Ted Herold

Ted Herold (geboren als Harald Walter Bernhard Schubring) (Berlin-Schöneberg, 9 september 1942 – Dortmund, 20 november 2021) was een Duitse schlagerzanger.

Carrière

Harald Walter Bernhard Schubring was de zoon van een stukadoor, die in 1951 met zijn familie naar Bad Homburg vor der Höhe verhuisde. Hij had zich al sinds zijn jeugd voor muziek geïnteresseerd, vooral voor rock ‘n’ roll. Bill Haley, Buddy Holly en Elvis Presley waren zijn favorieten. Een medeleerlinge op school bracht hem in 1958 in contact met het platenlabel Polydor, die proefopnamen maakten, met als resultaat zijn eerste single met twee Duitstalige coverversies van Elvis Presley, begeleid door muziekproducent en orkestleider Bert Kaempfert. Zijn naam kreeg het pseudoniem Ted Herold. Hij kreeg een lucratief contract aangeboden met eigenbelang aan de verkoop en ging naar Wenen naar de succesvolle producent Gerhard Mendelson, die de carrière van Peter Kraus in goede banen had geleid. Herold werd als de Duitse Elvis gezien en zong tot 1960 uitsluitend covers van Elvis Presley-titels. Het nummer Ich bin ein Mann trok veel aandacht, maar werd niet door Duitse radiozenders gespeeld.

Zijn carrière ging in 1959 met talrijke single-publicaties en toerneeën bergop, onder andere met Tommy Kent, Bully Buhlan, Ralf Paulsen en Max Greger. In 1960 werd zijn repertoire met rustige nummers uitgebreid. De ballade Moonlight, geschreven door Werner Scharfenberger en Fini Busch werd een monsterhit met meer dan 500.000 verkochte exemplaren en een 1e plaats in de Duitse charts. De rebelse rock-‘n-roller kreeg tot het midden van de jaren 60 geen verbintenissen meer, dankzij de uitsluitend publieke tv-zenders. Desondanks had hij tussen 1959 en 1963 diverse optredens in muziekfilms. Als begeleidingsorkest speelde tot 1966 meestal het orkest van Johannes Fehring, in zeldzame gevallen ook de orkesten van Werner Scharfenberger, Erwin Halletz, Boris Jojic, Gerry Friedrich en Bill Justis.

In 1963 werd hij opgeroepen voor de militaire dienst in Wetzlar, waar hij werd opgeleid tot radiotelegrafist. Tijdens zijn dienstplicht bracht hij echter nog drie singles op de markt, die dankzij het beattijdperk niet echt aanspraken bij het publiek. Na zijn ontslag als onderofficier in 1964 probeerde hij nog enkele titels te brengen, maar dit werd geen succes. In 1966 nam hij zijn laatste single op bij Polydor. Tot 1969 nam hij nog twee uitgebrachte singles op, waarna het stil werd rond zijn persoon.

In 1977 kreeg hij verrassend een aanbieding van Udo Jürgens om mee te werken aan een nummer voor de lp Panische Nächte en hem tevens te begeleiden tijdens een Duitsland-tournee. Hij kreeg een platencontract bij Teldec en bracht nieuwe nummers op de markt, die hij samen met zijn oude klassiekers zong bij de talrijke optredens. Vanaf 1978 had hij een eigen begeleidingsgroep, bestaande uit de gitaristen Helmut Franke en Peter Hesslein.

Aan het einde van de jaren 90 waren zijn oude nummers compleet op cd overgezet. Hij was bij talrijke tv-uitzendingen en galavoorstellingen te gast. In 2007 speelde hij mee in aflevering 1116 van de tv-serie Lindenstraße. Daarnaast werkte hij live-concerten af en openbaarde meerdere cd’s. In 2002 verscheen ter gelegenheid van zijn 45-jarig podium-jubileum alsook van zijn 60e verjaardag het nummer Ob 16 oder 60 alsook een Best Of-cd met de titel Mein verrücktes verrocktes Leben.

Sinds 2005 verschenen nieuwe cd’s bij het label A1/A2 Records. Met het nieuwe nummer 1958 – Wir waren dabei veroverde hij weer een plek in de hitparaden. Er verschenen meerdere nummers onder dit label. In januari 2008 bracht hij weer een cd-album uit, genaamd Jukebox, Jeans, Rock ‘n’ Roll met talrijke nieuwe nummers. In december 2020 werd naar aanleiding van het kerstconcert in de Dortmunder Westfalenhalle de dubbel-lp Wahre Liebe wird nicht älter gepubliceerd. Ter gelegenheid van zijn 70e verjaardag verscheen op 15 november 2012 het album met de titel Rock ‘n’ Roll geht immer. Tegelijkertijd verscheen na Hauptsache, du machst dein Ding en Das Herz der Rock ‘n’ Roller het nummer Rock ‘n’ Roll Lady. Verdere nummers uit het tussen 2012 en 2014 verschenen album zijn: Marie MarroDie süße PolitesseMan ist so alt, wie mann sich fühltNicht jede hat ein Herz wie du en Es regnet harte Dollars. Sinds januari 2016 staat Herold onder contract bij het label Tinacolada Klangwelt. Op 1 februari 2016 verscheen de eerste publicatie bij dit label: een duet met Lars Vegas met de titel Das ist Rock ‘n’ Roll.

Privéleven en overlijden

In 1965 trouwde hij met de kasteleinsdochter Karin Höhler en verhuisde in 1966 naar Wetzlar-Nauborn, waar hij een opleiding tot radio en tv-technicus had gevolgd. Vanaf 1970 werkte hij als werkplaatsleider in zijn geleerde beroep. In maart 1977 legde hij zijn eindexamen af. Daarna woonde hij twee jaar in Echtz. In september 2002 trouwde hij met zijn langjarige levenspartner Manuela in Dortmund.

Op 20 november 2021 kwamen Herold en zijn vrouw om het leven tijdens een woningbrand. Hij werd 79 jaar

Similar Posts

  • De Helena’s

    Deze week een foto uit 1969 van onze eigen band en wel in de allereerste bezetting. De zangeres Truus Bekke-Braakhuis is helaas in december 2009 op veel te jonge leeftijd overleden. Zie het In Memoriam elders op deze site.

    Van voor naar achter ziet u Truus Braakhuis, Frans Schulten, Bennie Lenferink, Frans Heerink en Frans van der AA. Deze laatste heeft de band in 1971 verlaten.

  • De Musketiers

    Een tijdje geleden kwam ik in contact met Dinand Leferink en van hem heb ik onderstaande ontvangen en zal ook de komende 2 weken hiermee verder gaan.

    Zoals beloofd hierbij deel 1 als opmaat naar de gegevens van Remix party band. Wellicht vindt je het leuk om volgorde te zien van de verschillende bandleden die weer doorstroomden naar andere orkesten destijds. Daarom 3 mails. Ik hoor graag of je het leuk vindt om op deze manier eventueel te verwerken.

    Groetjes Dinand

    De Musketiers – Een icoon van de Nederlandse dansmuziek uit de jaren ’60

    In de bruisende jaren zestig kende Nederland een rijke danscultuur waarin het dansorkest De Musketiers uit Markelo een prominente rol speelde. Onder de bezielende leiding van de inmiddels overleden Jan Arfman groeide het orkest uit tot een geliefde naam binnen de nationale muziekwereld. Bekend om hun dansbare repertoire en energieke optredens, waren De Musketiers vaste gasten in feesttenten en zalen door het hele land. De bezetting bestond onder meer uit Jan Arfman, die toetsen en accordeon voor zijn rekening nam, en zanger/gitarist Tonny Mengerink. Beiden zouden ook na hun tijd bij De Musketiers hun muzikale pad voortzetten. Ook Henk Brandenbarg (zang/saxofoon) en Wim Simmelink (zang/drums) speelden bij de Musketiers . Jan Arfman bleef actief als leider van het latere Dansorkest TSM, terwijl Tonny Mengerink bekendheid verwierf als oprichter en bandleider van het veelgevraagde Saturnus Quintet uit Goor. Een van de bekendste nummers van De Musketiers is “Want jij stuurt mij viooltjes”, geschreven door A.J. Mengérink en uitgebracht als 45-toeren single op het Decca-label. Hun oeuvre omvatte ook een langspeelplaat met de titel “Lief en Leed”. Op deze LP prijkt het nummer “Ik droom van de liefde”, dat onder liefhebbers van piratenmuziek nog altijd geliefd is.

  • The Classics

    The Classics is een Nederlandse band, opgericht in 1967 in Stramproy (Limburg) en van oorsprong een showorkest. The Classics scoorden vooral in de jaren zeventig hits. De grootste successen waren “My lady of Spain” en “Yellow sun of Ecuador”.

    Begin jaren 60 ontstond de groep the Classics uit de groep the Strangers (Harrie en Hub Broens; Ber Kwaspen en Renée (Broer) Janssen. Toen the Strangers stopten gingen Harrie Broens, Ber Kwaspen, Jan Dirkx en Pierre Hoeken verder onder de naam the Classics. In 1964 moest Pierre Hoeken in militaire dienst en begin 1965 Jan Dirkx. Daarmee kwam tijdelijk een einde aan the Classics.

    In 1966 besloot Jan Dirkx om opnieuw te beginnen, samen met zijn neef Ber Kwaspen en Harrie Broens, aangevuld met broer Ton Dirkx en René Munnecom. Het eerste optreden vond plaats 27 mei 1967. De leden van de groep begonnen met eigen liedjes te schrijven. De band bestond op dat moment uit Jan en Ton Dirkx, Ber Kwaspen, Harrie Broens en Renee Munnecom. In 1971 werd Ton Dirkx opgevolgd door Joep Beurskens (ex-Teddybears). In 1974 werd Rene Munnecom opgevolgd door Peter Gerits.

    In mei 1977 besloot Jan Dirkx te stoppen als muzikant. Hij bleef alleen nog als manager van de groep actief. Hij werd vervangen door Huub Dijckmans. Deze vertrok na enkele jaren, waarop Jan Dirkx in de groep terugkeerde. In oktober 1980 verlieten Jan Dirkx en Joep Beurskens – wegens gezondheidsreden – de groep. Daarna zijn verschillende muzikanten ten tonele verschenen: Hans Metten, Dominique Picerno, Bart Drossaers en Gerard Opdebeeck. Het eerder behaalde succes van de groep werd niet meer bereikt. Ter gelegenheid van het 25-jarige bestaan van de groep werd in 1992 een eindconcert gegeven door de oude leden.

    In het begin trad de groep voornamelijk op in de regio en nam deel aan talentenjachten. Tijdens een van de optredens werd de band ontdekt door platenbaas Johnny Hoes. Hij bood de jongens een platencontract aan. De eerste single I only want to be with you werd een regionaal succes. De groep bestond op dat moment uit vijf personen met de in die tijd gebruikelijke bezetting: twee gitaren, basgitaar, toetsen en drums. Het repertoire van de groep bestond voornamelijk uit nummers van The Shadows, Cliff Richard, The Cats en andere hitparadeartiesten uit die periode.

    De groep ontwikkelde al snel een eigen sound. Deze sound kenmerkte zich met name door de fijne samenzang en werd door Joost den Draaier de ‘vlaaiensound’ genoemd. Aanleiding daartoe waren de Limburgse vlaaien die Jan Dirkx vaak bij zich had bij zijn wekelijks bezoek aan de Hilversumse studio’s. De vlaaiensound kan worden gezien als een tegenhanger van de palingsound uit Volendam.

    In 1969 gingen The Classics opnieuw de studio in, deze keer voor het opnemen van Try it again, een eigen compositie; dit nummer werd later omgedoopt tot My Lady of Spain. Later zou blijken dat dit de basis was voor hun internationale successen. Toch duurde het nog tot 1972 voordat de plaat werd uitgebracht. Binnen enkele maanden werden meer dan 500.000 exemplaren verkocht. Er volgden tv-optredens in binnen- en buitenland. In de jaren hieropvolgend verschenen hits als: Yellow sun of EcuadorPapa PepponeMy Russian ladyIn YucatanSunshine babyWings of an eagle en Gimme that horse.

    The Classics verzamelden in de loop der jaren een grote groep fans om zich heen. Er ontstond een fanclub, geleid door Peter Aquarius. De club bracht een eigen blad uit, Skripto genaamd, waarin o.a. de agenda van The Classics werd gepubliceerd, nieuws over de groep werd geschreven en fanmail werd behandeld. Op het hoogtepunt had de fanclub meer dan 1000 betalende leden.

    In 2001 richtten enkele leden de Classics Revival Band op. De bezetting was: Harrie Broens: gitaar/zang, zijn zoon Rolph Broens: gitaar/toetsen/zang, Ber Kwaspen: drums/zang, Jo Hoofwijk: bas/zang.

    Oud-zanger/gitarist Joep Beurskens overleed op 6 april 2005, drummer Ber Kwaspen op 21 januari 2007 en basgitarist René Munnecom op 16 december 2011.

    Sinds 2010 is er weer een nieuwe bezetting van The Classics Revival Band:

    • Harrie Broens: gitaar/zang
    • Rolph Broens: gitaar/toetsen/zang
    • Erik Jeurninck: bas/zang
    • Edward Venbrucx: drums

    Bron: Wikipedia

  • Jan Boezeroen

    Jan Boezeroen, pseudoniem van Johnny Goverde (Steenbergen, 2 oktober 1933), is een Nederlands artiest, die vooral in de jaren zeventig en tachtig enkele grote Nederlandstalige hits scoorde onder de hoede van Jack de Nijs, beter bekend als Jack Jersey. Zijn pseudoniem betekent eigenlijk ‘Jan de arbeider’.

    Hij brak door met het nummer De fles (1970), waarvan de tekst geschreven werd door Enrico Paoli, pseudoniem van de Amsterdamse zanger Henk Paauwe, op muziek van Jan de Koning. In de Nationale Hitparade heeft Boezeroen zeven hits gehad, waarvan Vondel was goed met de achtste plaats de grootste was. Andere Nederlandse Top 40 hits waren Ze zeggen (1971), Oei, oei (1972) en He he kijk daar eens(1973).

    In 1973 maakte hij deel uit van de groep Brabants Bont, met daarnaast Yvonne de Nijs, Jack de Nijs, Leo den Hop en Wil de Bras. Boezeroen had naast zijn zangcarrière ook muziekzaken in Steenbergen en Zevenbergen.

    In de jaren zestig bracht Jan Boezeroen ook enkele platen uit onder de naam Disco Johnny op het CNR-label. De productie ervan was in handen van Addy Kleijngeld, de ontdekker van o.a. Heintje en Gert Timmerman.

    Naast zijn activiteiten als solo-artiest maakte Jan Boezeroen in de jaren 70 en 80 ook nog deel uit van het duo “De Piraten”, samen met Cock van der Palm, die in 1976 werd vervangen door Frans Vullings.

    De muziek van Boezeroen is tegenwoordig vooral te horen bij de plaatselijke Piratenzender (geheime zenders).

  • The Little Stars

    Vorige week kregen we onderstaande foto van Gerard Schothuis uit Langeveen van de The Little Stars. Volgens Ria, de bassiste van de band op dat moment, is deze genomen kort nadat Betsie Engbers de band had verlaten. Op die foto was de nieuwe drummer, Gerard Pol, nog maar net 16 jaar. Volgens Ria was de rest toen 21, 23 en 24 jaar! Piepjong dus.

  • The Silver Wings

    Deze week the formatie “The Silver Wings” op herhaling op deze site. Eerder hebben we al aandacht besteed aan deze band en ook is ons “The Story Off….” toegestuurd door Gerard Wigger. Deze kunt u nog steeds vinden op deze site. De bezetting van deze band was : Ben Oude Mulders, saxofoon, zang; Gerard Wigger, begeleidingsgitaar, zang; Gerard Löbker, drums, zang; Harry Bruns, bas; Ben Senger, orgel en zang.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *