Veertien Kinderen

Een vrouw komt met haar veertien kinderen bij de pastoor op bezoek. De kleinste van twee jaar oud loopt naar de pastoor.
De pastoor: En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
De volgende komt binnen.
Pastoor: “En jongen hoe heet jij?” Jongetje: “Jantje.”
Pastoor: “Ah, heet jij ook jantje?”
De oudste komt binnen (14 jaar). 
Pastoor: “En hoe heet jij jongen?” Jongen: “Jantje.”
Pastoor tegen moeder: “Heten al jouw zoontjes misschien Jantje?”
Moeder: “Ja, dat is heel gemakkelijk, als ik roep: ‘Jantje opstaan’ staan ze allemaal op, 
als ik roep: ‘Jantje eten,’ komen ze allemaal eten, 
als ik roep: ‘Jantje slapen,’ dan gaan ze allemaal slapen.”
Pastoor: “En als je maar één iemand nodig hebt, hoe doe je dat dan?”
Moeder: “Dan roep ik gewoon hun familienaam.”

Similar Posts

  • Te LAAT VOOR EEN SCHRIFTELIJK EXAMEN

    Vier studenten aan de hogeschool arriveerden maar liefst twintig minuten te laat op een belangrijk schriftelijk examen. De betrokken hoogleraar, die zelf surveilleerde, deelde de studenten mee dat ze te laat waren en om die reden niet meer aan het examen konden deelnemen. De studenten probeerden de hoogleraar te vermurwen en voerden als excuus aan, dat ze gevieren met de auto waren gekomen en dat deze een lekke band had gehad. In dat geval, zo vond de hooggeleerde, verdienden de vier heren een extra kans; een schriftelijk examen bij hem thuis, de week daarop, op hetzelfde tijdstip. Vanzelfsprekend was het viertal die dag stipt op tijd. Elke student kreeg een aparte kamer toegewezen met een stoel en tafel, waarop een gesloten omslag lag met de examenvragen. Het gevreesde examen bestond uit slechts één vraag: ”Welke band was lek?”

  • De IJsboer

    Toen Sofie terug kwam van een verre vakantie vernam ze, dat tijdens haar verlof,haar grootvader overleden was.
    Als goede kleindochter ging ze bij haar 95-
    jarige grootmoeder langs om haar te condoleren.
    Aangezien ze wist dat haar opa in blakende gezondheid verkeerde, vroeg ze aan oma waar opa aan overleden was.
    Mijn kindje, antwoordde oma: opa kreeg een hartaanval.
    Vorige week zondagochtend toen we de liefde bedreven.
    Waarop Sofie reageerde met te zeggen dat seks voor mensen van tegen de honderd toch af te raden was…..
    Maar nee schatje, zei oma: reeds enkele jaren lang en gelet op onze ouderdom hadden we ons voorgenomen dat het beste ogenblik voor ons beiden om seks te hebben was het ogenblik dat op zondagmorgen de kerkklokken begonnen te luiden.
    Dat was voor ons het juiste ritme, niet te snel en niet te traag, gewoon erin bij de DING, en eruit bij de DONG….!!!

    Plotseling moest oma een traantje wegpinken, en ze zei:
    Als die stomme ijsboer met zijn klingelende bel niet langs was gereden had opa nu nog geleefd.

  • Duitse les

    DER, DIE, DAS. Jantje zit met zijn klasgenootjes in de Duitse les. De juffrouw heeft een oefening bedacht en legt deze uit: ‘Wie kan een zin bedenken waar de drie Duitse lidwoorden DER, DIE en DAS in voorkomen?’ Jantje denkt even na en steekt zijn vinger op. De juffrouw ziet dit en vraagt aan Jantje zijn zin op te zeggen. Jantje zegt: ‘Nou juf…, MEINE SCHWESTER HAT EIN KINDCHEN BEKOMMEN .’ De juf antwoordt: ‘Maar Jantje, daar zitten toch niet de drie lidwoorden in? ‘ Waarop Jantje zegt: ‘Maar ik was nog niet klaar.’ 

    En hij gaat verder: ‘… ABER DER DIE DAS GEMACHT HAT, IST VERSCHWUNDEN.’

  • Artridis

    Een dronken, fel naar alcohol ruikende man zat in de metro naast een priester.
    Zijn das zat vol vlekken, zijn wangen zaten vol rode lippenstift en een halflege fles Bacardi stak deels uit de zak van zijn verkreukte vest.
    De man opende zijn krant en begon erin te lezen.
    Na een vijftal minuten richtte hij zich tot de priester en vroeg:
    “Zeg, eerwaarde, weet u de oorzaak van artritis?”
    “Ja, mijn zoon, dat komt door erg losbandig te leven, te veel alcohol te drinken, niet naar de mis te gaan, te slapen met prostituees, geen bad te nemen, enzovoort.”
    “Oh merci”, mompelde de dronken man terwijl hij weer in zijn krant dook.
    De priester, nadenkend over wat hij gezegd had en een beetje nieuwsgierig geworden vroeg aan de man: “Neem me niet kwalijk maar hoe lang heb je al artritis?”
    “Ikke? Ik heb geen artritis, eerwaarde, maar ik heb net in de krant gelezen dat de paus dat heeft.

  • De Hoed

    Een man zoekt al dagen naar z’n hoed. Uiteindelijk is die niet te vinden. Hij beslist dan maar om zondags naar de kerk te gaan en achteraan plaats te nemen. Tijdens de dienst zou hij dan er vanonder muizen en een van de hoeden nemen die achteraan worden geplaatst. Die zondag gaat hij naar de kerk en zet zich achteraan. De dienst ging over de 10 geboden. De man bleef de gehele dienst zitten i.p.v. vroeger door te gaan en na de dienst gaat hij nog even bij mijnheer pastoor. ‘Vader,’ zegt hij, ‘ik moet wat bekennen. Ik kwam hier vandaag om een hoed te stelen, maar na jouw preek heb ik beslist dit niet meer te doen, waarvoor dank.’ De priester zei hem: ‘God zegene u mijn zoon! Was het tijdens m’n uiteenzetting over: ‘gij zult niet stelen’, dat je het besef kreeg dat je verkeerd zat?’

    ‘Neen,’ zegt de man, ‘het was tijdens je preek over overspel. Toen je daarover begon,  wist ik weer waar ik hem had gelaten.’

  • Dokter

    Een ober ligt op de operatietafel. Er komt een chirurg langs die hij herkent als een vaste gast uit zijn restaurant. “Oh, dokter, help me alstublieft”, steunt hij. “Spijt me”, grijnst de chirurg, “Dit is helaas mijn tafel niet. Maar mijn collega komt zo!”

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *