Moos

Moos gaat voor het eerst in zijn leven skiën. Les nemen vindt hij zonde van het geld, dus suist hij bij zijn eerste afdaling, niet geremd door enige kennis of vaardigheid, met een noodgang over de zwarte piste.
Waardoor hij een bordje ‘Lawine gevaar’ niet ziet. Als Moos, na een adembenemende afdaling, dankzij een bovenmenselijke inspanning nog net voor een vreselijk diep ravijn tot stilstand weet te komen, slaakt hij een diepe zucht van verlichting.
Dat had hij beter niet kunnen doen.
Tien tellen later ligt hij onder drie meter sneeuw. Onmiddellijk rukken de reddingswerkers uit. Zodra Moos gelokaliseerd is, steken ze een lange pijp in de sneeuw om Moos wat lucht te verschaffen. Moos ziet de pijp vlak boven zijn hoofd door de sneeuw verschijnen. “Wie is daar?” roept hij.
“Het Rode Kruis,” roept men van boven.
Waarop Moos zegt: “Maar, daar heb in Amsterdam al voor  gegeven.”

Similar Posts

  • Gedronken?

    Politieagent: ‘wat heeft u gedronken?’

    bestuurder: ‘schrijf maar op een krat bier; champagne kun je toch niet schrijven … ‘

    Politieagent: ‘uw naam?’

    bestuurder: ‘Zscherboinsky-Crzcypierzak’

    Politieagent: ‘hoe schrijf je dat?’

    bestuurder: ‘met een liggend streepje’

     

  • Het is ook nooit goed

    Kom je te laat op je werk, dan geef je een slecht voorbeeld. Kom je te vroeg, dan ben je een rondneuzer, of blij thuis weg te zijn.
    Blijf je overwerken, dan ben je een uitslover. Ga je op tijd weg, dan heb je geen hart voor de zaak.
    Pleeg je overleg, dan durf je zelf niet te beslissen. Doe je het niet, dan ben je eigenwijs.
    Neem je iemand apart, dan schep je onderonsjes. Doe je het niet, dan ben je onpersoonlijk.
    Ben je aardig, dan wil je de getapte man uithangen. Houd je afstand, dan heb je verbeelding.
    Kom je met nieuwe ideeën, dan ben je een nieuwlichter. Maar als je ze niet hebt, dan gaat er niets van je uit.
    Laat je anderen iets voor je doen, ben je een afschuiver. Pak je het zelf aan, dan ben je eigengereid.
    Hou je je stipt aan de voorschriften, dan ben je lastig. Als je het niet doet, ben je een slappeling.
    Heb je succes, dan heb je geluk gehad. Loopt het mis, dan weet iedereen het je te vertellen.
    Als je er niet meer bent, Dan was je een geweldige kerel!

  • Vissen

    Vier getrouwde mannen gaan vissen. Ze zitten gezellig in de boot, en klagen erover dat het toch zo moeilijk is om van hun vrouw te mogen gaan vissen. De eerste man zegt: “Ach, het is elke keer moeilijker. Deze keer moest ik mijn vrouw beloven dat ik volgend weekend maar liefst alle kamers in het huis zal schilderen. De tweede man zegt: “Dat is nog niets, ik moest mijn vrouw beloven dat ik de put zou graven voor de aanleg van een zwembad…” De derde man zegt: “Jullie zijn er echt nog alle twee goedkoop vanaf gekomen! Ik moest mijn vrouw beloven dat ik een keuken zou maken voor haar vol met speciale kasten, op maat gemaakt..” De mannen gaan verder met vissen, tot hun frank valt: De vierde man heeft nog niets gezegd. “Wat heb jij dan moeten doen om vandaag met ons te mogen komen vissen?” De vierde man antwoordt: “Jullie zijn toch niet echt snugger hoor. Ik heb niets moeten beloven. Gewoon slim zijn…” “Hoe dat zo?” willen de andere 3 weten. “Wel, ik heb gewoon de wekker gezet op 04.30 uur. Toen die afliep, drukte ik het alarm uit, ik gaf mijn vrouw een knuffel en zei: “Vissen, of sex?” en zij zei:

    “Doe een warme trui aan..”

  • Kangeroe over de vloer

    Een kangoeroe wandelt een café binnen, gaat aan de bar zitten en bestelt een biertje. “Dat is dan vijfentwintig euro,” zegt de barman. De kangoeroe vindt dat wel een beetje duur, maar legt toch vijfentwintig euro op de toog, krijgt een versgetapt biertje voorgezet en begint er op zijn gemak van te drinken. Na een tijdje krijgt hij in de gaten dat het hele café naar hem aan het staren is. “Tjonge,” zegt hij tegen de barman, “de hele zaak is hier naar mij aan het kijken. Wel een beetje onbeleefd, vindt u ook niet?” “Je moet dat begrijpen,” zegt de barman, “wij krijgen hier niet vaak kangoeroes over de vloer.” “Nee, dat snap ik,” zegt de kangoeroe, “als je vijfentwintig euro voor een biertje vraagt…”

  • Stukje eraf snijden

    Een jong koppeltje dat pas een paar maanden geleden getrouwd zijn staan samen in de keuken om het eten klaar te maken. Op een gegeven moment ziet de man dat zijn vrouw de einde van de worsten eraf snijd. -Schatje, waarom snij je die einde van de worsten eraf? Geen idee eigenlijk, mijn moeder deed dat altijd en heeft mij dat zo geleerd. We zullen even naar mij thuis gaan en het vragen aan ons moeder. Het koppeltje stapt in de auto en vertrekt naar de ouders van het meisje. -Mama, we waren aan het koken samen en ineens vraagt mijn man waarom ik de einde van de worsten eraf snijd en ik zei dat jij dat ook altijd deed. Maar waarom?

    -Ja dochter, geen idee eigenlijk, mijn moeder, jou grootmoeder deed dat ook altijd en ik heb me er nooit vragen bijgesteld waarom. We zullen snel eens naar oma gaan om het te vragen; Allen gaan ze op weg naar de oma en daar aangekomen zegt de dochter; -Ma, je kleindochter en ik moeten je wat vragen.

    -Zeg het eens, zegt de oma. -Waarom snij jij altijd de eindjes van de worsten eraf?

    -Oh, zegt de oma, bakken jullie nog altijd in dat kleine pannetje dan.

  • Gratis

    Een Belg zegt tegen zijn Hollandse vriend: “Ik ken een trucje om gratis te gaan eten.” “Fantastisch zeg”, zegt de Hollander, “hoe doe je dat?” “Ik ga naar een restaurant, zet mij neer en ik bestel een voorgerecht, een hoofdschotel en een dessertje, dan neem ik mijn tijd met een koffie en een cognac. Vervolgens wacht ik tot sluitingstijd. Als bijna alle stoelen op de tafels staan komt natuurlijk de ober vragen of ik wil afrekenen. Dan zeg ik hem: ‘Maar ik heb al afgerekend bij uw collega die reeds vertrokken is.’ En klaar is Kees.” “Geweldig, gaan we dat dan morgen eens uitproberen?” zegt de Hollandse vriend. Zoals afgesproken gaan ze de andere dag naar het restaurant en alles verloopt zoals verwacht. Tegen het sluitingsuur komt de ober en vraagt of ze willen afrekenen. De Belg antwoordt: “Excuseer, maar wij hebben al betaald aan uw collega die reeds vertrokken is.” Waar de Hollander aan toevoegt: “En we wachten nog altijd op ons wisselgeld!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *