VISSEN

Om 7 uur ‘s ochtends zit ik lekker te vissen langs het Amsterdam Rijnkanaal. De damp staat nog op het water. Ik zit net, komt er een man achter mij staan kijken. Het wordt acht uur, negen uur, tien uur, twaalf uur. Ik neem ’n boterhammetje en koffie en nog steeds staat die kerel achter mij naar m’n dobber te staren. Om 2 uur ‘s middags staat hij er nòg. Als ik om 7 uur ‘s avonds mijn spullen inpak, staat die vent nòg achter me. Ik zeg: “Meneer, u heeft nu 12 uur lang achter mij staan kijken. Waarom koopt u geen hengel? Kunt u zelf gaan vissen.” Zegt die man: “Sorry hoor, maar daar heb ik echt geen geduld voor . . . ”

Similar Posts

  • Vulkaan

    Een groepje toeristen staat op de rand van de Etna. Een Amerikaanse toerist keek heel voorzichtig over de rand en zegt.

    “Het lijkt daar wel de hel”.

    Een dame, die dat gehoord heeft fluistert tegen haar vriendin: “Die Amerikanen zijn toch ook overal geweest he”!

  • Hoe laat?

    Een zakenman die op weg is huis wordt onderweg door slaap overvallen en om geen brokken te maken besluit hij zijn bolide langs de kant van de weg te zetten om even een tukje te doen. Hij vindt een rustig landweggetje en valt al na vijf minuten in een diepe slaap. Plotsklaps wordt hij opgeschrikt door getik tegen de autoruit. Hij draait het raampje open en een oud vrouwtje vraagt aan hem hoe laat het is. “Vijf voor twee,” bromt de zakenman. De vrouw bedankt hem en loopt verder. De zakenman draait zich om en gaat verder waar hij gebleven was. Lang kan hij er niet van genieten want tien minuten later wordt hij weer gewekt door getik tegen het raam. Geërgerd draait hij het autoraam open en ditmaal is het een jogger die de tijd wil weten. “Vijf over twee,” buldert de zakenman. De jogger bedankt hem en jogt verder. De zakenman beseft dat hij op zo’n manier nooit aan zijn slaap komt en pakt een stuk papier en schrijft daar met koeienletters op: IK WEET NIET HOE LAAT HET IS! en plakt dit achter zijn ruit. Tevreden over zijn eigen vindingrijkheid valt hij voor de derde maal in diepe slaap. Nauwelijks aangekomen in dromenland word zijn rust weer verstoord door getik tegen de ruit. Met een welgemeende “Godgloeiende…,” draait de zakenman zijn autoraam open en kijkt in het gezicht van een jonge scholier. Deze werpt een blik op zijn horloge en zegt: “Het is tien voor half drie meneer.”

  • Vleermuizen

    Op een middag zitten twee vleermuizen in een park. Zegt de ene tegen de andere: “Ik heb honger, ik ga wat bloed zuigen.” Even later komt hij terug met allemaal bloed om zijn mond. Vraagt de ander: “Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?”

    “Nou, zie jij die lantaarnpaal?” “Ja.” “Nou, ik zag hem dus niet!”

  • Overtuigen

    Er komt een man een supermarkt binnen, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken hondenvoer en loopt vervolgens naar de kassa. Vraagt de kassière: “Meneer heeft u een hond?” Hierop antwoordt de man: “Ja, natuurlijk heb ik een hond, anders had ik die twee blikken toch ook niet nodig?”
    Zegt de kassière: “Het spijt me meneer, maar vanaf deze week mag ik niemand meer dierenvoeding meegeven tenzij ik zelf kan zien dat de persoon een huisdier heeft… U zult de hond dus moeten meenemen…” De man vloekt een paar keer vanwege deze absurde nieuwe regeling, smijt de twee blikken op de grond en loopt kwaad weg. De volgende dag is hij weer terug, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken kattenvoer en gaat naar de kassa. Vraagt die kassière: “Meneer, heeft u een kat?” Waarop de man, zichtbaar geïrriteerd, antwoordt: “Ja natuurlijk heb ik een kat, ik kom deze blikken toch niet voor mezelf halen?” De kassière: “Meneer, dit vind ik nou niet slim van u. U was hier gisteren ook, dus had u kunnen weten dat ik u geen dierenvoed….” De kassière is nog niet uitgesproken of de man is de winkel al luid vloekend en tierend uitgelopen… De blikken bij de kassière achterlatend. De dag daarop komt de man met een bruine papieren zak in z’n hand de winkel binnen, loopt direct door naar de kassa en zegt tegen de kassière: “Mevrouw, steekt u hier uw hand eens in.”
    De kassière doet dit en roept vervolgens: “He, het is zacht en warm…”
    “Ja”, zegt de man, “Ik had graag drie rollen WC papier!”

     

  • Opscheppen over de kinderen

    Twee moeders zitten in het park op een bankje. Zegt de ene moeder: “Mijn kind van twee kan zijn naam al schrijven.” Zegt de ander: “Mijn kind van twee kan zijn naam zelfs al achterstevoren schrijven.” “O, wat knap! Hoe heet uw kind dan?”. “Mijn kind heet Bob”.

  • Kalfje geboren

    Een Rotterdamse moeder verteld haar dochtertje dat ze de volgende week op een boerderij gaat logeren en daar zeer waarschijnlijk de geboorte van een kalfje zal meemaken. “Eerst komen de voorpoten, dan de kop, dan de schouders, vervolgens het lijf en dan de achterpoten”, legt de moeder alvast uit. Vraagt de kleine Sjouke: “En wie zet hem dan in elkaar”?

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *