Vieze voeten
Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”
Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”
Gert zegt tegen John “De mijne is de stem kwijt. Geen ene pil die helpt! Ze heeft al 2 dagen niks tegen me gezegd! Ik weet niet wat we nog kunnen doen!”
“Simpel” zegt John “Probeer vannacht heel laat thuis te komen, dan gaat ze direct weer praten!”
Jantje zit bij opa op schoot in de kantine van het bejaardentehuis. En opeens roept er een bejaarde in de zaal:
“12!”
De hele zaal lacht zich kapot. Roept er een andere bejaarde:
“34!”
En weer ligt de zaal in een deuk.
“Waarom lachen jullie?” vraagt Jantje aan opa.
“Nou,” zegt opa, “We hebben alle moppen genummerd.”
“O,” zegt Jantje tegen opa, “Dat kan ik ook” en roept:
“86!”
De hele zaal blijft doodstil.
“Waarom lachen jullie niet?” vraagt Jantje verbijsterd aan opa.
Zegt opa:
“Die kenden we nog niet”.
Peterke vind in de tuin een dode mus, hij loopt ermee naar zijn vader en vraagt of hij een lege sigarenkistje heeft, want hij zou het musje graag begraven. Vader zoekt eens tussen zijn spullen en vind er een leeg kistje. Peterke bekleed het kistje met wat wc papier en legt het musje erin. Dan gaat het achteraan in de tuin begraven. Wanneer het vogeltje begraven is, vraagt Peterke aan zin vader: ‘Papa, gaan dode vogeltjes ook naar de hemel?’ ‘Natuurlijk’ zegt papa. Peterke begint ineens te schaterlachen. Vader kijkt verbaasd naar zijn zoon en vraagt: ‘Peterke, vind je dat nu echt om te lachen?’
‘Nee’, zegt Peterke, ‘Maar ik zou graag het gezicht van St-Pieter eens willen zien.
Hij denkt waarschijnlijk dat hij een kistje sigaren krijgt en word blij gemaakt met een dode mus!
Een boer wordt bezocht door de Economische Inspectie.
Hij wordt gecontroleerd omdat hij zijn werknemers niet correct zou betalen.
“Ik zou graag de lijst zien van jouw werknemers en hun lonen”, zegt de controleur.
“Wel”, zegt de boer, “er is mijn meesterknecht die nu drie jaar hier werkt.
Ik betaal hem 400.– per week plus vrije kost en inwoning.
Dan is er de kokkin. Zij werkt hier 18 maanden en verdient 300.– per week plus vrije kost en inwoning.”
“Dan is er nog ene die wat simpel is.
Die werkt ongeveer 18 uur per dag en doet 90 % van het werk op de boerderij.
Hij verdient 10.– per week, betaalt zijn eigen kost en inwoon en ik koop hem iedere zaterdagavond een fles whiskey.
Af en toe slaapt hij bij mijn vrouw.”
“Dat is de kerel waar ik mee wil praten,” zegt de controleur.
“Dat doe je al…” antwoordt de boer.
