Duitse les

DER, DIE, DAS. Jantje zit met zijn klasgenootjes in de Duitse les. De juffrouw heeft een oefening bedacht en legt deze uit: ‘Wie kan een zin bedenken waar de drie Duitse lidwoorden DER, DIE en DAS in voorkomen?’ Jantje denkt even na en steekt zijn vinger op. De juffrouw ziet dit en vraagt aan Jantje zijn zin op te zeggen. Jantje zegt: ‘Nou juf…, MEINE SCHWESTER HAT EIN KINDCHEN BEKOMMEN .’ De juf antwoordt: ‘Maar Jantje, daar zitten toch niet de drie lidwoorden in? ‘ Waarop Jantje zegt: ‘Maar ik was nog niet klaar.’ 

En hij gaat verder: ‘… ABER DER DIE DAS GEMACHT HAT, IST VERSCHWUNDEN.’

Similar Posts

  • Jantje moet zijn bed opmaken

    De moeder van Jantje komt boven en zegt tegen Jantje; “Jantje maak je bed nou eens op.” ”Ja mam”, zegt Jantje en gaat naar boven om z’n bed op te maken. Jantje gaat eerst naar de badkamer even later komt hij naar buiten met z’n moeders make up doos. En even later gaat hij z’n kamer in om z’n bed op te maken. Na een tijdje komt zijn moeder boven om te kijken hoe hij z’n bed netjes maakt. En dan schreeuwt moeder ineens;”wat doe jij met mijn make up op jouw bed! zegt jantje;”maar ik moest mijn bed toch op maken?

  • Opscheppen over de kinderen

    Twee moeders zitten in het park op een bankje. Zegt de ene moeder: “Mijn kind van twee kan zijn naam al schrijven.” Zegt de ander: “Mijn kind van twee kan zijn naam zelfs al achterstevoren schrijven.” “O, wat knap! Hoe heet uw kind dan?”. “Mijn kind heet Bob”.

  • Duizendpoot als huisdier

    Een man gaat naar een dierenspeciaalzaak en vertelt de bediende dat hij een huisdier wil kopen dat alles kan. De bediende stelt een eerlijke hond voor.
    De man antwoordt: “Kom nou, een hond?”
    De bediende zegt: “Wat denkt u van een kat?”
    De man antwoordt: “Absoluut geen kat, een kat kan in elk geval niet alles. Ik wil een huisdier dat alles kan.”
    De bediende denkt even na en zegt: “Ik weet het! Een duizendpoot!”
    De man zegt: “Een duizendpoot? Ik kan me niet voorstellen dat een duizendpoot alles kan, maar goed…. Ik zal een duizendpoot proberen.”
    Hij krijgt de duizendpoot mee naar huis en zegt tegen de duizendpoot: “Maak de keuken schoon.”
    Een half uur later loopt hij de keuken in en…. het is er onberispelijk! Alle borden en al het bestek is gewassen, afgedroogd en weggezet, het aanrecht is schoon gemaakt en de vloer is in de was gezet. Hij is hoogst verbaasd.
    Hij zegt tegen de duizendpoot: “Ga de woonkamer schoonmaken.”
    Twintig minuten later loopt hij naar de woonkamer. Het vloerkleed is netjes schoongemaakt, het meubilair is schoongemaakt en afgestoft, de kussens op de bank zijn opgeschud en de planten hebben water gekregen. De man denkt bij zichzelf: “Zoiets bijzonders heb ik nog nooit gezien. Dit is echt een huisdier dat alles kan!”
    Daarna zegt hij tegen de duizendpoot: “Ga naar de kiosk en haal een krant voor mij.”
    De duizendpoot gaat naar buiten. 10 minuten later…. geen duizendpoot. 20 minuten later…. geen duizendpoot. 30 minuten later….. geen duizendpoot. Dan begint de man zich af te vragen wat er gaande is. De duizendpoot had toch binnen een paar minuten terug moeten zijn. 45 minuten later…. nog steeds geen duizendpoot! Hij kan zich niet voorstellen wat er nou gebeurd kan zijn. Is de duizendpoot weggelopen? Is hij overreden door een auto? Waar is de duizendpoot? Dus gaat hij naar de voordeur, opent hem… en daar zit de duizendpoot. De man zegt: “He!!!! Ik stuurde je 45 minuten geleden naar de kiosk om een krant voor me te halen. Wat is er aan de hand?!”
    De duizendpoot zegt: “Ik ga! Ik ga! Ik moet alleen even mijn schoenen aantrekken!”

  • Brandweer

    Een brandweerman staat buiten bij de brandweerkazerne te sleutelen aan de motor van een pomp. Opeens hoort hij achter zich een lief stemmetje dat zegt:
    “Dag meneer de brandweer.”
    Hij draait zich om en ziet een klein meisje van een jaar of zes, dat in een bolderwagen zit. De bolderwagen is omgebouwd tot een brandweerwagen, compleet met ladder en brandslangen. De wagen wordt getrokken door een hond en een kat. Complimentjes makend over wat hij ziet loopt hij rondom de bolderbrandweerwagen. De hond is met een riem aan zijn halsband voor de kar gespannen. De kat, het blijkt een kater, zit vast aan de kar via een touwtje om zijn testikels. Een beetje verbaasd zegt de brandweerman tegen het lieve wicht:
    “Ik wil me er niet mee bemoeien, maar volgens mij trekt die kater de kar beter als je hem ook aan een halsband vastmaakt.”
    “Dat weet ik”, zegt het meisje, “maar dan heb ik geen sirene!”

  • BELGEN EN KOEIEN

    Twee Belgen hebben allebei een koe gekocht. Zegt de ene Belg tegen de ander: “Hey, hoe gaan wij de koeien nou onderscheiden?” Zegt de andere Belg: “Weet je wat, ik snij een oor van mij koe er af.” Wat gebeurt er een week later de andere koe blijft met zijn oor tussen het prikkeldraad en nu missen ze allebei een oor. Zegt de Belg weer: “Hey wat gaan we nu doen?” Zegt de andere Belg: “Oke, dan haal ik de staart van mijn koe er wel af.” Paar weken later bijt de ene koe de staart van de andere af en nu missen ze allebei een staart. Zegt de Belg: “Nu ben ik het echt zat, ik maak een klein krasje boven het oog van mijn koe. Zo weten we dat die van mij is!” Drie dagen later. Ja hoor, de koe valt op zijn oog en er zit een krasje boven zijn oog op de zelfde plek als bij de andere koe. De Belg word laaiend. Hij zegt: “Weet je wat, ik ben het helemaal zat! De zwarte koe is van jou en de witte is van mij!”

  • Pesten

    Een jongen op het schoolplein mist een vinger en wordt gepest door andere kinderen.
    Maar iedereen heeft wel iets raars”, verdedigt de jongen zich.
    “Met welke hand veeg jij bijvoorbeeld je bibs af?” vraagt hij aan zijn grootste pestkop.
    “Met links, hoezo? “
    “De meeste mensen doen dat met wc papier…”

     

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *