Thermoskan

Een Belg komt in Nederland op de markt en ziet een kraam met thermoskannen staan.
Dus hij vraagt aan de verkoopster: “Wat is dat”.
De verkoopster zegt “Dat zijn thermoskannen”.
“Maar wat moet je er mee doen?”, vraagt de Belg.
“Als je er wat warms in doet blijft het warm en als je er iets kouds in doet blijft het koud.”
De Belg koopt een thermoskan en komt de volgende dag op zijn werk.
Dan vraagt zijn vriend: “Wat heb jij nou?”
“Een thermoskan.”
“Wat moet je er mee doen?” vraagt zijn andere vriend.
“Nou als je er wat warms in doet blijft het warm en als je er wat koud in doet blijft het koud”
“Wat heb jij er in zitten?” vraagt zijn vriend.
“Nou, twee koppen koffie en een ijsje.”

Similar Posts

  • Voetballen

    2 voetbalclubs staan tegenover elkaar op het veld, maar de sterspeler van de thuisploeg
    is er nog niet. De trainer zegt: ik weet zeker dat hij op tijd komt. De scheidsrechter
    zegt: goed, als de andere club geen bezwaar heeft wachten we.
    De gastploeg heeft er geen bezwaar tegen en er wordt gewacht. Na tien minuten is hij er nog niet, na 20 minuten ook niet en ook nog niet na een half uur. Belt de trainer naar de speler: waar zit je, je had hier al een uur geleden moeten zijn. Wat!, zit je nog thuis, hoe komt dat? Hoezo het is mijn schuld!
    Zegt de sterspeler: je hebt zelf gezegd dat we vandaag thuis zouden spelen!

  • Management les

    Een secretaresse, een verkoper en hun manager vinden tijdens de lunchwandeling een oude olielamp. De manager wrijft de lamp op en er verschijnt een geest die zegt: “Jullie mogen alledrie een wens doen”. De secretaresse gilt meteen: “Ik wil naar de Malediven, heerlijk in de zon op het strand liggen.” Floep, weg is ze. De verkoper roept: “En ik wil naar New York, met een portefeuille vol geld om te winkelen.” En hup, ook hij is ervandoor. “Jij bent aan de beurt,” zegt de geest tegen de manager… Die zegt: “Ik wil die twee terug op kantoor na de lunch!” Moraal: Geef altijd voorrang aan je baas.

  • Een Priester

    Een jongetje stapte in de bus en ging naast een man zitten die een boek aan het lezen was.
    Hij zag dat de man z’n kraag achterstevoren droeg.
    Het jongetje vroeg waarom zijn kraag zo vreemd zat.
    De man, die priester was vertelde hem, “Ik ben een Vader”.
    Het jongetje antwoordde, “Mijn vader draagt zijn kraag niet zo”.
    De priester keek op van zijn boek en antwoordde,
    “Ik ben de vader van velen”.
    Het jongetje zei, ” Mijn vader heeft 4 zoons, 4 dochters en 2 kleinkinderen en hij draagt zijn kraag niet zo”.
    De priester, die nu ongeduldig werd zei, “Ik ben de vader van honderden”, en las verder in zijn boek.

    Het jongetje peinsde over dat laatste antwoord, leunde toen naar de priester en zei, “Misschien toch beter om in het vervolg een condoom te gaan gebruiken en je broek achterstevoren dragen in plaats van je kraag”.

  • Goochelaar

    Een goochelaar zat op een cruiseschip en deed allerlei trucjes. Jante keek toe met arendsogen en doorzag iedere truc van de goochelaar, hij zei dan ook steeds hoe de truc in elkaar stak, het ging ongeveer zo: “De kaart zit in je broekzak!” of “Dat konijn kwam uit die doos!” … Die goochelaar was het na een tijdje helemaal zat dat Jantje de hele tijd zei hoe zijn trucs in elkaar zaten, dus stopte hij maar mee.  De dag erop verging het schip en alleen de goochelaar en Jantje konden zich redden door te dobberen op een stuk drijvend hout.  Na een uur of 3 uur zei Jantje: “Ok, ik geef het op, waar heb je het schip gelaten?”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *