Lood gieter bij Petrus

Een loodgieter is overleden en komt bij St. Pieter en doet zijn beklag.

“Ik ben nog maar 50 jaar, nog zo jong!”.

St. Pieter kijkt in zijn boek en zegt vervolgens: “volgens de uren die je hebt aangerekend aan je klanten, moet je nu 112 jaar zijn”

Similar Posts

  • De Hoed

    Een man zoekt al dagen naar z’n hoed. Uiteindelijk is die niet te vinden. Hij beslist dan maar om zondags naar de kerk te gaan en achteraan plaats te nemen. Tijdens de dienst zou hij dan er vanonder muizen en een van de hoeden nemen die achteraan worden geplaatst. Die zondag gaat hij naar de kerk en zet zich achteraan. De dienst ging over de 10 geboden. De man bleef de gehele dienst zitten i.p.v. vroeger door te gaan en na de dienst gaat hij nog even bij mijnheer pastoor. ‘Vader,’ zegt hij, ‘ik moet wat bekennen. Ik kwam hier vandaag om een hoed te stelen, maar na jouw preek heb ik beslist dit niet meer te doen, waarvoor dank.’ De priester zei hem: ‘God zegene u mijn zoon! Was het tijdens m’n uiteenzetting over: ‘gij zult niet stelen’, dat je het besef kreeg dat je verkeerd zat?’

    ‘Neen,’ zegt de man, ‘het was tijdens je preek over overspel. Toen je daarover begon,  wist ik weer waar ik hem had gelaten.’

  • Bezopen

    Een man komt ‘s nachts straalbezopen thuis! Zijn vrouw is daar helemaal niet gelukkig mee en roept: waar heb jij gezeten ???? Ah , antwoord mijnheer, in de gouden kroeg, da’s een nieuw café, helemaal goud! Gouden deuren, gouden vloeren, zelfs gouden pisbakken!!

    Mevrouw gelooft er niets van en telefoneert de dag erna naar het café!

    Hallo, hebben jullie gouden deuren? Jazeker, zegt de man aan de andere kant van de lijn!

    En gouden vloeren?  Jazeker mevrouw! En ook gouden urinoirs?

    Dan blijft het even stil en hoort mevrouw de man aan de telefoon roepen; Hé John, die aan de telefoon weet waarschijnlijk meer over wie er gisteren in jouw saxofoon heeft gepist!

  • Veertien Kinderen

    Een vrouw komt met haar veertien kinderen bij de pastoor op bezoek. De kleinste van twee jaar oud loopt naar de pastoor.
    De pastoor: En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
    De volgende komt binnen.
    Pastoor: “En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
    Pastoor: “Ah, heet jij ook jantje?”
    De oudste komt binnen (14 jaar). 
    Pastoor: “En hoe heet jij jongen?” Jongen: “Jantje.”
    Pastoor tegen moeder: “Heten al jouw zoontjes misschien Jantje?”
    Moeder: “Ja, dat is heel gemakkelijk, als ik roep: ‘Jantje opstaan’ staan ze allemaal op, 
    als ik roep: ‘Jantje eten,’ komen ze allemaal eten, 
    als ik roep: ‘Jantje slapen,’ dan gaan ze allemaal slapen.”
    Pastoor: “En als je maar één iemand nodig hebt, hoe doe je dat dan?”
    Moeder: “Dan roep ik gewoon hun familienaam.”

  • Hoogste eer

    Een paard en een ezel waren aan het twisten over wie van hun beide het hoogst aangeschreven staat.

    Dat is zeker het paard want ik mag trots zijn op mijn rijke verleden zei het paard.

    Waarop de ezel zegt : Helemaal niet, het is de ezel die het hoogst staat aangeschreven. Ik kan tenminste trots zijn op mijn toekomst! De techniek heeft het paard overbodig gemaakt, maar ezels zullen er altijd zijn…!

  • Automonteur

    Een automonteur komt van de dokter vandaan en denkt:
    “Dat kan ik ook.”
    De monteur begint zijn eigen dokterspraktijk. Hij maakt reclame met: “Als ik je probleem kan oplossen kost het je 500 euro. Als ik geen oplossing voor je heb krijg je van mij 1000 euro.”
    Een advocaat ziet de advertentie en denkt dat hij daar gemakkelijk geld mee kan verdienen. Hij gaat naar de praktijk toe van de monteur.
    “Ik ben mijn smaak kwijt”, zegt de advocaat.
    “Gaat u maar zitten”, zei de monteur, “daar heb ik wel een drankje voor.”
    Hij loopt naar de kast, doet de 3e la van linksboven open en pakt een potje waar benzine in zit. Hij giet het goedje in de mond van de advocaat. Terwijl hij het uitspuugt zegt de advocaat:
    “Gadver, dat is benzine. Wat doe je?!”
    “Ah”, zegt de monteur, “u heeft uw smaak terug. Dat is dan 500 euro.”
    De advocaat betaald en loopt boos weg.
    De volgende dag, nog steeds verontwaardigd over zijn vorige bezoek bedenkt de advocaat een nieuw probleem en gaat opnieuw naar de dokterspraktijk van de monteur. De advocaat zegt:
    “Ik denk dat ik mijn geheugen kwijt ben. Ik kan me niets meer herinneren.”
    “Gaat u maar zitten”, zei de monteur, “daar heb ik wel een drankje voor.”
    Hij loopt weer naar de kast, doet de 3e la van linksboven open en pakt een drankje.
    “Nee, niet die, dat is benzine!” zeg de advocaat.
    “Ah”, zegt de monteur, “u heeft uw geheugen terug. Dat is dan 500 euro.”
    De advocaat betaald en loopt nog bozer weg.
    De derde dag gaat de advocaat een laatste poging doen om die 1000 euro te verdienen. Hij bedenkt een weer een probleem en gaat naar de praktijk toe.
    “Dokter”, zeg de advocaat, “ik kan bijna niets meer zien. Mijn zich gaat enorm achteruit.”
    De monteur denkt eens goed na en na een tijdje zegt hij:
    “Nee sorry, daar heb ik geen oplossing voor.”
    De monteur reikt naar zijn portemonnee. Hij overhandigt het geld en zegt:
    “Hier heeft u uw 1000 euro.”
    Terwijl hij in werkelijkheid een briefje van 200 euro overhandigd.
    “Heee!” zegt de advocaat, “dit is maar 200 euro.”
    De monteur zegt:
    “U heeft uw zicht terug, wat geweldig. Dat wordt dan 500 euro.”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *