Verhuizen

Een wat ouder stel verhuist naar het platteland en ze besluiten om een varkentje te kopen. Ze bouwen een stal en graven een poel. Het varkentje heeft een prachtig leven. Op een dag komt de buurman langs en vraagt of ze het bij dit ene varkentje houden. Ze willen er wel meer maar weten niet wat te doen. De buurman zegt dat hij een kennis heeft die varkens houdt. Daar moeten ze heen om hun varkentje te laten bevruchten. Het is niet ver dus zet de man het varkentje in de kruiwagen en gaat op pad. Bij de boer ‍aangekomen doet de beer zijn werk. De man vraagt hoe hij kan zien of de beer zijn werk goed gedaan heeft. De boer ‍antwoordt: “Als jouw varken morgenvroeg in de poel ligt, is het geslaagd. Staat ze op het droge, dan moet je nog ‘n keer langskomen.” De man gaat naar huis en kijkt de volgende ochtend ️nieuwsgierig uit het raam. Het varkentje staat op het droge….. Hij zet haar weer in de kruiwagen en gaat opnieuw naar de boer. De volgende morgen vraagt de man of zijn vrouw even naar buiten wil kijken. Ze doet de deur open en begint heel hard te lachen. ”Ligt ze in de poel?” vraagt de man blij. “Nee”, zegt de vrouw:

“Ze zit al in de kruiwagen!” 

Similar Posts

  • Opa

    Thijs zegt tegen zijn opa: Is er wel eens een jeugddroom van u in vervulling gegaan?
    Opa: – Ja een. Toen de onderwijzer me vroeger altijd aan mijn haren trok wenste ik dat ik kaal was

  • Advocaat

    Op weg naar hun bruiloft verongelukt het jonge katholieke koppel bij een auto ongeluk. Het volgende moment staan ze voor de hemelpoort waar ze wachten op Petrus. Ze vragen Petrus of ze in de Hemel kunnen trouwen. Petrus zegt: “Ik weet het niet, dit is de eerste keer dat iemand dat vraagt. Ik ga het uitzoeken.” Het koppel wacht, en wacht en wacht. Twee maanden gaan voorbij en het koppel wacht nog steeds. “Hoe is het om voor eeuwig getrouwd te zijn, en wat als het niet werkt?” vroegen ze zich af, “zitten we dan voor eeuwig aan elkaar vast?” Na 4 maand keert Petrus eindelijk terug. “Ja”, zegt hij, “jullie kunnen trouwen in de hemel.” “Dat is geweldig!” zegt het koppel, “…..maar we vroegen ons af, wat als het ons huwelijk niet werkt? Kunnen we dan ook een scheiding aanvragen in de Hemel?” Petrus wordt woedend en gooit zijn papieren op de grond. “Wat is er?” vraagt het koppel angstig.

    “Kom”….., schreeuwt Petrus, “het kostte mij vier maanden om één priester te vinden in de hemel ! Heb je enig idee hoe lang het zal duren voor ik hier één advocaat vind ?”

  • Appelpitjes

    Een Hollander en een Belg zitten tegenover elkaar in de trein. De Hollander haalt een plastic zakje uit zijn jaszak, gevuld met appelpitjes. Hij neemt er een paar uit en eet ze op, en even later doet hij dat nogmaals. De Belg vraagt: ”Waarom eet jij appelpitjes?” De Hollander antwoord: “Daar wordt je slim van.” “Kan ik een paar pitjes van je kopen?” vraagt de Belg. “Natuurlijk” zegt hij “ze kosten € 3,– per stuk”. “Geef mij er dan maar vijf” zegt de Belg en betaald € 15,– . Apetrots eet de Belg er een paar en terwijl het eet zegt hij, “zoveel geld voor een paar pitjes”. Ik vindt dat duur want als ik een kilo appels koop heb ik de pitjes er gratis bij. Zegt de Hollander tegen de Belg:

    “Zie je, het begint al te werken”.

  • Overleden

    Een man gaat naar het gemeentehuis om het overlijden van zijn schoonmoeder aan te geven.
    Ambtenaar: “Naam?”
    Hij: ” De Haan”
    Ambtenaar: “Geslacht?”
    Hij: “Nee, verongelukt.”

  • Proefwerk

    De meester roept Wendy en Desie bij zich, en zegt boos: – Jullie krijgen allebei ‘n 1 voor dat proefwerk van gisteren, want ik weet zeker dat jullie afgekeken hebben. Jullie hebben namelijk precies dezelfde fouten gemaakt!.
    Desie: – Maar het kan toch wel dat we allebei het verkeerde antwoord hebben gegeven? Dan hoef je toch nog niet afgekeken te hebben?
    Meester: – Ja, dat kan. Maar op de eerste vraag wat de hoofdstad van Australië is, antwoord Wendy: ‘Ik weet het niet’ en jij hebt opgeschreven: ‘Ik ook niet!’

  • Dom Blondje

    Een blondje besluit een aquarium te kopen.
    Maar ze wil graag zoutwater-vissen.
    Ze besluit naar zee te rijden ten om zout water te krijgen.
    Op de pier van Scheveningen ontmoet ze een visser.
    Ze spreekt hem aan en vraagt om zout water.
      Da's hier geen probleem zegt hij 
    Wat kost een emmer vraagt ze.
      Vijf euro antwoordt hij.
    Oke, doe me maar een emmer.
    De man schept een emmer zeewater en ze betaalt hem vijf euro.
    Thuis gekomen kiepert ze deze in het aquarium.
    Ze stelt vast dat ze heel veel tekort komt en dat ze nog enkele
    malen heen en weer zal moeten rijden.
    Terug in Scheveningen zit daar nog steeds datzelfde vissertje.
    Ze spreekt hem opnieuw aan.
    Maar ondertussen was het eb geworden...
    Tjongejonge, zegt ze, u hebt goed verkocht vandaag !

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *