Waarheidsmachine

  • Er staat een boer bij een waarheidsmachine op de pier van Scheveningen. Gooi je er een kwartje in, dan mag je een vraag stellen. Die boer zegt:
    “Waar is m’n vader?”
    Waarop de waarheidsmachine antwoordt:
    “Die staat te vissen op de Pier in Vlissingen.”
    Zegt de boer:
    “Hahaha, dat kan niet, mijn vader is allang dood.”
    Zegt de exploitant van die machine:
    “Ik snap het niet. Dat ding is goed, mankeert niks aan. Weet u wat u doet? Formuleer de vraag eens anders.”
    “Ok,” zegt de boer, “Waar is de wettige echtgenoot van mijn moeder?”
    Zegt dat apparaat:
    “Die is dood, maar je vader staat te vissen op de pier in Vlissingen!”

Similar Posts

  • Worteltjes taart

    Er komt een konijn bij de bakker en vraagt: ‘Heeft u worteltjestaart?’ ‘Nee’, antwoordt de bakker. De volgende dag komt het konijn weer bij de bakker en vraagt: ‘Heeft u worteltjestaart?’ ‘Nee’, antwoordt de bakker. De volgende dag komt het konijn weer en vraagt: ‘Heeft u  worteltjestaart?’ ‘Nee’, antwoordt de bakker weer. Die avond heeft de bakker medelijden met het konijn en bakt een taart. De volgende dag komt het konijn weer bij de bakker en vraagt: ‘Heeft u worteltjestaart?’ ‘Ja’, antwoordt  de bakker trots. Zegt het konijn: ‘Vies, hè?’

  • Vliegenjacht

    Een vrouw komt thuis en ziet haar man op vliegenjacht met een vliegenmepper. Zij vraagt wat hij doet en hij zegt:Ik ben op vliegenjacht en ik heb er al 5 gedood, 3 vrouwtjes en 2 mannetjes. Hoe weet jij dat? vraagt de vrouw. Nou, zegt de man:2 zaten op mijn bierflesje en de andere 3 zaten op de telefoon.

  • Condooms

    Ook de apotheker stelt vast dat de kinderen steeds mondiger worden.
    Een luide jonge stem bij de apotheker:
    “Drie dozen condooms in verschillende maten!’
    Iedereen staat aan de grond genageld. De apotheker reageert het vlugst:
    ‘TEN EERSTE’ zegt hij, “roept men niet zo!’
    TEN TWEEDE is dit niets voor kleine kinderen’, en
    TEN DERDE stuur je je vader maar’
    Maar Jantje laat zich niet ontmoedigen:
    “TEN EERSTE’, antwoordt hij, ‘heb ik in de school geleerd, dat men luid en duidelijk moet spreken.!’
    “TEN TWEEDE is dat niets VOOR kleine kinderen maar wel TEGEN kleine kinderen’ en,
    “TEN DERDE gaat dit mijn vader niets aan, ze zijn namelijk voor mijn moeder die morgen voor een week alleen naar Mallorca vliegt!’.

  • Het is ook nooit goed

    Kom je te laat op je werk, dan geef je een slecht voorbeeld. Kom je te vroeg, dan ben je een rondneuzer, of blij thuis weg te zijn.
    Blijf je overwerken, dan ben je een uitslover. Ga je op tijd weg, dan heb je geen hart voor de zaak.
    Pleeg je overleg, dan durf je zelf niet te beslissen. Doe je het niet, dan ben je eigenwijs.
    Neem je iemand apart, dan schep je onderonsjes. Doe je het niet, dan ben je onpersoonlijk.
    Ben je aardig, dan wil je de getapte man uithangen. Houd je afstand, dan heb je verbeelding.
    Kom je met nieuwe ideeën, dan ben je een nieuwlichter. Maar als je ze niet hebt, dan gaat er niets van je uit.
    Laat je anderen iets voor je doen, ben je een afschuiver. Pak je het zelf aan, dan ben je eigengereid.
    Hou je je stipt aan de voorschriften, dan ben je lastig. Als je het niet doet, ben je een slappeling.
    Heb je succes, dan heb je geluk gehad. Loopt het mis, dan weet iedereen het je te vertellen.
    Als je er niet meer bent, Dan was je een geweldige kerel!

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *