Twee Blondjes

Twee Amsterdamse blondjes zitten op een terras aan een gracht. Zegt er een: “ik heb mijn rijexamen gedaan”. “O ja”, zegt de ander “en hoe was het”. “Niet goed” zegt de eerste “weer verkloot”. “Ik kom bij een rotonde en daar staat een bord waar 30 op staat, dus ik rij netjes 30 keer rond”. “Ai” zegt de ander, “en heb je verkeerd geteld of zo?”

Similar Posts

  • Hoe laat?

    Een zakenman die op weg is huis wordt onderweg door slaap overvallen en om geen brokken te maken besluit hij zijn bolide langs de kant van de weg te zetten om even een tukje te doen. Hij vindt een rustig landweggetje en valt al na vijf minuten in een diepe slaap. Plotsklaps wordt hij opgeschrikt door getik tegen de autoruit. Hij draait het raampje open en een oud vrouwtje vraagt aan hem hoe laat het is. “Vijf voor twee,” bromt de zakenman. De vrouw bedankt hem en loopt verder. De zakenman draait zich om en gaat verder waar hij gebleven was. Lang kan hij er niet van genieten want tien minuten later wordt hij weer gewekt door getik tegen het raam. Geërgerd draait hij het autoraam open en ditmaal is het een jogger die de tijd wil weten. “Vijf over twee,” buldert de zakenman. De jogger bedankt hem en jogt verder. De zakenman beseft dat hij op zo’n manier nooit aan zijn slaap komt en pakt een stuk papier en schrijft daar met koeienletters op: IK WEET NIET HOE LAAT HET IS! en plakt dit achter zijn ruit. Tevreden over zijn eigen vindingrijkheid valt hij voor de derde maal in diepe slaap. Nauwelijks aangekomen in dromenland word zijn rust weer verstoord door getik tegen de ruit. Met een welgemeende “Godgloeiende…,” draait de zakenman zijn autoraam open en kijkt in het gezicht van een jonge scholier. Deze werpt een blik op zijn horloge en zegt: “Het is tien voor half drie meneer.”

  • Tellen

    Een notaris zoekt een nieuwe medewerker om zijn akten af te stempelen.
    En omdat op sommige formulieren wel 10 stempels nodig zijn, moet de nieuwe medewerker natuurlijk tot 10 kunnen tellen.

    De eerste sollicitant meldt zich, gaat zitten en de notaris vraagt of hij tot 10 kan tellen.
    “Ja, natuurlijk”, antwoordt de man, “10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0”
    “Ja goed”, zegt de notaris, “maar kun je dat ook vooruit?”
    “Nee”, is het antwoord, “ik heb hiervoor bij de NASA gewerkt en daar telden we altijd zo.”
    “Niet geschikt. Ik wens u nog een prettige dag verder en stuurt u a.u.b. even de volgende naar binnen.”

    De volgende sollicitant, als hij gevraagd wordt of hij tot 10 kan tellen zegt hij:
    “Jazeker, 1, 3, 5, 7, 9, 10, 8, 6, 4, 2.”
    “Ja, maar kunt u niet van 1 tot 10 tellen in de normale volgorde?”
    “Nee”, zegt de man, “ik ben postbode geweest en zo heb ik altijd geteld als ik de huisnummers naliep.”
    “Bedankt en tot ziens, de volgende a.u.b.!”

    De notaris weer:
    “Kunt u tot 10 tellen?”
    De derde kandidaat:
    “Zeker, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10.”
    “Dat is geweldig, waar hebt u hiervoor gewerkt?”
    “Nou, bij de gemeente.”
    “Bij de gemeente? Daar sta ik van te kijken. Zeg eens, niet dat het nodig is, maar kunt u ook verder tellen dan 10?” vroeg de notaris.
    “Maar natuurlijk. Boer, vrouw, koning, aas.”

  • Problemen

    Sam en Moos zijn op zoek naar een baan.
    Ze leggen al hun spaargeld bij elkaar en van dat geld kopen ze 6 motorbootjes.
    Die motorbootjes gaan ze verhuren op een meer.
    Maar de mensen die de bootjes huren kunnen niet goed varen, dus kopen Sam en Moos ook 2 megafoons.
    Dus daar staan ze dan: “Bootje 3 niet te dicht langs de kant,
    bootje 1 wat langzamer,
    bootje 9 doe niet zo gevaarlijk”, zegt Moos.
    “Bootje 9?, We hebben maar 6 bootjes”, zegt Sam.
    “Oh, bootje 6 heeft u problemen”

  • Erge dorst

    Ligt er een man in het ziekenhuis en is aan zijn mond geopereerd, en heeft hele erge dorst. Dus roept hij de zuster en zegt: “Ik heb dorst!” tussen zijn lippen door.
    Zegt de zuster terug: ”Maar je kan niet drinken je mond zit dicht” Zegt de man terug:” Giet het maar via m’n kont binnen! ” Zegt de zuster tegen de patiënt:” Oké, wat u wilt, wat wilt uw ? Koffie of thee ?
    ”Thee” antwoord de Patiënt. De zuster gaat weg om te overleggen met de andere dokters en zusters en komt terug met een trechtertje en een thee gietertje.
    Zegt ze tegen de patiënt:” Draai maar om en trek uw broek omlaag” De patiënt doet dat en ligt klaar en zegt:”Oké ik ben er klaar voor”
    De zuster zet de trechter in de kont van de patiënt en giet de thee naar binnen, en op een geven moment laat de patiënt een enorme scheet.
    Zegt de Zuster tegen de patiënt:” Wat doet u nu ? ” Zegt de patiënt tegen de Zuster: ” Je moet toch blazen als het warm is?”

  • Gesnurk

    Een handelsvertegenwoordiger, doodmoe, komt aan in een kleine gemeente waar er maar één hotelletje is. Tot overmaat van ramp, alle kamers zijn bezet. Hij smeekt de baas: “Leg me te slapen, eender waar, maar ik moet absoluut kunnen uitrusten.” “Wel”, zegt de hotelier, “ik heb hier een twee persoonskamer waar er maar één bed beslapen is. Als je met die man op een akkoord komt om de kamer en de prijs ervan te delen is dat voor mij goed. Maar, ik verwittig je, hij snurkt geweldig. Het is zelfs zo erg dat alle gasten ‘s morgens hun beklag erover maken.” “Maakt niks uit”, antwoordt de vertegenwoordiger, “ik ben veel te moe.” …De twee mannen komen tot een akkoord en nemen het avondmaal aan dezelfde tafel. ‘s Morgens komt de handelsvertegenwoordiger als eerste de trap af om naar het ontbijtzaal te gaan. Vrolijk fluitend en welgemutst de hotelbaas groetend. “Nou”, zegt deze, “zo welgezind? Heb je goed geslapen? Heeft hij niet gesnurkt?” “Zeker niet”, zegt de vertegenwoordiger, “geen enkel moment.” “Hoe is dat in Godsnaam mogelijk”, zegt de hotelbaas.

    “Heel eenvoudig”, zegt de vertegenwoordiger.

    “Ik kwam een beetje later dan hem de kamer binnen. Hij lag al op zijn bed. Ik heb hem een kus gegeven op zijn achterwerk en gezegd: Goedenacht, schoonheid. En die kerel heeft de hele nacht recht gezeten in zijn bed om me in de gaten te houden.”

  • Kibbelen

    Twee blondjes lopen op straat. Plots wijst de ene naar iets en roept:

    _ Kijk daar, de zon!

    _ Maar nee, dat is de maan, zegt de andere.

    Ze lopen kibbelend verder.

    Even later zegt de eerste:

    _ Weet je wat, we zullen eens ergens aanbellen en vragen wie er nu gelijk heeft.

    Ze bellen aan bij het eerste huis dat ze tegenkomen en het toeval wil dat er een blondje opendoet.

    De twee dames wijzen naar de lucht en vragen:

    _ Mevrouw, dat ding daar in de lucht, is dat nu de zon of de maan?

    _ Ik zou het niet weten. Ik woon hier nog maar pas.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *