Wat doet u?

Jantje staat in de Albert Heijn melkdozen open te doen en een winkeljuffrouw spreekt hem hierover aan:

Winkeljuffrouw : “Meneer wat zijn we aan het doen?”

Jantje : “Ik ben de melkpakken aan het opendoen en u staat erbij te kijken”.

Winkeljuffrouw : “Maar meneer, zoiets doe je toch niet”.

Jantje : “Daar staat het toch, hier opendoen”

Similar Posts

  • Kerstmis

    Twee dagen voor kerst belt een vader zijn Nederlandse dochter in Australië op. Hij zegt: “Ik zal maar gelijk met het slechte nieuws beginnen. Je moeder en ik hebben besloten om op eerste Kerstdag te gaan scheiden. Na 40 jaar huwelijk vinden we het mooi genoeg geweest en we hebben ervoor gekozen om nu voor ons zelf te kiezen.”
    De dochter enigszins, van haar a propos is even stil en reageert vervolgens: “Wat? Zomaar op eens? Dat kan niet! Ik kom naar jullie toe om er over te praten en jullie zullen zien dat er een oplossing is. Scheiden gaat niet gebeuren. Ik weet zeker dat mijn broer in Canada er net zo over denkt.”
    “Heb je hem al ingelicht hierover?” vraagt ze aan haar vader.
    De vader antwoord: “Nee, ik heb jou eerst gebeld. In Canada is het nu nacht, hij ligt vast te slapen.”
    De dochter: “Ik zal hem wel bellen zodra hij wakker is, we stappen allebei op het eerstvolgende vliegtuig en we praten dit stomme besluit van jullie nog eens goed door.”
    De vader stemt toe en hangt de telefoon op.
    Vervolgens zegt hij tegen zijn vrouw: “Het is gelukt! De kinderen komen hiernaartoe met Kerst en ze betalen hun tickets zelf!”

  • Vliegenjacht

    Een vrouw komt thuis en ziet haar man op vliegenjacht met een vliegenmepper. Zij vraagt wat hij doet en hij zegt:Ik ben op vliegenjacht en ik heb er al 5 gedood, 3 vrouwtjes en 2 mannetjes. Hoe weet jij dat? vraagt de vrouw. Nou, zegt de man:2 zaten op mijn bierflesje en de andere 3 zaten op de telefoon.

  • Twee pastoors

    Twee pastoors lopen op straat te wandelen en de een vraagt de ander: ‘Denk je nou werkelijk dat we het nog zullen beleven, dat het Vaticaan ons toestemming geeft om te trouwen?’ Waarop de andere pastoor ontkennend z’n hoofd schudt en zuchtend antwoordt:

    ‘Wij niet… onze kinderen misschien wel.’

  • Een Non

    Een non neemt een taxi naar Brussel en merkt dat de knappe chauffeur haar voortdurend in ‘t oog heeft.
    Ze vraagt hem waarom hij haar constant zo intens bekijkt.
    Hij antwoordt: “Ik wil u iets bekennen, maar ik wil u niet in verlegenheid brengen”.
    Ze stelt hem gerust: “Mijn zoon, ge kunt me niet kwetsen, als je non was en zo oud als ik heb je zo goed als alles al gezien en gehoord.

    Ik weet zeker dat je me niets kan zeggen of vragen dat voor mij beledigend of kwetsend kan zijn”.
    Hij: “Wel, ik droom altijd opnieuw dat een kloosterlinge me heel passioneel kust”.
    De non: “Wel, dan kijken we wat daaraan kan gedaan worden. Eerst en vooral moet je vrijgezel zijn en daarnaast ook katholiek”.
    De taxichauffeur, al helemaal opgegeild, antwoordt: “Jaja, ik ben vrijgezel én katholiek!”
    “Oké”, zegt de non, “sla maar de eerstvolgende landweg in”.
    Daar voldoet ze aan zijn fantasie met een overtuiging die de meest geroutineerde straatmadelief zou doen blozen.
    Als ze de weg voortzetten begint de chauffeur te huilen.
    “Mijn kind”, zegt de non, “waarom huil je nu toch?”.
    “Vergeef me dat ik gezondigd heb. Ik moet bekennen dat ik gelogen heb: ik ben getrouwd en ben een jood”.
    De non antwoordt: “Trek het je niet aan. Ik heet Dirk, ben homo en ik ben op weg naar ‘t carnaval in Aalst “.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *