Leve de belastingen

Nadat hun vliegtuig is neergestort op een vlucht naar het zuiden, kan een koppel zich redden op een onbewoond eiland. Niets wijst erop dat ze nog zullen gevonden worden. De man vraagt zijn vrouw (blijkbaar is zij degene die de financiën beheert): ‘Lieverd, heb je onze inkomstenbelastingen betaald voordat je vertrok?’ En zij antwoordt: “Nee”. Hij vraagt haar ook: “Heb je onze onroerende voorheffing betaald voor vertrek?” En zij antwoordt: “Nee”. Hij vraagt haar ook nog: “En heb je onze verkeersbelasting betaald voordat je wegging?” En zij antwoordt andermaal: “Nee”. Dan springt de man recht, omhelst haar en kust haar uitzinnig. Ze vraagt hem waarom hij zo blij is.

Hij antwoordt: “Dan ze zullen ons zeker vinden!”

Similar Posts

  • ONWEER

    Het is een hete zomerdag geweest en net als mama haar kind in bed wil stoppen breekt een hevig onweer uit. De kleine jongen is doodsbang en met een trillende stem vraagt hij: ‘Mama, wil je bij mij slapen vannacht?’ Moeder geeft haar zoontje een flinke knuffel en zegt: ‘Dat kan niet, ik moet bij papa slapen.’ Het jongetje is even stil en zegt dan: ‘Wat een grote bangerik is hij toch, hè?’

  • Jesus en Mozes

    Er komt een toerist bij het meer van Galilea. De toerist wil een boot tochtje maken naar de overkant en vraagt wat dat kost. De man van de boot zegt 500 euro, de toerist schrikt zich rot en vraagt waarom het zo duur is. De man vertelt dat op DIT meer, Jezus helemaal naar de overkant is gelopen. Waarop de toerist zegt: “Tja vind je het gek met deze prijzen.

  • Opdracht

    De onderwijzer gaf als onderwerp voor een opstel: “Als ik algemeen directeur van een groot bedrijf was …….”. Alle kinderen bogen zich over hun schrift en begonnen te schrijven, allemaal op één na. “Pieter, wanneer begin jij?” vroeg de onderwijzer.

    “Mijn secretaresse is er nog niet”, antwoordde Pieter.

  • Johan Cruiff

    In de tijd dat Helmond Sport nog in de eredivisie speelde moest Ajax op een zondagmiddag in Helmond. Ook die zondag gingen alle spelers in de Ajax-bus richting Helmond, behalve Cruijff. Want die ging altijd met zijn eigen auto. Eenmaal in Helmond aangekomen zocht hij naar het voetbalstadion maar kon het niet vinden. Hij stopte midden in Helmond en vroeg aan een voorbijkomende passant, “hoe kom ik bij Helmond Sport?”. De Helmonder, die Cruijff blijkbaar niet herkende zei: “Oh maatje, alleen maar trainen, trainen en nog eens trainen!!!!”.

  • Hoe laat?

    Een zakenman die op weg is huis wordt onderweg door slaap overvallen en om geen brokken te maken besluit hij zijn bolide langs de kant van de weg te zetten om even een tukje te doen. Hij vindt een rustig landweggetje en valt al na vijf minuten in een diepe slaap. Plotsklaps wordt hij opgeschrikt door getik tegen de autoruit. Hij draait het raampje open en een oud vrouwtje vraagt aan hem hoe laat het is. “Vijf voor twee,” bromt de zakenman. De vrouw bedankt hem en loopt verder. De zakenman draait zich om en gaat verder waar hij gebleven was. Lang kan hij er niet van genieten want tien minuten later wordt hij weer gewekt door getik tegen het raam. Geërgerd draait hij het autoraam open en ditmaal is het een jogger die de tijd wil weten. “Vijf over twee,” buldert de zakenman. De jogger bedankt hem en jogt verder. De zakenman beseft dat hij op zo’n manier nooit aan zijn slaap komt en pakt een stuk papier en schrijft daar met koeienletters op: IK WEET NIET HOE LAAT HET IS! en plakt dit achter zijn ruit. Tevreden over zijn eigen vindingrijkheid valt hij voor de derde maal in diepe slaap. Nauwelijks aangekomen in dromenland word zijn rust weer verstoord door getik tegen de ruit. Met een welgemeende “Godgloeiende…,” draait de zakenman zijn autoraam open en kijkt in het gezicht van een jonge scholier. Deze werpt een blik op zijn horloge en zegt: “Het is tien voor half drie meneer.”

  • De Sleutel

    Een alleenwonende man verloor zijn huissleutel. Hij belde zijn ouders die in een klein dorpje in het hoge noorden woonden; zij zouden de reservesleutel opsturen.
    De man trok zo lang bij een vriend in. De volgende dag liep hij de postbode tegemoet, maar deze had niets bij zich.
    De man mopperde: Ach ja, de post in dat boerengat werkt natuurlijk niet zo vlug, en ging weer voor een nacht naar zijn vriend. De volgende morgen reed hij weer naar zijn huis om de post op te vangen, maar was net iets te laat.
    De postbode kwam net de tuin uit en zei: Ik heb de brief in de bus gegooid hoor!’

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *