde. In juli 1958 stond ze ook met Melodia d’ amore in de hitlijsten.

    In 1959 stapte ze over naar Decca. Daar werd ze begeleid door het RIAS Tanzorchester van Werner Müller.[2] Tschau, tschau Bambina, de Duitse vertaling van Domenico Modugno’s San Remohit Piove, werd in Nederland in 1959 nummer 1 en stond zes maanden in de hitparade. Met Sweetheart, my darling, mijn schat/Bon giorno deed ze het nog beter; het werd eveneens nummer 1 en stond acht 8 maanden in de hitparade. Polyglot Caterina, die inmiddels in twaalf talen zong, zong het nummer in een merkwaardig Nederlands, in een arrangement van Werner Müller. In 1959 stond ze met negen nummers in de Duitse hitparade. Tot 1963 stond ze in de Lage Landen bijna onafgebroken in de hitparade met al of niet originele Nederlands- en Duitstalige nummers als La strada del amoreMijn souvenir (My happiness van Connie Francis), Marina (Rocco Granata), Adonis/Er is geen dagZu viel Tequila (Too much tequila), Zeeman (Seemann van Lolita), Itsy bitsy, teeny weeny (Brian Hyland), Oh, Valentino (Connie Francis), Ein Schiff wird kommen (Lale Andersen), Suco, suco (Alberto Cortez, Ping Ping), Pepe (Duane Eddy), Quando, quando (samen met broer Silvio Francesco, oorspronkelijk een San Remohit uit 1962 van Tony Renis), Gondola, gondoli en Tango Italiano, (eveneens San Remohits uit 1962, van respectievelijk Bruni en Ernesto Bonino en Milva en Sergio Bruni), Tout l’amour (Passion flower), Leçon de twist (ook samen met broer Silvio Francesco).

    Toen eind jaren zestig haar ster in Europa begon te tanen, trok ze naar de Verenigde Staten, waar ze, net als Ivo Robic, via de Perry Como-show al bekendheid genoot. Como had in 1962 al Caterina aan haar opgedragen. Ze zong nu meer jazzy nummers en chansons. In 1974 laste ze een pauze in om haar zoon Alexander ter wereld te brengen en daarna trok ze verder de wereld rond, waarbij ze haar stemvirtuositeit etaleerde. In de jaren tachtig trad ze regelmatig op in Duitse televisieshows, waarna het stiller rond haar werd. Uit die jaren dateert een potpourri-album van haar vroegere hits. Sindsdien leefde ze teruggetrokken in haar villa in Zwitserland, aan het meer van Lugano, waar ze op 9 september 2024 overleed. Ze werd 93 jaar oud.

    Bron: Wikipedia

     

  • Willem Duin

    Wilhelmus Jacobus (Willem) Duyn (Haarlem, 31 maart 1937 – Emmen, 4 december 2004) was een Nederlandse zanger die furore maakte als Big Mouth van het duo Mouth & MacNeal. Hij viel op door zijn forse bouw en forse beharing (hoofdhaar en baard).

    In de jaren zestig was hij o.a. zanger bij de “Whiskers” en maakte hij deel uit van de tweede bezetting van de Jay-Jays, met o.a. Cees Kranenburg jr.. (drums), Hans Jansen (orgel) en Kees Vennick(sax). Zij waren de opvolgers van de Shadowband en The Jumping Jewels, de begeleidingsband van Johnny Lion. Willem Duyn was daarna ook een bekende diskjockey in een discotheek in Den Helder.

    In 1971 vormde de voormalige constructiebankwerker een popduo met Maggie MacNeal. In 1972 scoorden zij een internationale hit met het door producer Hans van Hemert geschreven How do you do Het liedje bereikte in de zomer van 1972 zelfs de top 10 van de Amerikaanse hitparade. In 1974 vertegenwoordigden ze Nederland op het Eurovisiesongfestival met het lied Ik zie een ster, waarmee ze de derde plaats behaalden. In eigen land hadden ze hiermee eveneens succes en stonden ze veertien weken in de hitparade.

    In datzelfde jaar werd het duo ontbonden en trad Duyn verder op met Little Eve (Ingrid Kup), met wie hij ook trouwde. Vanaf 1978 trad hij solo op als Big Mouth, later onder zijn eigen naam. In 1979 behaalde hij een hit met het autobiografische lied Willem, een cover van Darling. Willem kreeg in 1982 een vervolg met het eveneens autobiografische lied Wat een rare man. Duyn nam in 1992 tijdelijk de plaats in van Bennie Jolink, zanger van de band Normaal, toen deze zwaargewond raakte. In september van dat jaar scoorde hij met Normaal nog een bescheiden hit met “Woenderbar”. Hoewel Duyn nog vele (solo)singles uitbracht, bereikte hij nooit meer het succes dat hij boekte met Mouth & MacNeal.

    Duyn was jarenlang woonachtig in Almelo en Wierden, en woonde later in het Drentse plaatsje Roswinkel. Hij kreeg op 67-jarige leeftijd thuis een hartstilstand en overleed onderweg naar een ziekenhuis. Duyn is twee keer getrouwd geweest en had zes kinderen,

    Op 21 maart 2012 verscheen over Mouth & MacNeal de biografie “Duo tegen wil en dank”, geschreven door de voormalige fanclubvoorzitter Roel Smit.

     Bovenstaande gegevens komen van Wikipedia.

    Willem Duin 1a

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *