Similar Posts
De beste
Een Nederlander, een Duitser en een Amerikaan staan op een plein. Er rijden wel 10 BMW`s langs, waarop de Duitser antwoordt: “Zie je, dat is Duitse makelij, 1 liter op 20 km.” Even later rijden er 20 Chevrolet’s langs, waarop de Amerikaan antwoordt: “Zie je, dat is Amerikaanse makelij; 1 liter op 25 km. De Nederlander kijkt en kijkt maar ziet geen enkel Nederlands voertuig langs rijden. De Duitser en Amerikaan beginnen al te lachen, maar ineens loopt er een zwangere vrouw langs, waarop de Nederlander zegt: “Zie je dat daar, dat is Nederlandse makelij; 1 drup op 9 maanden.”
Pinda’s
Een buschauffeur van een touringcar is onderweg met een bus vol oudere dames, als hij na een kwartier op zijn schouder wordt getikt, waarna hem door een van de dames een handje pinda’s wordt aangeboden. Na een bedankje peuzelt hij deze op.
Na weer een kwartier staat er een andere dame achter hem met een handje pinda’s. Dit gaat door tot hij acht keer een handje pinda’s in ontvangst heeft genomen, en opgepeuzeld.
Bij de negende dame vraagt hij: waarom eten jullie de pinda’s niet
zelf op?” Waarop de dame zegt dat dat niet kan in verband met hun tanden. Vraagt de buschauffeur: ” waarom kopen jullie ze dan.” Waarop de dame antwoordt: “we vinden de chocolade er omheen zo lekker.”
Kalfje geboren
Een Rotterdamse moeder verteld haar dochtertje dat ze de volgende week op een boerderij gaat logeren en daar zeer waarschijnlijk de geboorte van een kalfje zal meemaken. “Eerst komen de voorpoten, dan de kop, dan de schouders, vervolgens het lijf en dan de achterpoten”, legt de moeder alvast uit. Vraagt de kleine Sjouke: “En wie zet hem dan in elkaar”?
De bootreis
Er zit een meisje in een café nogal sip te kijken en te zuchten. Een jongen gaat naar haar toe, en vraagt wat er aan de hand is. ‘Nou,’ zegt het meisje, ‘ik zou zo graag mijn zus eens bezoeken in Zuid-Afrika, maar de bootreis is veel te duur.’ ‘O, maar dat komt goed uit,’ zegt de jongen, ‘want ik ben matroos. Ik wil je best in mijn plunjezak het schip op smokkelen.’ ‘Dat zou geweldig zijn,’ zegt het meisje, ‘maar wat moet ik daar voor doen?’ ‘Nou,’ zegt de jongen, ‘ik kom je elke avond eten brengen. En dan zou ik het fijn vinden als ik een half uurtje bij je mag komen liggen.’ ‘Dat is wel goed,’ zegt het meisje. Dus wordt het meisje het schip op gesmokkeld. Elke avond komt de matroos haar eten brengen, en blijft dan een half uurtje bij haar. Na drie weken vindt het meisje de reis wel lang gaan duren. Ze besluit maar eens naar boven te gaan. Boven gekomen ziet ze de kapitein lopen, en aan hem vraagt ze: ‘Kapitein, duurt het nog lang voordat we in Zuid-Afrika zijn?’ ‘Nogal,’ zegt de kapitein, ‘want dit is de veerboot naar Texel.’
Een goede daad
Er komt een man bij Sint-Petrus aan de hemelpoort. Sint-Petrus vraagt hem of hij tijdens zijn leven op Aarde ooit een goede daad gedaan heeft, waardoor hij zonder twijfel in de hemel thuishoort.
“Ik kan mij wel zoiets herinneren”, zegt de man.
“Ik kwam langs een parkeerplaats op de A2 en daar was een groep motorrijders een paar vrouwen aan ‘t lastigvallen.Ik riep dus dat ze daar moesten mee ophouden, maar dat hielp niet echt. Toen ben ik op de grootste toe gestapt, heb hem van zijn motor gesleurd, hem op de grond gesmeten, een flinke stomp op zijn neus verkocht en zijn neuspiercing eruit getrokken. Daarna heb ik naar die andere leernichten geroepen: ‘En nu oprotten jullie, of ik leg jullie er allemaal naast!'”
Petrus was onder de indruk en vroeg: “Wanneer was dat precies?”Antwoordt de man: “Een half uur gelden volgens mij.”




