Juf en Wasmachine
Jantje vraagt aan zijn vader: Wat is het verschil tussen een juf en een wasmachine?
Toen zijn vader aangaf da hij het niet wist zei Jantje:
Een wasmachine werkt op elektriciteit en een juf werkt op mijn zenuwen
Jantje vraagt aan zijn vader: Wat is het verschil tussen een juf en een wasmachine?
Toen zijn vader aangaf da hij het niet wist zei Jantje:
Een wasmachine werkt op elektriciteit en een juf werkt op mijn zenuwen
Een ambtenaar is achter z’n bureau te suffen in het middagzonnetje. Opeens ziet hij een spin en denkt: ‘Die ga ik dood trappen.’ Net op het moment dat hij z’n voet wil neerzetten hoort hij de spin met een zacht stemmetje spreken: ‘Nee, niet doen, als je me in leven laat mag je 3 wensen doen!’ ‘Hmm,’ denkt de man, “al goed, ik laat je heel, maar dan wens ik op een onbewoond tropisch eiland te wonen.” PLOEP. De man zit op een prachtig exotisch eiland. De spin vraagt: ‘Je hebt nog 2 wensen over, dus zeg het maar!’ “Oké,” zegt de man, “ik wil 3 bloedmooie jonge dames om me heen.” PLOEP. Drie welgevormde dames om de man. ‘Je hebt nog een wens over, dus denk goed na!’ “Nee, dat hoeft niet,” zegt de man, “ik weet het al, ik wil de rest van m’n leven een lekker lui leventje lijden.” PLOEP. En hij zit weer achter zijn bureau!
De pastoor is in de sacristie gestruikeld over een paar schaatsen.
“Zeg op, van wie zijn ze”? vraagt hij aan de misdienaars.
“Waarschijnlijk van één van de ijsheiligen”, antwoordt Jantje.
De meester roept Wendy en Desie bij zich, en zegt boos: – Jullie krijgen allebei ‘n 1 voor dat proefwerk van gisteren, want ik weet zeker dat jullie afgekeken hebben. Jullie hebben namelijk precies dezelfde fouten gemaakt!.
Desie: – Maar het kan toch wel dat we allebei het verkeerde antwoord hebben gegeven? Dan hoef je toch nog niet afgekeken te hebben?
Meester: – Ja, dat kan. Maar op de eerste vraag wat de hoofdstad van Australië is, antwoord Wendy: ‘Ik weet het niet’ en jij hebt opgeschreven: ‘Ik ook niet!’
“Mijn man is een hopeloze dronkenlap. Hij verdrinkt al zijn geld.” “Maar zo slecht schijnt het jullie anders niet te gaan. Een mooi eigen huis, een dure auto, een plezierjacht…”
“Dat hebben we betaald van het statiegeld!”
Een Nederlands-Canadese zakenman gaat een bank in Toronto binnen en vraagt om een gesprek met iemand van de kredietenafdeling. De zakenman vertelt dat hij twee weken naar Nederland gaat voor zaken en dat hij een lening nodig heeft van $5,000. De bankmedewerker zegt dat dat zeker kan, maar dat de bank voor een dergelijke lening aan een nieuwe klant wel een onderpand nodig heeft. “Dat is begrijpelijk,” zegt de zakenman en hij overhandigt de sleutels van zijn gloednieuwe Lamborghini sportwagen die voor het bankgebouw geparkeerd staat. Hij geeft de bankmedewerker ook de autopapieren en na controle blijkt alles in orde te zijn. De bankmedewerker accepteert de auto als onderpand voor de lening en rijdt hem voorzichtig de beveiligde ondergrondse parkeergarage van de bank in. De zakenman krijgt zijn lening en vertrekt naar Nederland. De medewerker vertelt de bankdirecteur van het gebeurde en samen lachen ze nog even hartelijk om de stupiditeit van de zakenman, om een auto die zeker $250.000 waard is te gebruiken als onderpand voor een lening van $5.000. Twee weken later komt de zakenman terug. Hij betaalt de lening van $5,000 af plus $15,41 aan rente. De bankmedewerker zegt: “wij danken u heel hartelijk voor uw klandizie, maar zijn wel een beetje verbaasd. We hebben een en ander nagetrokken en zijn er inmiddels achter dat u de eigenaar bent van een aantal grote bedrijven, dat u multi-miljonair bent en dat u toch nauwelijks een leninkje van $5.000 nodig heeft voor een tripje naar Nederland. Of wel soms?”
De zakenman grinnikt en zegt: “Natuurlijk niet, maar waar anders kan ik in Toronto voor $15,41 mijn auto twee weken parkeren en ook nog verwachten dat hij er heelhuids staat als ik terugkom!”