Waar ben ik mee bezig?

Een man heeft een nieuwe Porsche gekocht en gaat op een mooie zomeravond even lekker een stuk rijden. Het dak eraf, de wind glijdt door zijn haar en hij besluit eens te kijken hoe hard zijn wagen nou eigenlijk kan. Net als de kilometerteller een respectabele 180 km/u aangeeft, ziet hij in zijn spiegel twee blauwe zwaailichten.

“Met geen mogelijkheid dat ze een Porsche kunnen bijhouden,” denkt hij nog en trapt de bolide nog harder op zijn staart. Pijlsnel vliegt hij over de weg : 190, 200, 230 zelfs, maar de politie zit nog steeds vlak achter hem.

 “Waar ben ik godsnaam mee bezig?” denkt hij en hij gaat naar de kant van de weg. De agent loopt naar hem toe, pakt zijn rijbewijs zonder ook maar iets te zeggen, bekijkt zijn rijbewijs en auto aandachtig.

Ineens zegt hij: “Ik heb een lange zware dag achter de rug en jij bent echt de laatste die ik aan de kant zet vandaag. Ik heb geen zin in nog méér papierwerk dus als je me een heel goed excuus kan geven, ééntje die ik ook nog nooit eerder heb gehoord, waarom je zo hard reed, dan kom je eraf met een waarschuwing!”

“Afgelopen week is mijn vrouw ervandoor gegaan met een politieagent,” zegt de man, “en ik was bang dat je haar terug wilde geven!” Waarop de agent zegt: “Een prettige avond nog”

Similar Posts

  • NIET BANG

    Gait heeft het over een dief die bij hem thuis ingebroken had.

    • Ja  mijn vrouw lag al in bed, toen ze de voordeur hoorde opengaan.

    Ze haalde haar deegrol tevoorschijn en begon hem links en rechts zodanig te slaan dat hij onmiddellijk weer de straat op vluchtte.

    • Nou, dat is moedig. Jouw vrouw is voor geen kleintje vervaard, zeg!

    Wat deed jij ondertussen?

    • Ik? Niks, ik was nog niet thuis.

    Ze dacht dat ik het was.

  • Zwarte Piet

    Zwarte Piet was na een natte koude nacht op het dak verkouden geworden. Hij ging naar de apotheek en vroeg aan de verkoper: “heeft u iets tegen hoesten?”. Antwoord die verkoper: “Nee hoor, ga gerust uw gang.”

  • Kangeroe over de vloer

    Een kangoeroe wandelt een café binnen, gaat aan de bar zitten en bestelt een biertje. “Dat is dan vijfentwintig euro,” zegt de barman. De kangoeroe vindt dat wel een beetje duur, maar legt toch vijfentwintig euro op de toog, krijgt een versgetapt biertje voorgezet en begint er op zijn gemak van te drinken. Na een tijdje krijgt hij in de gaten dat het hele café naar hem aan het staren is. “Tjonge,” zegt hij tegen de barman, “de hele zaak is hier naar mij aan het kijken. Wel een beetje onbeleefd, vindt u ook niet?” “Je moet dat begrijpen,” zegt de barman, “wij krijgen hier niet vaak kangoeroes over de vloer.” “Nee, dat snap ik,” zegt de kangoeroe, “als je vijfentwintig euro voor een biertje vraagt…”

  • De bootreis

    Er zit een meisje in een café nogal sip te kijken en te zuchten. Een jongen gaat naar haar toe, en vraagt wat er aan de hand is. ‘Nou,’ zegt het meisje, ‘ik zou zo graag mijn zus eens bezoeken in Zuid-Afrika, maar de bootreis is veel te duur.’ ‘O, maar dat komt goed uit,’ zegt de jongen, ‘want ik ben matroos. Ik wil je best in mijn plunjezak het schip op smokkelen.’ ‘Dat zou geweldig zijn,’ zegt het meisje, ‘maar wat moet ik daar voor doen?’ ‘Nou,’ zegt de jongen, ‘ik kom je elke avond eten brengen. En dan zou ik het fijn vinden als ik een half uurtje bij je mag komen liggen.’ ‘Dat is wel goed,’ zegt het meisje. Dus wordt het meisje het schip op gesmokkeld. Elke avond komt de matroos haar eten brengen, en blijft dan een half uurtje bij haar. Na drie weken vindt het meisje de reis wel lang gaan duren. Ze besluit maar eens naar boven te gaan. Boven gekomen ziet ze de kapitein lopen, en aan hem vraagt ze: ‘Kapitein, duurt het nog lang voordat we in Zuid-Afrika zijn?’ ‘Nogal,’ zegt de kapitein, ‘want dit is de veerboot naar Texel.’

  • Supermarkt

    Er komt een man een supermarkt binnen, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken hondenvoer en loopt vervolgens naar de kassa. Vraagt de kassière: “Meneer heeft u een hond?” Hierop antwoordt de man: “Ja, natuurlijk heb ik een hond, anders had ik die twee blikken toch ook niet nodig?” Zegt de kassière: “Het spijt me meneer, maar vanaf deze week mag ik niemand meer dierenvoeding meegeven tenzij ik zelf kan zien dat de persoon een huisdier heeft… U zult de hond dus moeten meenemen…”

    De man vloekt een paar keer vanwege deze absurde nieuwe regeling, smijt de twee blikken op de grond en loopt kwaad weg.

    De volgende dag is hij weer terug, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken kattenvoer en gaat naar de kassa.

    Vraagt die kassière: “Meneer, heeft u een kat?” Waarop de man, zichtbaar geïrriteerd, antwoordt: “Ja natuurlijk heb ik een kat, ik kom deze blikken toch niet voor mezelf halen?”

    De kassière: “Meneer, dit vind ik nou niet slim van u.

    U was hier gisteren ook, dus had u kunnen weten dat ik u geen dierenvoed….”

    De kassière is nog niet uitgesproken of de man is de winkel al luid vloekend en tierend uitgelopen… De blikken bij de kassière achterlatend.

    De dag daarop komt de man met een bruine papieren zak in z’n hand de winkel binnen, loopt direct door naar de kassa en zegt tegen de kassière:

    “Mevrouw, steekt u hier uw hand eens in.” De kassière doet dit en roept vervolgens: “He, het is zacht en warm…” “Ja”, zegt de man, “Ik had graag drie rollen WC papier!”

     

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *