VISSEN

Om 7 uur ‘s ochtends zit ik lekker te vissen langs het Amsterdam Rijnkanaal. De damp staat nog op het water. Ik zit net, komt er een man achter mij staan kijken. Het wordt acht uur, negen uur, tien uur, twaalf uur. Ik neem ’n boterhammetje en koffie en nog steeds staat die kerel achter mij naar m’n dobber te staren. Om 2 uur ‘s middags staat hij er nòg. Als ik om 7 uur ‘s avonds mijn spullen inpak, staat die vent nòg achter me. Ik zeg: “Meneer, u heeft nu 12 uur lang achter mij staan kijken. Waarom koopt u geen hengel? Kunt u zelf gaan vissen.” Zegt die man: “Sorry hoor, maar daar heb ik echt geen geduld voor . . . ”

Similar Posts

  • Mijnen

    Door het bos lopen twee soldaten. Op een gegeven moment vinden ze drie mijnen en ze besluiten die mee te nemen naar de sergeant. Onderweg terug zegt de een tegen de ander: “Wat doen we nu als er eentje afgaat?”
    Antwoordt de ander: “Dan zeggen gewoon dat we er maar twee gevonden hebben!”

  • Blond!!

    Er is een ploeg van het elektriciteitsbedrijf bezig hoogspanningskabels te spannen in het weiland, als er een blondje langs komt. Zij kijkt omhoog en begint keihard te lachen.

    Nog geen 5 minuten later gebeurt hetzelfde, één van de medewerkers begint zich eraan te ergeren en denkt bij zich zelf als dit nog eens gebeurt ga ik verhaal halen. En ja hoor nog geen kwartier later komt er weer een blondje voorbij en die komt niet meer bij van het lachen. Hij klimt naar beneden en vraagt:
    “Je bent al de derde die niet meer bij komt van het lachen, waar lachen jullie om?”

    Zegt het blondje: “Ach man, de koeien kunnen toch zo onder dat hek doorlopen.”

  • Pastoor bedankt!

    Een man ligt in het ziekenhuis en vraagt naar de pastoor.
    Als de pastoor komt gaat hij naast het bed staan van de patiënt. Al snel gaat het ineens slechter met de man. Wanhopig probeert de man iets te zeggen maar niemand kan hem verstaan.
    Pastoor: “Laat iemand pen en papier halen! Snel!”
    ALs de man eenmaal papier heeft schrijft hij met zijn laatste adem iets op en geeft het aan de pastoor. Terwijl de pastoor het briefje leest blaast de man zijn laatste adem uit. De pastoor trekt wat witjes weg, legt het papier op het bed en loopt geschrokken de kamer uit.
    Nieuwsgierig pakt een zuster het papier en leest: Meneer de pastoor, kunt u even op zij gaan. U staat met uw voet op mijn beademingsslang…

  • Weer hetzelfde

    Een Belg en een Nederlander gebruiken samen de lunch. De Nederlander kijkt wat er tussen zijn boord zit: “O nee, weer worst. Elke dag worst. Als mijn vrouw nog en keer worst op brood doet spring ik van de flat.”
    De Belg kijkt wat hij op brood heeft: “O nee, weer pindakaas. Altijd pindakaas. Ik spring ook van de flat als ik morgen weer pindakaas op brood heb.”
    De volgende ochtend komt de Nederlander op zijn werk en ziet dat hij jam op brood heeft. Gelukkig denkt hij. De Belg ziet echter weer pindakaas op zijn brood en springt van de dichtsbijzijde flat de dood tegemoed.

    Een week later komt de Nederlander op de begrafenis van de Belg. ZIjn vrouw huilt en roep: “Waarom? Waarom?”
    De Nederlander besluit het uit te leggen: “Hij had elke dag pindakaas op brood. Daar werd hij zo zat van dat hij van de flat sprong…”
    De vrouw gaat nog harder huilen: “Hij maakte elke dag zijn eigen brood klaar…!”

  • Zwijgen

    Bij Henk valt een briefkaart in de bus. Hij zwaait ermee naar Wim en zegt “’t Is van mijn broer”.

    “Ja maar” repliceert Wim “Hoe wee je dat, er staat helemaal niks op geschreven!”

    “Ja juist daarom”, zegt Henk. “We spreken al jaren niet meer tegen elkaar!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *