Twee Blondjes

Twee Amsterdamse blondjes zitten op een terras aan een gracht. Zegt er een: “ik heb mijn rijexamen gedaan”. “O ja”, zegt de ander “en hoe was het”. “Niet goed” zegt de eerste “weer verkloot”. “Ik kom bij een rotonde en daar staat een bord waar 30 op staat, dus ik rij netjes 30 keer rond”. “Ai” zegt de ander, “en heb je verkeerd geteld of zo?”

Similar Posts

  • Vissen

    Vier getrouwde mannen gaan vissen. Ze zitten gezellig in de boot, en klagen erover dat het toch zo moeilijk is om van hun vrouw te mogen gaan vissen. De eerste man zegt: “Ach, het is elke keer moeilijker. Deze keer moest ik mijn vrouw beloven dat ik volgend weekend maar liefst alle kamers in het huis zal schilderen. De tweede man zegt: “Dat is nog niets, ik moest mijn vrouw beloven dat ik de put zou graven voor de aanleg van een zwembad…” De derde man zegt: “Jullie zijn er echt nog alle twee goedkoop vanaf gekomen! Ik moest mijn vrouw beloven dat ik een keuken zou maken voor haar vol met speciale kasten, op maat gemaakt..” De mannen gaan verder met vissen, tot hun frank valt: De vierde man heeft nog niets gezegd. “Wat heb jij dan moeten doen om vandaag met ons te mogen komen vissen?” De vierde man antwoordt: “Jullie zijn toch niet echt snugger hoor. Ik heb niets moeten beloven. Gewoon slim zijn…” “Hoe dat zo?” willen de andere 3 weten. “Wel, ik heb gewoon de wekker gezet op 04.30 uur. Toen die afliep, drukte ik het alarm uit, ik gaf mijn vrouw een knuffel en zei: “Vissen, of sex?” en zij zei:

    “Doe een warme trui aan..”

  • Getuige voor de rechtbank

    In een rechtbank in een kleine provinciestad had de openbare klager een oude dame als getuige opgeroepen. Hij vraagt haar: “Mevrouw Heinrich, kent u mij?”

    Ze antwoordt: “Uiteraard! Ik ken u al van kleins af aan. En eerlijk gezegd, was u toen al een totale ramp. U hebt gelogen, mensen gemanipuleerd en uw vrouw bedrogen. U denkt dat u heel wat bent, maar eigenlijk bent u een complete nul. Ja, ik ken u.”

    De aanklager is sprakeloos. Uit verlegenheid wijst hij met de vinger door de zaal en vraagt: “Mevrouw Heinrich, kent u de advocaat van de verdediging?”

    Ze zegt: “Maar natuurlijk. Ik ken Meester Friedmeier al van toen hij nog een peuter was. Hij is vals, vooringenomen en heeft een alcoholprobleem. Hij kan geen normale relatie met mensen opbouwen en zijn kantoor ruikt muf. Niet te vergeten dat hij zijn vrouw driemaal bedrogen heeft. Een daarvan was overigens uw vrouw. Oh ja, ook hem ken ik.”

    De advocaat van de verdediging zakt in de grond van schaamte. De rechter roept beide heren bij zich en fluistert: “Als iemand van jullie idioten op het idee komt om te vragen of ze mij kent, kom  je hier 10 jaar niet meer binnen!

  • Kleine Bennie

    Kleine Bennie zit in de slaapkamerkast van zijn ouders met zijn pluchen beer te spelen. Zijn moeder komt met een vreemde man de slaapkamer binnen, ook om te spelen. Onverwachts komt Bennie’s vader thuis, de vreemde man wordt halsoverkop in de kast verstopt.
    Bennie fluistert: “Ik heb een pluchen beer en als je hem niet voor tien gulden van me koopt, ga ik huilen.” De man betaalt en een paar minuten later zegt Bennie: “Geef mijn beer terug, of ik ga huilen.”
    De beer verwisselt opnieuw van eigenaar. Even later begint Bennie van voren af aan: “Ik heb een pluche beer en als je hem niet voor tien gulden van me koopt, ga ik huilen.”
    Het spel herhaalt zich. Geruime tijd later is de kust vrij, de vreemde man verlaat de kast, 120 gulden armer en zonder beer. De volgende dag vertelt Bennie zijn moeder wat zich in de kast afgespeeld heeft. Zijn moeder stuurt Bennie onmiddellijk ter biecht. In de biechtstoel steekt Bennie van wal: “Ik heb een pluchen beer… “
    Van achter het gordijn: “Grote God! Begin je nu alweer!!!”

  • Dode kat gevonden

    Een kleutertje vertelde de juf dat hij een kat gevonden had.
    De juf vroeg of ze kat dood of levend was.

    “Dood” antwoordde de kleuter.

    “Hoe weet je dat?” vroeg de juf.

    “Omdat ik in haar oor heb gepist, en ze bewoog niet.” zei hij.

    “WAT heb je gedaan?!” riep de juf.

    “Je weet wel,” verduidelijkte de kleuter, “ik leunde voorover en deed ‘pssst!’ in haar oor, en ze bewoog niet.”

  • Stukje eraf snijden

    Een jong koppeltje dat pas een paar maanden geleden getrouwd zijn staan samen in de keuken om het eten klaar te maken. Op een gegeven moment ziet de man dat zijn vrouw de einde van de worsten eraf snijd. -Schatje, waarom snij je die einde van de worsten eraf? Geen idee eigenlijk, mijn moeder deed dat altijd en heeft mij dat zo geleerd. We zullen even naar mij thuis gaan en het vragen aan ons moeder. Het koppeltje stapt in de auto en vertrekt naar de ouders van het meisje. -Mama, we waren aan het koken samen en ineens vraagt mijn man waarom ik de einde van de worsten eraf snijd en ik zei dat jij dat ook altijd deed. Maar waarom?

    -Ja dochter, geen idee eigenlijk, mijn moeder, jou grootmoeder deed dat ook altijd en ik heb me er nooit vragen bijgesteld waarom. We zullen snel eens naar oma gaan om het te vragen; Allen gaan ze op weg naar de oma en daar aangekomen zegt de dochter; -Ma, je kleindochter en ik moeten je wat vragen.

    -Zeg het eens, zegt de oma. -Waarom snij jij altijd de eindjes van de worsten eraf?

    -Oh, zegt de oma, bakken jullie nog altijd in dat kleine pannetje dan.

  • Uw kaartje

    Een rechercheur stopte bij een boerderij ergens in Ohé en Laak en sprak met een oude boer.  Hij zei tegen de boer: “ik moet de boerderij inspecteren op illegaal verbouwde wiet” De boer zei: “Ok, maar ga dat veld daar niet in” terwijl hij met zijn vinger naar een bepaald gebied wees. De rechercheur ontplofte verbaal terwijl hij zei:”Mijnheer, ik heb de machtiging van de overheid bij me”. Hij greep in zijn borstzak, haalde daar een identiteitsbewijs uit en liet dit aan de boer zien, zeggende:  “Ziet U dit kaartje? Dit kaartje betekent dat ik overal mag gaan waar ik wil.. op ieders land!! Zonder vraag of antwoord!! Heb ik mij duidelijk gemaakt…. begrijpt u het?” De boer knikte beleefd, verontschuldigde zich en ging verder met zijn werk. Korte tijd later hoorde de boer luide kreten, keek op en zag de rechercheur rennen voor zijn leven, achterna gezeten door een enorme stier… De stier kwam steeds dichterbij en het was duidelijk dat de rechercheur zich niet in veiligheid zou kunnen brengen. De boer gooide zijn werktuig neer , rende naar het hek en schreeuwde uit volle borst:
    “UW KAARTJE…..LAAT HEM UW KAARTJE ZIEN”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *