Vieze voeten
Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”
Klaas komt op een feestje. Hij vraagt netjes of binnen mag komen. “Natuurlijk,”zegt de jarige, “maar ik heb vuile voeten,” zegt Klaas. “Geeft niet,” zegt de jarige. “Je hebt toch schoenen aan?”
Een mooi meisje heeft haar armband laten repareren en komt het nu ophalen. Ze vraagt hoeveel het kost. “Een kusje”, zegt de man.
“Oké, mijn opa komt zo afrekenen.”
Klein Jefke bezoekt samen met zijn vader een paardenveiling. Hij kijkt toe als zijn vader bij verschillende paarden zijn handen laat glijden over de benen, romp en borst van de dieren. Klein Jefke vraagt: “Papa, waarom doe je dat?” Pap antwoordt: ” Omdat, wanneer ik paarden koop, ik wil weten of de paarden gezond en in goede conditie zijn.”
Klein Jefke kijkt bezorgd en zegt: “Pappie, ik denk dat onze postbode mamma wil kopen….”
Een alleenwonende man verloor zijn huissleutel. Hij belde zijn ouders die in een klein dorpje in het hoge noorden woonden; zij zouden de reservesleutel opsturen.
De man trok zo lang bij een vriend in. De volgende dag liep hij de postbode tegemoet, maar deze had niets bij zich.
De man mopperde: Ach ja, de post in dat boerengat werkt natuurlijk niet zo vlug, en ging weer voor een nacht naar zijn vriend. De volgende morgen reed hij weer naar zijn huis om de post op te vangen, maar was net iets te laat.
De postbode kwam net de tuin uit en zei: Ik heb de brief in de bus gegooid hoor!’
Een pastoor had erg veel last van muizen in de kerk.
Die beesten renden zelfs tijdens de mis door de kerk.
De pastoor strooide gif, zette klemmen, liet een paar katten los in de kerk, maar het hielp niets.
Altijd liepen er wel weer muizen.
Op een zondag, voordat hij met de preek zou beginnen, vroeg hij hulp van de beminde gelovigen, wie van hen een oplossing had tegen de muizenplaag.
Een wat oudere vrouw staat op en zegt: “Pastoor u moet die muizen dopen”.
“Dopen? mijn dochter.
Hoe zo helpt dat dan?” vroeg de pastoor.
“Jawel, meneer pastoor. Ik heb 11 kinderen, allemaal gedoopt en er komt er geen een meer in de kerk”.
Petrus was ongerust. Er kwamen hoe langer hoe minder mensen naar de hemel.
Hij had bijna niets meer te doen…
Dus riep hij één van de engelen bij zich en zond hem naar de aarde.
‘Ga eens kijken,’ zei hij, ‘wat daar allemaal gebeurt en waarom wij zo weinig volk binnen krijgen.’ De engel ging naar de aarde en bleef daar een lang week-end alvorens terug te keren en verslag uit te brengen bij Petrus ..
‘Kijk,’ zei hij, ‘het is geen wonder.
De mensen zijn slecht, allemaal valsaards, moordenaars en echtbrekers, dieven en egoïsten en ze sexen er maar op los. De goede mensen zijn op de vingers van één hand te tellen.’
Petrus was onthutst.
Hij dacht daar lang over na, maar omdat hij niet wilde afgaan op één opinie, besloot hij nog een andere engel te zenden met dezelfde opdracht.
Toen die na een week terugkwam zei deze tegen Petrus : ‘Het is waar. De mensen zijn zeer slecht. Allemaal valsaards, leugenaars en dieven, ruziemakers en bedriegers, en ‘t is sex al wat de klok slaat. De goede mensen zijn op de vingers van een hand te tellen.’
Petrus voelde zich machteloos.
Na veel nadenken besloot hij een e-mail te sturen ENKEL naar de nog overblijvende goede mensen, om hen moed in te spreken en hen te feliciteren met hun goede levenswandel.
Weet jij wat er in die e-mail stond ?
Nee?
Ook geen gekregen zeker ? ? ? ! ! !