Een varkenshouder

  • Er was een boer die veel varkens had. Op een dag ging er iemand naar de boerderij en vroeg aan de boer: “Wat gebruikt u om uw varkens te voeren?” “Nou, ik geef ze mengvoer waar van alles inzit, hoezo?” “Omdat ik van de Dierenbescherming ben en ik het idee heb dat u uw varkens niet op de goede manier voert, u zou ze geen afvalproducten moeten voeren.” Daarna berispte hij de boer.
    Een paar dagen later kwam er iemand anders die dezelfde vraag stelde. De boer antwoordde: “Nou, ik voer ze heel goed. Ik geef ze zalm, kaviaar, garnalen, runderlappen…… hoezo?” “Omdat ik van de Verenigde Naties ben en ik denk dat het oneerlijk is dat u uw varkens op deze manier voert als er mensen zijn die sterven omdat ze niets te eten hebben.” En hij berispte de boer.
    Later kwam er nog iemand die ook weer dezelfde vraag stelde. De arwanende boer antwoordde na een tijdje: “Nou, ik geef elk varken een tientje zodat ze zelf kunnen kopen wat ze willen hebben.”

Similar Posts

  • Blind en Blond

    Een blinde man gaat een vrouwenbar binnen. Hij loopt naar de bar en bestelt iets te drinken.
    Nadat hij een tijdje heeft gezeten, roept hij naar de persoon aan de tap:
    ‘Hé, wil jij een blondjesmop horen?’
    De hele bar wordt in een klap muisstil. Met een diepe, dreigende stem zegt de vrouw naast hem:
    ‘Voor u die mop vertelt, meneer, moet u vijf dingen weten:

    Eén: De persoon achter de tap is een blonde vrouw.
    Twee: De uitsmijter is een blonde vrouw.
    Drie: Ik ben een 1,90m grote, 100 kilo zware blonde vrouw met een zwarte band in karate.
    Vier: De vrouw die naast me zit, is een blonde vrouw en is een professioneel gewichthefster.
    Vijf: De vrouw aan jouw andere kant is een blonde vrouw en doet aan
    worstelen.

    Ik raad u aan om er eens goed over na te denken, meneer. Wilt u die mop nog steeds vertellen?’

    De blinde man denkt enkele seconden na, schudt zijn hoofd en zegt: ‘Nee, niet als ik ‘m vijf keer moet gaan uitleggen.’

  • Appelpitjes

    Een Vlaming zit in een park op een bankje appelpitjes te eten.
    Komt er plots een Hollander naast zitten.
    Vraagt die Hollander “Nou, wat ben jij aan het eten zeg?”
    “Appelpitjes” zegt de Vlaming
    “Nou, waarom eet iemand nou in Jezus naam appelpitjes”
    “Awel…” zegt de Vlaming “omdat ge daar slim van wordt.”
    “Sooo, en verkoop je er niet een paar?” vraagt die Hollander dan weer.
    “Ja zenne” zegt de Vlaming “Voor 2,50 EUR per stuk”
    “Wel, geef mij er dan maar 4” zegt de Hollander en geeft 10 EUR aan de Vlaming en eet zijn 4 appelpitjes op.
    Even later zegt die Hollander “Zeg, eigenlijk had ik voor 10 EUR heel wat appels kunnen kopen, en dan had ik de appelpitjes er gratis bij”.
    “Zie je” zegt de Vlaming “Het begint al te werken.

  • Belgische Douane

    Vijf Nederlanders in een Audi Quattro arriveren bij een Belgische grenspost.
    Daar worden ze gestopt door beambte Sjefke die zegt:
    ‘Het is ille…gaal om vijf mensen in een Audi Quattro te vervoeren; Quattro betekent vier.’
    ‘Quattro is alleen de naam van de auto,’ antwoordt de bestuurder.
    ‘Je kunt er best vijf mensen in vervoeren. Wil je de papieren zien!!!!’
    ‘Dat zal weinig verschil uitmaken,’ antwoordt Sjefke.
    ‘U hebt vijf mensen in uw Quattro en U breekt daarmee de wet.’
    De Nederlander wordt ongeduldig en zegt: ‘Zou je je baas kunnen roepen? Ik zou graag met iemand willen spreken die verstand van zaken heeft.’
    ‘Sorry,’ antwoordt Sjefke, ‘Agent Versmulders heeft het nu te druk met twee Italianen in een Fiat Uno.’

  • Opscheppen

    Op de speelplaats wordt opgeschept.

    ‘Wij zijn met drie kinderen thuis en ieder heeft zijn eigen bed…’

    ‘Wij zijn met vier kinderen, en elk heeft zijn eigen kamer…’

    ‘En wij zijn met vijven, en ieder heeft zijn eigen papa…’

  • Brandweer

    Een brandweerman staat buiten bij de brandweerkazerne te sleutelen aan de motor van een pomp. Opeens hoort hij achter zich een lief stemmetje dat zegt:
    “Dag meneer de brandweer.”
    Hij draait zich om en ziet een klein meisje van een jaar of zes, dat in een bolderwagen zit. De bolderwagen is omgebouwd tot een brandweerwagen, compleet met ladder en brandslangen. De wagen wordt getrokken door een hond en een kat. Complimentjes makend over wat hij ziet loopt hij rondom de bolderbrandweerwagen. De hond is met een riem aan zijn halsband voor de kar gespannen. De kat, het blijkt een kater, zit vast aan de kar via een touwtje om zijn testikels. Een beetje verbaasd zegt de brandweerman tegen het lieve wicht:
    “Ik wil me er niet mee bemoeien, maar volgens mij trekt die kater de kar beter als je hem ook aan een halsband vastmaakt.”
    “Dat weet ik”, zegt het meisje, “maar dan heb ik geen sirene!”

  • MODERNE NAAM

    Een bankbediende is voor de derde keer vader geworden. Als hij aangifte gaat doen van de geboorte, vraagt de bediende:

    -Hoe gaat u het het kindje noemen?

    -We noemen hem Euro.

    -Maar, meneer, Euro, daar gaat uw kind later last mee krijgen.

    – Dat denk ik niet. Onze Frank en onze Mark hebben ook nooit problemen gehad.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *