Vieze voeten
Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”
Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”
Een kippenkweker zit in zijn stamcafé naast een vrouw en bestelt een glas champagne. De vrouw kijkt op en zegt: ‘Kijk nu, ik bestelde ook net een glas champagne.’ ‘Wat een toeval’, zegt de man, ‘want dit is een speciale dag voor mij. Ik heb iets te vieren.’ ‘Voor mij is het ook een speciale dag en ik ben ook aan het vieren, zegt de vrouw.’ ‘Wat een toeval,’ zegt de man. Als ze klinken vraagt hij : ‘En wat ben jij aan het vieren ?’ ‘Wel, mijn echtgenoot en ik proberen al lang een kind te krijgen en vandaag vertelde mijn dokter dat ik zwanger ben.’ ‘Wat een toeval’, zegt de man. ‘Ik ben een kippenkweker’. Jarenlang waren mijn kippen onvruchtbaar maar vandaag zijn ze eindelijk bevruchte eieren beginnen leggen.’ ‘Dat is groot nieuws’, zegt de vrouw ‘En hoe werden je kippen vruchtbaar ?’
‘Ik veranderde van haan.’ antwoordt hij.
Zij lacht eens . . . . . . . en zegt : ‘Wat een toeval “….
Elke vrijdagavond ontvangt een café-eigenaar het doofstomme vrijgezellenclubje. Als hij op vrijdagochtend ziek blijkt te zijn, belt hij zijn broer op: “Zeg Jan, ik ben ziek. Maar vanavond komt dat doofstomme vrijgezellenclubje, en dat zijn goeie vaste klanten. Dus ik kan het niet maken om het café gesloten te houden. Zou jij vanavond voor mij willen invallen?” Zijn broer vindt het niet erg om in te vallen. Hij gaat van tevoren nog even langs bij Kees om instructies te krijgen. “Het is helemaal niet moeilijk,” zegt Kees, “die jongens drinken de hele avond alleen maar bier en borrels. Als ze een vinger opsteken, dan willen ze bier, en als ze twee vingers opsteken dan willen ze een borrel. Dat is alles.” Die avond gooit Jan het café open, en daar komt de doofstomme club. Jan neemt de bestellingen op: bier, borrel, bier, bier, borrel… Alles gaat goed. Maar plotseling beginnen de doofstommen allemaal met hun hoofden te draaien en hun monden te happen. Jan weet niet goed wat hij moet doen. Hij gooit 50 frikandellen in de frituur, en serveert daarna broodjes frikandel uit. De doofstommen beginnen te eten, drinken nog wat, en even later beginnen ze weer met hun hoofden te draaien en hun monden te happen. Ten einde raad belt Jan zijn broer op: “Zeg Kees, in het begin ging het goed, maar nou beginnen ze steeds met hun hoofden te draaien en hun monden te happen. Ik snap echt niet wat ze willen.” “O sorry,” zegt Kees, “dat ben ik vergeten te zeggen: dan zitten ze het clublied te zingen.”
Henk komt van zijn werk, haast zich maar ziet net de bus die hij moest hebben, vertrekken. Hij denkt: “Ik ren de bus achterna en pak hem bij de volgende halte.” Bij de volgende halte is hij weer net te laat maar hij probeert nog een halte. Na de vijfde halte ziet hij dat hij zijn huis voorbij holt en gaat naar huis. Moe, warm en bezweet komt hij thuis en zijn vrouw vraagt hem: “Wat is er met jou gebeurd?”.
Hij zegt: “Ik heb de bus gemist en ben er achter aan gehold maar ik miste hem steeds net.”
“Maar” lacht hij, “Ik heb wel mooi 3 euro 50 cent uitgespaard.” “Dan had je beter achter een taxi aan kunnen hollen” zegt zijn vrouw “dan had je 25 euro uit kunnen sparen!”
Een man fietst voortdurend langs Paleis Soestdijk. Op een gegeven moment rijdt hij de oprijlaan op en zet zijn fiets tegen het paleis neer. Meteen wordt hij op zijn nek gesprongen door twee marechaussees. “U moet die fiets daar weghalen,” zegt de een. “Waarom?”, vraagt de man. “Prins Bernhard komt zo langs,” zegt de marechaussee. “Nou en,” zegt de man, “hij staat toch op
slot?”
Kleine Nancy is in de tuin een gat aan het vullen, als de buurvrouw over de
heg kijkt.
Ze is zeer nieuwsgierig wat Nancy aan het doen is, en ze vraagt: “Wat ben je
aan het doen, Nancy”?
“Mijn goudvis is dood gegaan”,vertelt Nancy in tranen, zonder te kijken. “En
ik heb hem net begraven”.
De buurvrouw is verwondert.
“Dat is een enorm groot gat voor jou goudvis, vindt je niet”? Nancy klopt het
laatste beetje grond stevig aan, en antwoord: “Dat komt omdat hij nog in de
maag van jou rot-kat zit”.