Probleem

Een mooie blonde dame loopt richting de balie van het hotel en wenkt
de man die erachter staat,
Deze komt onmiddelijk naar haar toe.
Dan wenkt de dame met haar wijsvinger naar de man om iets dichter te
komen, en hierop buigt de man zich voorover naar de vrouw.
Terwijl de vrouw zachtjes haar vingers door de baard van de man laat
gaan, fluistert ze in zijn oor
‘ Bent u de manager hier? ‘
en vervolgens glijden haar vingers langzaam over zijn gezicht.
‘ Ehh .. eigenlijk niet, stamelt hij,
De vrouw tilt haar hand nu iets omhoog en strijkt hem door zijn haren.
Kunt u de manager dan voor mij roepen, vraagt ze met een zwoele stem.
Terwijl de man licht naar adem snakt zegt hij, ‘ ehh . sorry mevrouw
dat zal niet gaan , hij is er momenteel niet, nu steekt de vrouw twee
vingers in de mond van de man en instinctief begint hij erop te
zuigen.
Wilt u dan zo vriendelijk zijn om hem een boodschap door te geven?
vraagt ze.
De man likt inmiddels opgewonden de andere vingers van de vrouw en kan
niets anders doen dan ja knikken.
Dan buigt de vrouw zich naar voren en fluistert zachtjes in het oor
van de man……….

Similar Posts

  • 50+

    50+

    Om hem recht te krijgen,

    moet je hem nat maken.

    Om hem nat te maken, moet je erop zuigen.

    Om hem te laten staan, …

    moet je eraan likken.

    Om hem erin te krijgen,

    moet je duwen en mikken.

    pfffff ….


    ‘t Is niet simpel om die draad door die naald te krijgen.

    als je 50 plusser bent!!

  • Houthakker

    Er komt een Belg bij de Canadese grens. Hij zegt tegen de douanebeambte: “Ik wil graag emigreren.” De douanebeambte zegt: “Daar moet je wel werk voor hebben.” “Dat heb ik,” zegt de Belg, “ik ben houthakker.” “Zo,” zegt de douanier, “en waar ben jij dan houthakker geweest?” “In de Sahara,” zegt de Belg. “In de Sahara?” zegt de douanier, “maar daar staan toch helemaal geen bomen?” “Nee,” zegt de Belg, “nu niet meer!”

  • Muizenplaag

    Een pastoor had erg veel last van muizen in de kerk.

    Die beesten renden zelfs tijdens de mis door de kerk.

    De pastoor strooide gif, zette klemmen, liet een paar katten los in de kerk, maar het hielp niets.

    Altijd liepen er wel weer muizen.

    Op een zondag, voordat hij met de preek zou beginnen, vroeg hij hulp van de beminde gelovigen, wie van hen een oplossing had tegen de muizenplaag.

    Een wat oudere vrouw staat op en zegt: “Pastoor u moet die muizen dopen”.

    “Dopen? mijn dochter.

    Hoe zo helpt dat dan?” vroeg de pastoor.

    “Jawel, meneer pastoor. Ik heb 11 kinderen, allemaal gedoopt en er komt er geen een meer in de kerk”.

  • Een Haas

    Een Nederlander en een Duitser zijn aan het jagen in een groot bos. Ze zien allebei een haas en schieten direct. Als ze bij de haas zijn zegt die Duitser: “Das ist mein haas, habe ich geschossen.” “Nou nee, ik dacht het van niet” zegt de Nederlander, “Jij hebt ‘m in zijn poot geraakt, en dat schot door zijn kop is van mij”. “Nein!” zegt die Duitser.“Echt wel!” zegt de Nederlander weer.

    Ze komen er niet uit op deze manier. Dan zegt de Nederlander: “Ik stel voor dat we dit als mannen onder elkaar oplossen.” “Ok,” zegt de Duitser, “einverstanden. Wie dan?”

     “Nou, kijk dan doen we zo, we gaan allebei een keer met de benen gespreid staan, en geven om de beurt de ander een enorme schop tussen de benen, wie het hardst schopt heeft gewonnen en die krijgt de haas. “Ok” “Ok, machen wir,”

    “Ik begin”, zegt de Hollander. Dus de Duitser gaat wijdbeens staan en krijgt me toch een schop … Huilend en rollend gaat ‘ie door het gras, na een kwartier staat ‘ie weer op, nog een beetje krom maar het ging wel weer.

    “So.” zegt ie “und jetzt ist mein beurt.” “Nou”, zegt de Hollander, “neem jij die haas maar…”

  • Raadsel

    In de klas is het tijd voor het kringgesprek. De juf zegt: Vandaag gaan we raadsels aan elkaar vertellen.  Jantje begin jij maar. O.K zegt Jantje. Het gaat er droog in, het gaat er nat uit, dan hangt er een druppeltje aan. Rara wat is dat?  Ga jij maar even in de gang staan, zegt juf boos. Op de gang komt Jantje de directeur tegen. De directeur vraagt Jantje, waarom sta jij hier op de gang? Nou, zegt Jantje we gingen raadsels vertellen en ik ben er uitgestuurd. Wat was je raadsel dan? Vraagt de directeur. Het gaat er droog in, het gaat er nat uit, dan hangt er een druppeltje aan. Ga jij maar naar huis Jantje zegt de directeur. Bij thuiskomst vraagt moeder aan Jantje waarom ben jij zo vroeg? Wij gingen raadsels vertellen en ik ben er uit gestuurd. Wat was je raadsel dan? Vraagt moeder. Het gaat er droog in, het gaat er nat uit, dan hangt er een druppeltje aan.  Ga jij maar naar je kamer commandeert moeder.

    Als Jantje op zijn bed zit mompelt hij beteuterd in zichzelf:  Al die ellende om een theezakje

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *