Je blijft lachen

Ik zat achter in bus 21 toen er een jonge vrouw instapte, die in verwachting was. Zij ging zitten, wat bij mij een glimlach opwekte. De jonge vrouw voelde dat ik om haar lachte. Ze ging ergens anders zitten, waarop ze me weer hoorde lachen. Zij verwisselde een tweede, derde en zelfs een vierde maal en steeds begon ik harder te lachen. De jonge vrouw was zwaar beledigd, belde de Politie en liet een proces-verbaal opmaken… Toen de zaak voor de rechter kwam, vroeg hij mij om mijn eigenaardig gedrag te verklaren. Ik zei: ‘Edelachtbare, toen de jonge vrouw in de bus stapte, zag ik in wat voor positie zij verkeerde. Ze ging zitten onder de reclame: ‘Verwijder iedere verdikking.’ Ik moest lachen en de vrouw verwisselde van plaats maar ging nu zitten onder de bioscoopreclame: ‘Binnenkort verwacht.’ Ik moest weer lachen en de vrouw verwisselde terug van plaats. Nu onder een reclame van UNOX die als tekst had: ‘Ik weet een worstje te waarderen.’ Toen kon ik niet meer, maar het werd nog erger : want zij wisselde voor de laatste maal van plaats en kwam toen onder de reclame van DUNLOP autobanden te zitten. Hierop stond: ‘DUNLOP’s rubberartikelen hadden dit ongeluk kunnen  voorkomen…

IK WERD VRIJGESPROKEN…

Similar Posts

  • Overeenkomst

    Vraagt de een aan de ander: “Wat is de overeenkomst tussen een handgranaat en je vrouw”? Zegt de ander geen idee “wat is dat”? Zegt de eerste weer: “Als je van beide de ring aftrekt, dan kost het je je huis.”

  • Een aap in een café

    In een geheel leeg café stapt een aap naar binnen en gaat aan de bar zitten en besteld een biertje. De barkeeper denkt, “ik kan wel wat verdienen aan die aap”, het café liep toch al slecht. Hij brengt het biertje en zegt: “Da’s dan 25 gulden.” De aap trekt ergens uit z’n vacht een briefje van 25. Vervolgens besteld de aap nog een pilsje en de barkeeper zegt: “Da’s weer 25 gulden.” Zo gaat dat een tijdje door tot de aap 5 biertjes heeft gedronken. De barkeeper wil nu toch wel eens een praatje met de aap maken. Hij stapt op hem toe en zegt: “Dat gebeurt niet vaak, dat een aap in dit café komt”. “Nee” zegt de aap, “vind je het gek als je 25 gulden voor een biertje moet betalen.”

  • Politicus

    Een man in een luchtballon is verdwaald . Hij zakt wat en ziet een vrouw op de begane grond lopen . Hij roept haar toe : ‘ ik heb vrienden van mij beloofd over een uur bij hen te zijn , maar ik heb geen idee waar ik nu ben ‘ . De vrouw roept terug : “U bevindt zich in een ballon op ongeveer tien meter boven de begane grond . U zit tussen de 51 en de 52 graden noorderbreedte en tussen de 5 en 6 graden westerlengte” . “U bent informaticus “, zegt de man . “Inderdaad , hoe weet u dat ?” vraagt de vrouw . Wel ‘ , zegt de man , “u heeft mij een technisch perfecte uitleg gegeven , maar ik weet niet wat ik met die informatie moet doen en heb nog steeds geen idee waar ik me bevind . In alle eerlijkheid , u hebt me niet veel geholpen en u hebt mij bovendien nog eens kostbare tijd doen verliezen . “En u bent politieker neem ik aan ?” antwoordt de vrouw . Klopt , hoe weet u dat ?” “Wel , u weet niet waar u zich bevindt , noch waar u naartoe moet . Een grote massa lucht heeft u gebracht waar u nu bent. U heeft een belofte gedaan waarvan u geen idee had hoe u die moet nakomen en u verwacht dat mensen die onder u staan , uw problemen oplossen. Het feit is dat u in precies dezelfde situatie zit als vijf minuten geleden, alleen is het nu ineens mijn fout”.

  • Seizoenen

    Een kleuterjuf vraagt aan haar klas: “Wie van jullie kan de seizoenen van het jaar opnoemen?” Jantje steekt zijn vinger op. “Zeg het maar Jantje!” “Herfst, winter…”, begint Jantje, maar verder blijft het stil. “Waar blijven de lente en de zomer, Jantje?”, vraagt juf. “Ja, dat vraag ik mij dus ook al af!

  • Oudste Beroep

    Een timmerman, metselaar en een elektricien zitten tegen elkaar op te snijden over wie het oudste beroep heeft. De timmerman: “Weet je nog: Jezus. Die lag in een stalletje, en dat stalletje is gebouwd door, jawel, een timmerman.” Zegt de metselaar: “Nou en, de piramiden stonden er toen al eeuwen en die zijn toch gemetseld.” Zegt die elektricien: “Jullie moeten niet zo ruziën want wij hebben toch het oudste beroep.” “Op de eerste dag zei god: ‘er was licht!’ en toen hadden wij de leidingen al liggen.”

  • Waterput

    Twee mannen lopen over een heide en zien een waterput. Ze lopen er naartoe en vragen zich af hoe diep die put eigenlijk is. Ze pakken een steentje, gooien het in de put, maar horen het niet de bodem raken. “Vreemd”, zegt de een. “Zou ‘ie zó diep zijn?” Ze gaan een grotere steen zoeken en gooien die ook in de put. Ze buigen voorover om te horen wanneer de steen de bodem raakt. Wéér geen geluid. Nu zien ze een hele grote zware steen, een grote rots, liggen en pakken die met z’n tweeën op. Ze strompelen naar de put en weten de rots over de rand te kieperen. Ze luisteren vol spanning en horen ineens hoefgetrappel achter zich. Ze draaien zich om en zien een geit keihard aan komen rennen en die duikt zo de put in. Stomverbaasd kijken ze elkaar aan. Na een kwartier komt er een herder aanlopen. “Hebben jullie mijn geit gezien?” “Nou”, zegt de een, “er dook hier net wel een geit met een rotgang deze put in.” “Nou”, zegt de herder, “dat kan niet want die zat aan een rots vast.”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *