Jefke

Jefke zit op de stoep met een stok in een hondepoep te roeren.
De postbode komt voorbij en vraagt aan Jefke wat hij aan’t doen is. ‘Een postbode aan het tekenen , zegt Jefke.
Kwaad loopt de postbode door en doet zijn verhaal aan de ‘ Broeders van Liefde’, die een straat verder in hun combi zitten te mediteren.
‘Wacht’, zegt één van de politieagenten, ‘eens zien of hij dat bij ons ook durft !
‘Zij wandelen naar Jefke en vragen : ‘Awel brave jongen, gij zijt toch geen politieagent aan het tekenen hoop ik?
‘Jefke: ‘Nee nee, maak U maar geen zorgen, daar heb ik niet genoeg stront voor….’ .

Similar Posts

  • Pinquins

    Er komt een man aangereden bij de benzinepomp en zegt tegen de pompbediende: “Doet u maar Euro benzine.” De bediende begint te tanken, kijkt in de auto, en ziet drie pinguins achterin zitten. “Hoe komt u aan die pinguins?”, vraagt de pompbediende. “O,” zegt de man, “Ik zag ze staan op de kruising. En omdat ik van de Dierenbescherming ben, heb ik ze maar meegenomen. Maar eerlijk gezegd weet ik niet wat ik met ze moet doen.” Zegt de pompbediende: “Neem ze mee naar Artis.” “Da’s een goed idee,” zegt de man. Een week later komt de man weer tanken. De pompbediende kijkt in de auto en ziet achterin drie pinguins zitten: zonnekleppen op, strandballen bij zich… Zegt de pompbediende: “Ik dacht dat u ze naar Artis zou brengen…?” Zegt de man: “Dat heb ik ook gedaan! Dat was een prima tip, leuke dag gehad. Maar vandaag gaan we naar Zandvoort!”

  • Een Held

    Een Belg komt bij Petrus aan de hemelpoort. Petrus vraagt hem of hij tijdens zijn leven op aarde ooit een goede daad gedaan heeft, waardoor hij zonder twijfel in de hemel thuishoort.
    “Ik kan mij wel zoiets herinneren”, zegt de Belg. “Ik passeerde een parkeerplaats langs de autosnelweg waar een groep Hell’s Angels bezig waren een paar vrouwen lastig te vallen. Ik riep dus dat ze daarmee moesten ophouden, maar dat hielp niet echt. Toen ben ik op de grootste Hell’s Angel toegestapt, heb hem van zijn motor gesleurd, hem op de grond gesmeten, een slag op zijn neus verkocht en zijn neuspiercing uitgetrokken. Ik heb zijn helm afgetrokken, vol geplast, terug op zijn kop gezet en gezegd dat hij een grote zeiker was. Toen heb ik zijn motor omvergeduwd en ben erop beginnen springen tot die helemaal ingedeukt was en naar de andere Hell’s Angels geroepen: ‘En nu oprotten jullie!'”
    Petrus was onder de indruk en vroeg: “Wanneer was dat precies?”
    Antwoordt de Belg: “Een paar minuten geleden, denk ik.”

  • Lepel

    Een dorpspastoor kreeg bezoek van een jongere collega. Tijdens het eten merkt de jonge pastoor op dat de oude pastoor veel zat te kijken naar zijn huishoudster. De jonge pastoor zei dit en de oude pastoor verzekerde dat er niks tussen hem en zijn huishouder was. Een week later vertelde de huishoudster dat er een lepel ontbrak. De oude pastoor belt naar de jonge collega en zegt: “Ik zeg niet dat je die lepel hebt, maar heb je hem, ja of nee?” Het antwoord van de jonge pastoor was: “Als je in je eigen bed sliep, meneer pastoor,  had je hem allang gevonden!”

  • Niet vaak gezien

    Een muntstukje van 20 cent sterft en gaat naar de hemel. Daar aangekomen verbaast ze zich over de feestelijke ontvangst die haar te beurt valt. Alle engelen en Sint-Pieter begroeten haar met een hartelijke handdruk en drie dikke kussen en ze krijgt de beste plaats op de mooiste VIP-wolk. Ze krijgt daarbovenop ook nog eens twee persoonlijke butlers die haar bedienen als een koningin, en haar op haar wenken bedienen. Weinig later sterft een biljet van 500 euro en komt ook aan in de hemel. Maar het onthaal is duidelijk veel minder warm. Een van de engelen kijkt even op van zijn schrijfwerk en wijst dan het biljet van 500 koeltjes een plaats op een klein oncomfortabel grijs wolkje. Iedereen laat hem links liggen en niemand spreekt tegen hem. En dat terwijl iedereen zich de benen van onder het lijf loopt voor het muntje van 20 cent. Na een tijdje stelt het 500 euro-biljet toch de vraag aan Sint-Pieter: “Sint-Pieter, hoe komt het dat het stuk van 20 cent een vorstelijke behandeling krijgt en ik, het biljet van 500 euro, zo stiefmoederlijk behandeld word?” Sint-Pieter antwoordt droogjes :”Tja… we hebben U ook niet vaak gezien tijdens de mis.”

  • Muizenplaag

    Een pastoor had erg veel last van muizen in de kerk.

    Die beesten renden zelfs tijdens de mis door de kerk.

    De pastoor strooide gif, zette klemmen, liet een paar katten los in de kerk, maar het hielp niets.

    Altijd liepen er wel weer muizen.

    Op een zondag, voordat hij met de preek zou beginnen, vroeg hij hulp van de beminde gelovigen, wie van hen een oplossing had tegen de muizenplaag.

    Een wat oudere vrouw staat op en zegt: “Pastoor u moet die muizen dopen”.

    “Dopen? mijn dochter.

    Hoe zo helpt dat dan?” vroeg de pastoor.

    “Jawel, meneer pastoor. Ik heb 11 kinderen, allemaal gedoopt en er komt er geen een meer in de kerk”.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *