Boze Buurman

M’n buurman kwam vorige week aan de deur met de vraag of onze huizen qua inhoud identiek waren. Ik zei dat dat inderdaad het geval was. Daarna vroeg hij me hoeveel rollen behang ik had gehaald voor de woonkamer die ik de week ervoor had behangen. Ik antwoorde: 17 rollen. Hij keek met grote ogen: ZEVENTIEN?….ik herhaalde mijn antwoord, inderdaad zeventien….

Vandaag stond ie weer aan de deur, witheet van woede. Ik vroeg m rustig wat er aan de hand was. Hij antwoorde: “Ik heb godverrrregodver 17 rollen behang gekocht en nu heb ik er nondejuu 8 rollen van over die ik niet terug kan brengen!!!”….Ik lachte ‘n keer en antwoordde: ‘Da’s toevallig, dat had ik ook!”.

Similar Posts

  • Vrouwen

    Een vader staat met zijn zoontje bij de bakker als er een vreselijk opgetutte dame binnen komt lopen.
    Het jochie kijkt haar een tijdje aan totdat de vrouw vraagt:”Wat is er knul?”
    “U bent zeker 18?” zegt het jochie.
    Vrouw: “Zeg dat nog eens?”
    Jochie: “U bent zeker 18?”
    De vrouw begint te stralen en roept door de zaak: “Horen jullie dat, hij denkt dat ik 18 ben, leuk hè, maar ik ben 36.”
    Het jochie kijkt haar vertwijfeld aan en zegt dan: “Daar snap ik niks van, u komt gelijk na ons binnen en wij hebben nummer 17 dan moet u toch 18 zijn?”
  • Ik ben een jongetje

    Twee baby’s (een meisje en een jongetje) liggen in hun bedje. Zegt het jongetje: “Ik ben een jongetje!” Daarop reageert het meisje: “Hoe weet je dat?” “Nou, als onze moeders weg zijn, zal ik het je laten zien.” Als even later de moeders de slaapkamer hebben verlaten vraagt het meisje: “Laat je me nou zien, dat je een jongetje bent?” “Natuurlijk!” Het jongetje doet de dekentjes opzij…….. “Kijk maar, blauwe sokjes!”

  • Supermarkt

    Er komt een man een supermarkt binnen, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken hondenvoer en loopt vervolgens naar de kassa. Vraagt de kassière: “Meneer heeft u een hond?” Hierop antwoordt de man: “Ja, natuurlijk heb ik een hond, anders had ik die twee blikken toch ook niet nodig?” Zegt de kassière: “Het spijt me meneer, maar vanaf deze week mag ik niemand meer dierenvoeding meegeven tenzij ik zelf kan zien dat de persoon een huisdier heeft… U zult de hond dus moeten meenemen…”

    De man vloekt een paar keer vanwege deze absurde nieuwe regeling, smijt de twee blikken op de grond en loopt kwaad weg.

    De volgende dag is hij weer terug, loopt naar de afdeling dierenvoeding, pakt twee blikken kattenvoer en gaat naar de kassa.

    Vraagt die kassière: “Meneer, heeft u een kat?” Waarop de man, zichtbaar geïrriteerd, antwoordt: “Ja natuurlijk heb ik een kat, ik kom deze blikken toch niet voor mezelf halen?”

    De kassière: “Meneer, dit vind ik nou niet slim van u.

    U was hier gisteren ook, dus had u kunnen weten dat ik u geen dierenvoed….”

    De kassière is nog niet uitgesproken of de man is de winkel al luid vloekend en tierend uitgelopen… De blikken bij de kassière achterlatend.

    De dag daarop komt de man met een bruine papieren zak in z’n hand de winkel binnen, loopt direct door naar de kassa en zegt tegen de kassière:

    “Mevrouw, steekt u hier uw hand eens in.” De kassière doet dit en roept vervolgens: “He, het is zacht en warm…” “Ja”, zegt de man, “Ik had graag drie rollen WC papier!”

     

  • Een bedelares

    Een bedelares: “Een kleinigheid, alstublieft. Mijn man is zwaar ziek.”

    De man des huizes: “Ik ben erg blij dat te horen!”

    Bedelares: “Blij ?!?”

    De man: “Ja, toen u verleden maand bij mij aanklopte, vertelde u dat hij gestorven was.”

  • Te LAAT VOOR EEN SCHRIFTELIJK EXAMEN

    Vier studenten aan de hogeschool arriveerden maar liefst twintig minuten te laat op een belangrijk schriftelijk examen. De betrokken hoogleraar, die zelf surveilleerde, deelde de studenten mee dat ze te laat waren en om die reden niet meer aan het examen konden deelnemen. De studenten probeerden de hoogleraar te vermurwen en voerden als excuus aan, dat ze gevieren met de auto waren gekomen en dat deze een lekke band had gehad. In dat geval, zo vond de hooggeleerde, verdienden de vier heren een extra kans; een schriftelijk examen bij hem thuis, de week daarop, op hetzelfde tijdstip. Vanzelfsprekend was het viertal die dag stipt op tijd. Elke student kreeg een aparte kamer toegewezen met een stoel en tafel, waarop een gesloten omslag lag met de examenvragen. Het gevreesde examen bestond uit slechts één vraag: ”Welke band was lek?”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *