Duitse les

DER, DIE, DAS. Jantje zit met zijn klasgenootjes in de Duitse les. De juffrouw heeft een oefening bedacht en legt deze uit: ‘Wie kan een zin bedenken waar de drie Duitse lidwoorden DER, DIE en DAS in voorkomen?’ Jantje denkt even na en steekt zijn vinger op. De juffrouw ziet dit en vraagt aan Jantje zijn zin op te zeggen. Jantje zegt: ‘Nou juf…, MEINE SCHWESTER HAT EIN KINDCHEN BEKOMMEN .’ De juf antwoordt: ‘Maar Jantje, daar zitten toch niet de drie lidwoorden in? ‘ Waarop Jantje zegt: ‘Maar ik was nog niet klaar.’ 

En hij gaat verder: ‘… ABER DER DIE DAS GEMACHT HAT, IST VERSCHWUNDEN.’

Similar Posts

  • Liegen

    Erik komt vol trots op school en vertelt aan zijn vrienden dat zijn hond kan liegen. ‘Wat een onzin’, roepen zijn vrienden in koor. ‘Maar het is echt waar!’ zegt Erik. ‘Als ik hem vraag: “Wat doet de poes?” dan antwoordt hij: “Woef, woef!” Zie je wel dat hij kan liegen.’

     

  • Seizoenen

    Een kleuterjuf vraagt aan haar klas: “Wie van jullie kan de seizoenen van het jaar opnoemen?” Jantje steekt zijn vinger op. “Zeg het maar Jantje!” “Herfst, winter…”, begint Jantje, maar verder blijft het stil. “Waar blijven de lente en de zomer, Jantje?”, vraagt juf. “Ja, dat vraag ik mij dus ook al af!

  • Dom blondje

    Een blondje besluit een aquarium te kopen. En daarin wil ze zoutwater-vissen.

    Ze besluit naar zee te rijden om aan zout water te komen.

    Op de pier van Scheveningen ontmoet ze een visser.

    Ze spreekt hem aan en vraagt om zout water.

    “” Da’s hier geen probleem” zegt hij

    “Wat kost een emmer vraagt ze.

    “Vijf euro” antwoordt hij.

    “Oké, doe me maar een emmer”

    De man schept een emmer zeewater en ze betaalt hem vijf euro.

    Thuis gekomen kiepert ze deze in het aquarium.

    Ze stelt vast dat ze heel veel tekort komt en dat ze nog enkele malen heen en weer zal moeten rijden.

    Terug in Scheveningen zit daar nog steeds dat zelfde vissertje.

    Ze spreekt hem opnieuw aan.

    Maar ondertussen was het laag tij geworden…

    “Tjongejonge” , zegt ze, “U hebt goed verkocht vandaag” !

  • Hoesten

    Jans werkte tijdelijk in een apotheek, doch slaagde er nooit in het geschikte drankje mee te geven.

    Z’n baas waarschuwde Jans dat hij hem zou moeten ontslaan als hij weer verkeerde medicijn zou verkopen.

    Toen een klant een middel tegen een hardnekkige hoest wilde, gaf Jans de man echter een laxeermiddel.

    Hij gaf hem zelfs de raad: “Neem maar direct een grote slok!”

    Buitengekomen begint het drankje al te werken en de man houdt zich vast aan een lantaarnpaal.

    De apotheker zegt kwaad tegen Jans “Ge weet toch wel dat een laxeermiddel de man z’n hoest niet zal stoppen!”

    “Toch wel” repliceert Jans “Kijk maar, hij is gewoon erg bang om nog te hoesten!”

  • Blond?

    Een klein, blond meisje komt op een avond thuis van school. Ze loopt naar haar moeder en zegt: “Mama, vandaag hebben we leren tellen op school. Alle andere meisjes konden maar tot 5 tellen, maar luister eens naar mij: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10 !

    Dat is toch heel goed hé, niet?” “Jazeker lieverd, heel flink.” “Is dat omdat ik blond ben, mama?” “Jazeker lieverd, dat is omdat je blond bent.”

    De volgende dag komt ze opnieuw van school en zegt tegen haar moeder: “Mama, vandaag hebben we het alfabet geleerd op school. Alle andere kinderen raakten maar tot aan de D, maar luister eens naar mij: A, B, C, D, E, F, G, H, I, J, K !

    Da’s toch goed van mij hé?” “Jazeker lieverd, heel flink.” “Is dat omdat ik blond ben, mama?” “Jazeker lieverd, dat is omdat je blond bent.”

    De volgende dag komt ze huilend terug van school: “Mama, vandaag zijn we gaan zwemmen. Geen van de andere kinderen heeft borsten, maar kijk eens naar mij!” Ze opent haar blouse en toont haar indrukwekkende D-cups aan haar moeder.

    “Is dat ook omdat ik blond ben, mama?” “Neen lieverd, dat is omdat je 25 bent.”

  • Schoonmoeder

    Een pasgetrouwde boer en zijn vrouw werden gebeld door de moeder van de bruid. Deze wilde meteen de boerderij komen bekijken. De boer probeerde oprecht vriendelijk te zijn tegenover zijn schoonmoeder, hopende dat hij een vriendschappelijke relatie met haar zou kunnen krijgen.

    Maar bij elke gelegenheid die zich voordeed zat zijn schoonmoeder zonder doel te zeuren, veranderingen aan te bevelen, ongevraagde adviezen te geven en maakte zo het leven van de boer en zijn bruid ondraaglijk.

    Terwijl ze door de schuur liepen, sprong de ezel van de boer plotseling naar voren en stootte de schoonmoeder voor haar hoofd, waardoor deze ongelukkig viel, en op slag dood was.

    Op de begrafenis, een paar dagen later, stond de boer naast de kist en begroette de mensen die langsliepen. De pastoor zag dat, wanneer er een vrouw langsliep die iets tegen de boer fluisterde, hij ja schudde met zijn hoofd, en iets terugzei. Wanneer er een man langsliep die iets tegen de boer fluisterde, schudde hij nee en mompelde hij iets terug. De pastoor, die dit toch wel een beetje merkwaardig vond, vroeg na afloop van de begrafenis waarom hij toch telkens ja en nee schudde. De boer antwoordde:
    “De vrouwen zeggen, wat een verschrikkelijk drama, en ik knik, ja en zeg, dat was het zeker.
    De mannen vragen, kan ik jouw ezel lenen? en ik schud nee en zeg, dat kan niet, hij is al voor een heel jaar volgeboekt.”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *