Thermoskan

Een Belg komt in Nederland op de markt en ziet een kraam met thermoskannen staan.
Dus hij vraagt aan de verkoopster: “Wat is dat”.
De verkoopster zegt “Dat zijn thermoskannen”.
“Maar wat moet je er mee doen?”, vraagt de Belg.
“Als je er wat warms in doet blijft het warm en als je er iets kouds in doet blijft het koud.”
De Belg koopt een thermoskan en komt de volgende dag op zijn werk.
Dan vraagt zijn vriend: “Wat heb jij nou?”
“Een thermoskan.”
“Wat moet je er mee doen?” vraagt zijn andere vriend.
“Nou als je er wat warms in doet blijft het warm en als je er wat koud in doet blijft het koud”
“Wat heb jij er in zitten?” vraagt zijn vriend.
“Nou, twee koppen koffie en een ijsje.”

Similar Posts

  • Nederlandse les

    Nederlandse les en de juf vraagt: Wie kan er een zin vormen met de woorden ‘waarschijnlijk’ en ‘want’ ?’ Peter steekt zijn vinger in de lucht en zegt: WAARSCHIJNLIJK gaan wij naar Disneyland, WANT mijn vader heeft kaarten gekocht. Zeer goed ! zegt de juf, ‘Wie kan dat ook?’ Pietje steekt ook zijn vinger in de lucht ! Juffrouw slaat haar ogen ten hemel en denkt al: ‘Wat nu weer ?! Ja Pietje, probeer maar’, zegt ze bemoedigend. En Pietje zegt; ‘Mijn moeder ging met de krant naar ‘t toilet…’ Maar Pietje toch ! Dat heeft er helemaal niets mee te maken !’ Wacht, wacht ik ben nog niet klaar!’ roept Pietje. ……WAARSCHIJNLIJK moest ze poepen, WANT lezen kan ze niet.’

  • Rapport

    Jantje komt thuis met een slecht rapport.
    “Voor zo’n rapport lijkt een flink pak slaag wel op zijn plaats!” zegt vader boos.

    Jantje antwoordt:

    “Dat lijkt me een goed idee, pa. Ik weet wel waar de meester woont.”

  • Gemeente wapen

    Ergens in de gemeente Dinkelland staat een groepje gemeente medewerkers een sigaretje te roken aan een bloemenperkje waar ze onkruid moeten wieden.

    Op de rugzijde van hun werkkledij staat het stadswapen van Dinkelland geborduurd.

    Een man uit het westen komt voorbij en fronst de wenkbrauwen.

    Enigszins geïntrigeerd door dit beeld, vraagt de westerling:

    “Waarom staat het stadswapen op uw werkkleding?”

    Waarop de arbeiders antwoorden : “Dat is onze sponsor.”

  • Gestolen

    Een tachtigjarige vrouw werd gearresteerd voor winkeldiefstal. Toen ze voor de rechter stond, vroeg deze haar: “Wat heeft u gestolen?” De vrouw antwoordde: “Een blik perziken”. Toen de rechter haar vroeg waarom ze dat had gestolen, zei ze dat de honger had. Toen vroeg de rechter hoeveel perziken er in het blik zaten en de vrouw antwoordde: “6”. “Dan geef ik u 6 dagen gevangenisstraf”, zei de rechter.

    Plotseling stond de man van de vrouw op en verzocht te mogen spreken.

    De rechter stemde toe en de man zei: “Ze heeft ook een blik doperwten gestolen”.

  • Slakken

    Een man des huizes had net een maaltje slakken op en zeurde: “Ik lust er nog wel een paar vrouw, want zoals jij ze maakt, maakt niemand ze.” “Nou jong, dan zal jij ze zelf moeten gaan halen.” “Geen punt!” Nadat hem de weg was uitgelegd, waar hij ze moest gaan halen, ging hij fluitend de deur uit. Daar aangekomen: “Ik had graag nog wat slakken.” “Ja”, zei die slakkenboer, “ik heb er zoveel verkocht dat ik geen verpakkingen meer heb.” “Dat geeft niet”, zegt de man, terwijl hij zijn trui openhield. En zo ging ook naar huis. Maar onderweg kwam hij enkele vrienden tegen die vroegen om met z’n allen wat te gaan drinken. “Néé jongens!” Na wat zeuren … nou goed ééntje dan. Het werden er enkele meer en de tijd vloog om. “Jongens ik moet naar huis,” zei hij met een dikke tong. Zo schommelde hij even later naar huis. Thuis aangekomen kreeg hij de huissleutel niet meteen in het sleutelgat. Terwijl hij gebukt stond te richten, vielen de nog levende slakken vanuit zijn trui op de grond. Net toen hij de slakken weer terug wilde doen in zijn trui, vloog plots de deur open en daar stond zijn woedende vrouw. Eer dat zij de kans kreeg om hem de les te lezen, zei hij al lallend: “…allee jongens, nóg tien centimeter …. dan zijn we thuis!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *