Wat doet u?

Jantje staat in de Albert Heijn melkdozen open te doen en een winkeljuffrouw spreekt hem hierover aan:

Winkeljuffrouw : “Meneer wat zijn we aan het doen?”

Jantje : “Ik ben de melkpakken aan het opendoen en u staat erbij te kijken”.

Winkeljuffrouw : “Maar meneer, zoiets doe je toch niet”.

Jantje : “Daar staat het toch, hier opendoen”

Similar Posts

  • Tellen

    Een notaris zoekt een nieuwe medewerker om zijn akten af te stempelen.
    En omdat op sommige formulieren wel 10 stempels nodig zijn, moet de nieuwe medewerker natuurlijk tot 10 kunnen tellen.

    De eerste sollicitant meldt zich, gaat zitten en de notaris vraagt of hij tot 10 kan tellen.
    “Ja, natuurlijk”, antwoordt de man, “10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1, 0”
    “Ja goed”, zegt de notaris, “maar kun je dat ook vooruit?”
    “Nee”, is het antwoord, “ik heb hiervoor bij de NASA gewerkt en daar telden we altijd zo.”
    “Niet geschikt. Ik wens u nog een prettige dag verder en stuurt u a.u.b. even de volgende naar binnen.”

    De volgende sollicitant, als hij gevraagd wordt of hij tot 10 kan tellen zegt hij:
    “Jazeker, 1, 3, 5, 7, 9, 10, 8, 6, 4, 2.”
    “Ja, maar kunt u niet van 1 tot 10 tellen in de normale volgorde?”
    “Nee”, zegt de man, “ik ben postbode geweest en zo heb ik altijd geteld als ik de huisnummers naliep.”
    “Bedankt en tot ziens, de volgende a.u.b.!”

    De notaris weer:
    “Kunt u tot 10 tellen?”
    De derde kandidaat:
    “Zeker, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10.”
    “Dat is geweldig, waar hebt u hiervoor gewerkt?”
    “Nou, bij de gemeente.”
    “Bij de gemeente? Daar sta ik van te kijken. Zeg eens, niet dat het nodig is, maar kunt u ook verder tellen dan 10?” vroeg de notaris.
    “Maar natuurlijk. Boer, vrouw, koning, aas.”

  • Een Brit

    Een Brit wonende tussen Brugge en Antwerpen is zwaar onder invloed van alcohol … Een politieman houdt de auto aan, stelt zich voor en vraagt: “*Heeft u gedronken?*”… Met een dikke tong antwoordt de man: “*Yes** … deze morgen … is mijn dochter getrouwd … en ik hou niet van kerken  … dus ben ik naar het café geweest  … en heb enkele biertjes gedronken …”Daarna, … gedurende het banket … heb ik 3 flessen gekraakt … een Corbières … een Minervois … en … een Faugères. *Om te eindigen** … gedurende het feest … heb ik 2 flessen … Johnny Walker … black label … keizer gemaakt …*”

    Uiteindelijk antwoordt de politieagent, geïrriteerd: “*Weet u dat ik politieagent ben en u **tegengehouden heb voor een alcoholtest???*”… Vol humor antwoordt de Brit:

    “*En U** … weet u dat … dit voertuig … Engels is … het stuur rechts staat …en mijn vrouw rijdt!!??

  • Relaties

    Op een dag ging Jeff solliciteren. Om de baan te kunnen krijgen moest hij bewijzen veel relaties te hebben. “Geen probleem” Zei hij. “Ik ken de koning van Belgie.” De Baas zei: “Bewijs het.” Zogezegd zo gedaan. Die twee naar de koning. Jeff belt aan en zegt:” Eej koning, tis hier met Jeff hé”. ” Ah Jeff, hoe gaat het? Kom binnen dan drinken we een kopje koffie.” Die gasten gaan binnen en na de koffie gaan ze weer weg. “De koning alleen is niet genoeg” Zegt die vent.” O, maar ik ken ook nog president Bush van Amerika.” “Bewijs het”. Die 2 mannen dus weer naar Amerika, waar Jeff aanbelt aan het witte huis. “Hallo Bush, het is hier met Jeff”. “Ah Jeff. Hoe gaat het ermee? Kom binnen en drink een pintje”. Die twee mannen naar binnen en na het pintje komen ze terug buiten. “Wie ken je nog allemaal?” Vraagt die vent.” Ik ken ook nog de Paus”. Die twee dus naar de Paus. Zegt Jeff: “Hier moet je wel buiten blijven staan. Het is een heiligdom. Ik kom zo meteen met de Paus op het balkon”. Zo gezegd zo gedaan. Jeff komt met de Paus op het balkon en gaat dan terug naar beneden. Daar vind hij de baas op de grond. Hij is flauwgevallen. Na een minuut of 5 komt hij weer bij. “Waarom viel je flauw? Omdat ik de Paus ken?”. “Nee, toen je op het balkon verscheen kwam er een Chinees naar mij en vroeg: “Wie is de kerel met zijn wit petje naast Jeff??”

  • Een Belg op de fiets

    Er komt een man op een fiets aangereden, vanuit België, Nederland binnen. Op de bagagedrager een zak met zand. Nederlandse douanebeambte: “Heeft u iets aan te geven?” Zegt de Belg: “Nee.” Douane: “Een Belg die niets smokkelt, asjemenou, wat heeft u dan in die zak?” Zegt de Belg: “Zand.” Tijdens de controle blijkt dat het inderdaad om zand gaat. Een week lang komt de man elke dag met zijn fiets bij de grens met een zak op de bagagedrager. Op de 8e dag wordt de douanebeambte toch wantrouwend. Douane: “Wat vervoert u in die zak?” Zegt de Belg: “Zand.” Douane: “Mmmmm, even kijken.” Deze keer wordt het zand gezeefd. Uitslag: alleen maar zand. Elke dag passeert de man met zijn fiets en een zak de grens. Na twee weken wordt het de douanier toch te bont en hij stuurt het zand naar een laboratorium voor nader onderzoek. Resultaat: het is alleen maar zand! Na twee verdere maanden van zandtransport houdt de douaneman het niet meer uit en hij zweert: “Ik geef u zwart op wit dat ik u niet zal aangeven, maar ik voel aan mijn klompen dat u iets smokkelt. Wat is het?” De man antwoordt: “Zoals u ziet, ik vervoer slechts een kleine hoeveelheid zand.”. De Nederlander is gefrustreerd en woedend en laat zich overplaatsen naar een andere grensovergang, specialiseert zich in zandsoorten en smokkeltrucs en het leven gaat verder. Na vijftien jaar wordt hij gepensioneerd en de dag nadien gaat hij de fietsende Belg bezoeken. “Nou zeg, luister eens. Jij hebt m’n leven grondig vergald, ik ben nu met pensioen, jij hebt gewonnen. Wil je me nou is precies vertellen wat jij eigenlijk smokkelde?!” 

    De Belg: “Fietsen!”

  • Das om!

    Een toerist doolt rond in de woestijn. Hij vergaat van de dorst en kan amper nog lopen. Plots verschijnt er een man op een kameel. Er hangen zo’n 30 dassen over zijn rechterarm.
    – Water roept de toerist.
    – Ik heb geen water, antwoordt de man op de kameel, maar ik kan u wel een prachtige das verkopen voor 15 euro.
    – Ik wil geen das, ik wil water, zegt de man.
    – Voor 25 euro krijgt u twee dassen.
    – Ik wil geen dassen! Zeg me gewoon waar ik water kan krijgen.
    – Oké. Ga de richting uit van waaruit ik kom. Even verder zult u een kleine palmboom en een gebouw zien staan. Daar kunt u water vinden. De man op de kameel galoppeert verder en de toerist volgt de aangewezen weg. Plots staat hij voor een restaurant.
    – Water, zegt hij tegen de man aan de ingang.
    – Ja, veel water hier, antwoordt hij.
    – Goddank, geef me snel een hele fles!
    – Het spijt me, meneer, wij bedienen alleen mensen die een das dragen.
  • NATUURKUNDELES

    De meester geeft natuurkundeles. “Bij hitte zet iets uit, maar bij kou krimpt iets. Wie kan daar een goed voorbeeld van geven?” Mark: “De zomervakantie duurt acht weken, maar de kerstvakantie duurt maar veertien dagen, meester!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *