Thermoskan

Een Belg komt in Nederland op de markt en ziet een kraam met thermoskannen staan.
Dus hij vraagt aan de verkoopster: “Wat is dat”.
De verkoopster zegt “Dat zijn thermoskannen”.
“Maar wat moet je er mee doen?”, vraagt de Belg.
“Als je er wat warms in doet blijft het warm en als je er iets kouds in doet blijft het koud.”
De Belg koopt een thermoskan en komt de volgende dag op zijn werk.
Dan vraagt zijn vriend: “Wat heb jij nou?”
“Een thermoskan.”
“Wat moet je er mee doen?” vraagt zijn andere vriend.
“Nou als je er wat warms in doet blijft het warm en als je er wat koud in doet blijft het koud”
“Wat heb jij er in zitten?” vraagt zijn vriend.
“Nou, twee koppen koffie en een ijsje.”

Similar Posts

  • Ambtenaren


    Waarom gebruiken ambtenaren geen papieren zakdoekjes? Omdat er TEMPO op staat!


    Paniek op het gemeentehuis! Melding van de postkamer: “De bestelformulieren voor de bestelformulieren zijn op!”


    Weet je waarom 21 maart is uitgeroepen tot de dag van de ambtenaar? Op 21 maart is de winterslaap voorbij en begint de voorjaarsmoeheid.


    Een ambtenaar komt te laat op zijn werk. Sorry, chef” zegt de man, maar ik stond in de file.” Oh”,  zegt zijn chef, was het een lange file?”  Ambtenaar : Geen idee, ik stond helemaal vooraan .”


    Hoe heet het sperma van een ambtenaar? Kruipolie.


    Er komt een man een werkkamer met ambtenaren binnenstappen en zegt: Goh, wat hebben jullie veel vliegen op kantoor!” De ambtenaar antwoordt: Ja, 89 meneer.”


    Wat hebben de mensen toch tegen ambtenaren? Die mensen doen toch niets.

  • Doofstommenavond in de kroeg

    Elke vrijdagavond ontvangt een café-eigenaar het doofstomme vrijgezellenclubje. Als hij op vrijdagochtend ziek blijkt te zijn, belt hij zijn broer op: “Zeg Jan, ik ben ziek. Maar vanavond komt dat doofstomme vrijgezellenclubje, en dat zijn goeie vaste klanten. Dus ik kan het niet maken om het café gesloten te houden. Zou jij vanavond voor mij willen invallen?” Zijn broer vindt het niet erg om in te vallen. Hij gaat van tevoren nog even langs bij Kees om instructies te krijgen. “Het is helemaal niet moeilijk,” zegt Kees, “die jongens drinken de hele avond alleen maar bier en borrels. Als ze een vinger opsteken, dan willen ze bier, en als ze twee vingers opsteken dan willen ze een borrel. Dat is alles.” Die avond gooit Jan het café open, en daar komt de doofstomme club. Jan neemt de bestellingen op: bier, borrel, bier, bier, borrel… Alles gaat goed. Maar plotseling beginnen de doofstommen allemaal met hun hoofden te draaien en hun monden te happen. Jan weet niet goed wat hij moet doen. Hij gooit 50 frikandellen in de frituur, en serveert daarna broodjes frikandel uit. De doofstommen beginnen te eten, drinken nog wat, en even later beginnen ze weer met hun hoofden te draaien en hun monden te happen. Ten einde raad belt Jan zijn broer op: “Zeg Kees, in het begin ging het goed, maar nou beginnen ze steeds met hun hoofden te draaien en hun monden te happen. Ik snap echt niet wat ze willen.” “O sorry,” zegt Kees, “dat ben ik vergeten te zeggen: dan zitten ze het clublied te zingen.”

  • Moos

    Moos gaat voor het eerst in zijn leven skiën. Les nemen vindt hij zonde van het geld, dus suist hij bij zijn eerste afdaling, niet geremd door enige kennis of vaardigheid, met een noodgang over de zwarte piste.
    Waardoor hij een bordje ‘Lawine gevaar’ niet ziet. Als Moos, na een adembenemende afdaling, dankzij een bovenmenselijke inspanning nog net voor een vreselijk diep ravijn tot stilstand weet te komen, slaakt hij een diepe zucht van verlichting.
    Dat had hij beter niet kunnen doen.
    Tien tellen later ligt hij onder drie meter sneeuw. Onmiddellijk rukken de reddingswerkers uit. Zodra Moos gelokaliseerd is, steken ze een lange pijp in de sneeuw om Moos wat lucht te verschaffen. Moos ziet de pijp vlak boven zijn hoofd door de sneeuw verschijnen. “Wie is daar?” roept hij.
    “Het Rode Kruis,” roept men van boven.
    Waarop Moos zegt: “Maar, daar heb in Amsterdam al voor  gegeven.”

  • In een Parijs Café

    Een man zit aan een tafeltje en drinkt de ene cognac na de andere.
    Een dame die aan een tafeltje naast hem zit, zegt: “Mijnheer, denk er aan dat er elk jaar dertig duizend Fransen sterven als gevolg van alcoholmisbruik.”
    De man antwoord: “Hoezo? Ik ben Belg.”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *