Twee Blondjes

Twee Amsterdamse blondjes zitten op een terras aan een gracht. Zegt er een: “ik heb mijn rijexamen gedaan”. “O ja”, zegt de ander “en hoe was het”. “Niet goed” zegt de eerste “weer verkloot”. “Ik kom bij een rotonde en daar staat een bord waar 30 op staat, dus ik rij netjes 30 keer rond”. “Ai” zegt de ander, “en heb je verkeerd geteld of zo?”

Similar Posts

  • Gestoken door een wesp

    Een heel chique mevrouw arriveert in haar chique BMW coupé bij de dokter, nadat ze gestoken was door een wesp. Vraagt de dokter: ‘Waar bent u gestoken mevrouw?’ Zegt zij verlegen: ‘Oh dokter, dat kan ik u niet zeggen, want dan schaam ik me zo.’ ‘Maar ik moet het toch echt weten hoor, anders kan ik u niet helpen’, reageert de dokter verbaasd. ‘Nee dokter, als andere mensen dit weten dan word ik uitgelachen en schaam ik me dood.’ ‘Luister,’ zegt de dokter, ‘ik heb een geheimhoudingsplicht, dus ik zal echt tegen niemand zeggen waar u gestoken bent.’

    ‘Ok dan,’ zegt de vrouw opgelucht… in de Aldi’.

  • Jezus kijkt naar je!

    Midden in de nacht drong een inbreker een huis binnen. Hij liet zijn zaklantaarn door de huiskamer schijnen, op zoek naar kostbaarheden. Toen hoorde hij een stem in het donker, die zei: “Jezus weet dat je er bent !” De inbreker kreeg zowat een hart verzakking, knipte zijn zaklantaarn uit en bleef stokstijf staan. Toen hij na een tijdje niets meer hoorde, schudde hij zijn hoofd en ging verder met zijn “werk”. Maar nèt toen hij de dvd-speler naar zich toe trok, zodat hij de bedrading los zou kunnen maken, hoorde hij, luid en duidelijk: “Jezus kijkt naar je !” Helemaal overstuur scheen hij met zijn lantaarn om zich heen, op zoek naar de plek waar de stem vandaan kwam. Uiteindelijk kwam de lichtbundel van zijn zaklamp in een hoek van de kamer tot stilstand, gericht op een papegaai. “Was jij dat, die tegen me praatte ?”, siste de dief tegen de papegaai. “Yes”, bekende de papegaai en krijste verder: “Ik wil je alleen maar waarschuwen dat hij naar je kijkt”. De inbreker ontspande zich weer een beetje: “Me waarschuwen, hè? En wie ben jij dan wel ??” “Mozes”, antwoordde de vogel. “Mozes ?”, lachte de inbreker, “wie noemt een vogel nu Mozes ?” “Hihi”, lachte de papegaai, “mensen die een Rottweiler Jezus noemen!”.

  • Telefoon

    • Om half vier ‘s nachts ging de telefoon bij Frits. Moeizaam kwam hij uit bed en vond op de tast de telefoon. “Spreek ik met meneer Van Rensburg?” vroeg een boze stem aan de andere kant van de lijn. “Ja, inderdaad,” mompelde Frits. “Met Smit van de overkant. Ik bel even om te zeggen dat het geblaf van uw hond me gek maakt. Laat hem alstublieft onmiddelijk ophouden.” De volgende nacht om drie uur ging de telefoon bij Smit. “Hallo?” mompelde hij slaperig. “Meneer Smit, met Van Rensburg van de overkant.” “Om drie uur ‘s nachts? Bent u gek geworden?” “Meneer Smit, ik bel even om te zeggen dat ik geen hond heb.
  • Echtpaar

    Een getrouwd koppel rijdt met de auto en zeggen al enkele kilometers niets meer tegen elkaar.

    Ze hebben net een flinke ruzie gehad, waarbij geen van beiden zijn positie wil prijsgeven.

    Plots, na lang stilzwijgen komen ze voorbij een boerderijtje, waar een aantal ezels, geiten en varkens staan, waarop de vrouw tegen haar echtgenoot zegt: “Familie van jou zeker?”

    “Yep…,” zegt de man terug, “…aangetrouwd!”

  • Goochelaar

    Een goochelaar zat op een cruiseschip en deed allerlei trucjes. Jante keek toe met arendsogen en doorzag iedere truc van de goochelaar, hij zei dan ook steeds hoe de truc in elkaar stak, het ging ongeveer zo: “De kaart zit in je broekzak!” of “Dat konijn kwam uit die doos!” … Die goochelaar was het na een tijdje helemaal zat dat Jantje de hele tijd zei hoe zijn trucs in elkaar zaten, dus stopte hij maar mee.  De dag erop verging het schip en alleen de goochelaar en Jantje konden zich redden door te dobberen op een stuk drijvend hout.  Na een uur of 3 uur zei Jantje: “Ok, ik geef het op, waar heb je het schip gelaten?”

  • Een zatlap

    Een zatlap loopt ‘s nachts over straat en belt om 4 uur ‘s morgens aan bij mensen. De man des huizes staat woedend op en vraagt: “Wat is dat hier, wat scheelt er?” De zatlap: “Kom me duwen! Je moet me komen duwen!” Razend zegt de bewoner: “Ik ken je niet eens, het is 4 uur in de morgen, en jij vraagt me om je te komen duwen. Bol het af jong…” Terug in de slaapkamer, legt hij zich terug in bed, maar zijn vrouw speelt hem de les: “Nu heb je toch overdreven. Het is jou toch ook al overkomen dat je in panne staat met de wagen. Je had die sukkelaar toch wel even kunnen helpen duwen.” Man: “Ja, maar die kerel was strontzat.” Vrouw: “Reden te meer om hem te helpen, het gaat hem nooit alleen lukken. Nee, zo ken ik je helemaal niet, ik ben zeer teleurgesteld in je.” Haar man, helemaal ontdaan, kleedt zich toch maar weer aan en gaat naar beneden. ! Hij opent de deur en roept: “He kerel, ik kom je duwen, waar zit je?”

    Zatlap: “Hier in de tuin, op de schommel”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *