Benzine

Twee jongens komen bij een service station. “Vlug geef ons elk een liter benzine!” Na tien minuten zijn ze weer te- rug. “Het was niet genoeg we moeten nog tien liter hebben!” De pompbediende vraagt:” Waarvoor hebben jullie toch al die benzine nodig?” “Stel alsjeblieft geen vragen, opschieten! De school staat in brand!”

Similar Posts

  • Humor uit het Klooster

    Moeder Overste van het klooster is wakker geworden in een opperbeste stemming, en beslist de ronde van de kloostercellen te doen.     
    – Goeie morgen, Zuster Marie-Josephe, ik vind je deze morgen zeer knap, en wat je draagt staat je beeldig!       
    – Ook goeie morgen, Moeder Overste, maar ik heb de indruk dat je de verkeerde kant uit bed bent gestapt!           
    Het antwoord beviel haar niet erg, maar toch besliste ze haar cellenrondgang voort te zetten.        
    – Goeie morgen Zuster Maria, ik vind je zeer goed deze morgen en wat je draagt staat je uitstekend!       
    – Dank je Moeder Overste, ik vind je ook netjes, maar ik heb toch de indruk dat je de verkeerde kant uit bed bent gestapt!        
    De overste bijt zich op de lippen en vervolgt haar rondgang, maar van alle nonnen krijgt ze hetzelfde antwoord.       
    Als ze  bij de vijftiende non arriveert, staan haar zenuwen op springen en met de tanden op elkaar zegt ze:        
    Dag Zuster Noëlla, wees eens vriendelijk en …  vind jij ook dat ik deze morgen de verkeerde kant uit bed ben gestapt?        
    – Ja, Moeder Overste …  
    – En waarop baseer je je???      
    – Je draagt de sandalen van Pater Emile!! 

  • Naar de hemel?

    Peterke vind in de tuin een dode mus, hij loopt ermee naar zijn vader en vraagt of hij een lege sigarenkistje heeft, want hij zou het musje graag begraven. Vader zoekt eens tussen zijn spullen en vind er een leeg kistje. Peterke bekleed het kistje met wat wc papier en legt het musje erin. Dan gaat het achteraan in de tuin begraven. Wanneer het vogeltje begraven is, vraagt Peterke aan zin vader: ‘Papa, gaan dode vogeltjes ook naar de hemel?’ ‘Natuurlijk’ zegt papa. Peterke begint ineens te schaterlachen. Vader kijkt verbaasd naar zijn zoon en vraagt: ‘Peterke, vind je dat nu echt om te lachen?’

    ‘Nee’, zegt Peterke, ‘Maar ik zou graag het gezicht van St-Pieter eens willen zien.

    Hij denkt waarschijnlijk  dat hij een kistje sigaren krijgt en word blij gemaakt met een dode mus!

  • Veertien Kinderen

    Een vrouw komt met haar veertien kinderen bij de pastoor op bezoek. De kleinste van twee jaar oud loopt naar de pastoor.
    De pastoor: En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
    De volgende komt binnen.
    Pastoor: “En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
    Pastoor: “Ah, heet jij ook jantje?”
    De oudste komt binnen (14 jaar). 
    Pastoor: “En hoe heet jij jongen?” Jongen: “Jantje.”
    Pastoor tegen moeder: “Heten al jouw zoontjes misschien Jantje?”
    Moeder: “Ja, dat is heel gemakkelijk, als ik roep: ‘Jantje opstaan’ staan ze allemaal op, 
    als ik roep: ‘Jantje eten,’ komen ze allemaal eten, 
    als ik roep: ‘Jantje slapen,’ dan gaan ze allemaal slapen.”
    Pastoor: “En als je maar één iemand nodig hebt, hoe doe je dat dan?”
    Moeder: “Dan roep ik gewoon hun familienaam.”

  • GOEDKOOP REIZEN MET DE TREIN

    Drie Belgen en drie Nederlanders gaan samen met de trein op stap. De drie Belgen kopen elk een ticket aan het loket. De drie Nederlanders kopen samen maar één ticket. De Belgen zijn verwonderd: ‘hoe gaan jullie dàt doen’? ‘Dat zul je wel zien’ zeggen de Nederlanders. Op de trein begint de controleur aan zijn ronde en de drie Nederlanders gaan samen op één toilet. De conducteur controleert de kaartjes van de Belgen, alles ok. Hij komt bij het toilet, klopt op de deur en de Nederlanders schuiven hun ticket onder de deur. De conducteur controleert het ticket, zegt ‘ok.’ en schuift het terug onder de deur. De volgende dag nemen ze allen terug de trein. De drie Belgen kopen samen maar één ticket. De drie Nederlanders kopen er geen. De Belgen zijn nog meer verwonderd: ‘HOE gaan jullie DAT doen’? ‘Dat zul je wel zien’ zeggen de Nederlanders. In de trein begint de controleur aan zijn ronde en de drie Belgen gaan samen op één toilet. De drie Nederlanders gaan ook samen op één toilet; maar de laatste Nederlander klopt eerst op de deur van het toilet van de Belgen. De Belgen schuiven hun ticket onder de deur……………….

  • Een bedelares

    Een bedelares: “Een kleinigheid, alstublieft. Mijn man is zwaar ziek.”

    De man des huizes: “Ik ben erg blij dat te horen!”

    Bedelares: “Blij ?!?”

    De man: “Ja, toen u verleden maand bij mij aanklopte, vertelde u dat hij gestorven was.”

  • Een Slak

    Een slak kruipt in een appelboom. Zegt een vogel “de appels zijn nog lang niet rijp hoor”. “Nee, dat klopt” zegt de slak “maar tegen de tijd dat ik boven ben wel”.

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *