Begin de dag met een lach:

De 75-jarige Maurice gaat voor zijn jaarlijks onderzoek naar de dokter. Alle testen leveren normale uitslagen op. Als hij terugkomt voor de uitslag, legt de dokter hem uit dat fysiek gezien alles in orde is. Hij vraagt: ‘Hoe is het mentaal en emotioneel met u gesteld? Bent u tevreden met uw situatie, en hoe is uw verhouding met God?’ Maurice antwoord: ‘Ik heb een heel goeie relatie met God. Hij weet dat ik slechte ogen heb, en bijvoorbeeld vannacht heeft hij ervoor gezorgd, dat wanneer ik naar de WC moet, het licht vanzelf aangaat en wanneer ik klaar ben, gaat het licht vanzelf weer uit.’ Zo zo,’ zegt de dokter: ‘dat is echt ongelooflijk!’ Wat later op de dag belt de dokter met Roza, de vrouw van Maurice. Hij zegt: ‘Met de gezondheid van Maurice is alles in orde, maar ik wou toch nog eens wat vragen over zijn relatie met God. Is het waar dat als hij ‘s nachts gaat plassen, het licht vanzelf aangaat en nadien vanzelf uitgaat?’

Roept Roza verbolgen: “Wel verdorie”, Hij heeft weer in de koelkast gepist !’

Voor iedereen een leuke dag verder.

Similar Posts

  • Getuige voor de rechtbank

    In een rechtbank in een kleine provinciestad had de openbare klager een oude dame als getuige opgeroepen. Hij vraagt haar: “Mevrouw Heinrich, kent u mij?”

    Ze antwoordt: “Uiteraard! Ik ken u al van kleins af aan. En eerlijk gezegd, was u toen al een totale ramp. U hebt gelogen, mensen gemanipuleerd en uw vrouw bedrogen. U denkt dat u heel wat bent, maar eigenlijk bent u een complete nul. Ja, ik ken u.”

    De aanklager is sprakeloos. Uit verlegenheid wijst hij met de vinger door de zaal en vraagt: “Mevrouw Heinrich, kent u de advocaat van de verdediging?”

    Ze zegt: “Maar natuurlijk. Ik ken Meester Friedmeier al van toen hij nog een peuter was. Hij is vals, vooringenomen en heeft een alcoholprobleem. Hij kan geen normale relatie met mensen opbouwen en zijn kantoor ruikt muf. Niet te vergeten dat hij zijn vrouw driemaal bedrogen heeft. Een daarvan was overigens uw vrouw. Oh ja, ook hem ken ik.”

    De advocaat van de verdediging zakt in de grond van schaamte. De rechter roept beide heren bij zich en fluistert: “Als iemand van jullie idioten op het idee komt om te vragen of ze mij kent, kom  je hier 10 jaar niet meer binnen!

  • Vissen

    Een man zit langs het kanaal te vissen  als er plots iemand anders komt bijstaan en zonder iets te zeggen naar de dobber staart , een half uur … een uur …. de visser krijgt het hier serieus vanop zijn zenuwen en zegt, nadat 6 uur gepasseerd zijn : ‘verdomme , waarom koopt jij zelf geen vislijn , dan kan je ook vissen! Waarop de andere antwoord : oh , nee , dat kan ik niet daar heb ik geen geduld voor.

  • Jomanda

    Wat een avond gister! Ik voor het eerst in mijn leven een show meegemaakt van Jomanda. Zit ik daar, komt ze naar me toe, legt haar handen op me en zegt met luide stem: “U ZULT lopen!” “Maar ik mankeer helemaal niks!”, zei ik. Dat negeerde ze en zei weer met nog luidere stem: “U ZULT lopen!” Ik deed nog een poging uit te leggen dat ik gewoon kan lopen en niks mankeer, maar er was geen speld tussen te krijgen en ze riep weer: “U ZULT lopen!” Toen de show voorbij was, kwam ik buiten en wat denk je? FIETS GEJAT!!!

  • Minder drinken

    Er komt een man een café binnen en bestelt vier borreltjes tegelijk. Als hij dit een paar dagen achter elkaar heeft gedaan, wordt de barman nieuwsgierig. Op een gegeven moment vraagt hij: ‘Waarom bestelt u toch steeds vier borreltjes?’ De man zegt: ‘Drie broers van mij wonen in Australië. En we hadden afgesproken om elke dag om vijf uur een borreltje te gaan drinken. Gezellig toch?’ De barman moet dit beamen. Op een dag bestelt de man drie borreltjes. De barkeeper vraagt: ‘Is er wat gebeurd met uw broer?’ ‘Nee,’ zegt de man, ‘maar ik mag niet meer drinken van de dokter.’

  • Veertien Kinderen

    Een vrouw komt met haar veertien kinderen bij de pastoor op bezoek. De kleinste van twee jaar oud loopt naar de pastoor.
    De pastoor: En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
    De volgende komt binnen.
    Pastoor: “En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
    Pastoor: “Ah, heet jij ook jantje?”
    De oudste komt binnen (14 jaar). 
    Pastoor: “En hoe heet jij jongen?” Jongen: “Jantje.”
    Pastoor tegen moeder: “Heten al jouw zoontjes misschien Jantje?”
    Moeder: “Ja, dat is heel gemakkelijk, als ik roep: ‘Jantje opstaan’ staan ze allemaal op, 
    als ik roep: ‘Jantje eten,’ komen ze allemaal eten, 
    als ik roep: ‘Jantje slapen,’ dan gaan ze allemaal slapen.”
    Pastoor: “En als je maar één iemand nodig hebt, hoe doe je dat dan?”
    Moeder: “Dan roep ik gewoon hun familienaam.”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *